6.2 Basisboeknummers

• Aardrijkskunde
• Middelbare school
• vmbo t, mavo, havo, vwo
• Leerjaar 1

6.2 Reliëf als klimaatfactor

Stuwingsregen

B58 Stuwingsregen

Stuwingsregen: Neerslag dat ontstaat door stijgende lucht tegen een gebergte.

Loefzijde: Aan de windkant. Neerslag.
Lijzijde: Uit de wind. Weinig - geen neerslag.
Regenschaduw: Gebied achter de berg

Wat is de loefzijde?

1. Hetzelfde als de lijzijde
2. de vochtige kant van de berg
3. de droge kant van de berg

Aan de loefzijde is ?

1. Regenschaduw
2. Stuwingsregen

Loefzijde

Lijzijde/regenschaduw

stuwingsregen

B110 reliëf

• hoogteverschillen in het landschap
• wordt aangegeven met verschillende kleuren
  

hooggebergte

• Een berg hoger dan 1500 meter
• de meeste bergen in de Alpen zijn hooggebergte
• Nederland kent geen hooggebergte
  

middelgebergte

• Tussen de 500 – 1500 meter

heuvelland

• Tussen de 200 - 500 meter

laagland

• Tussen 0 -200 meter.
• Uitzondering:
• Polders beneden zeeniveau

laagvlakte/hoogvlakte

• laagvlakte/vlakte: een gebied lager dan 500 meter
• hoogvlakte/plateau: hoger dan dan 500 meter
  

Wat is reliëf?

1. Verschillende gletsjers
2. Stroomsnelheden van de rivier
3. Hoogteverschillen in het landschap
4. Afschuren van gesteenten

Een hooggebergte is een

1. Gebied met bergen die hoger zijn dan 500 meter
2. Gebied met bergen die hoger zijn dan 1500 meter
3. Gebied met bergen die hoger zijn dan 100 meter
4. Gebied met bergen die hoger zijn dan 2500 meter

Middelgebergte

Hooggebergte

Laagland

Heuvelland