Het geslacht van de zelfstandige naamwoorden

der / die / das
1 / 36
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

In deze les zitten 36 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

der / die / das

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoel
Jullie kennen de hoofdregels voor het geslacht van zelfstandige naamwoorden en kunnen deze toepassen.
Jullie kennen de hoofdregels voor het vormen van het meervoud en kunnen deze toepassen.

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Video

Klasse
A
der
B
die
C
das

Slide 4 - Quizvraag

Junge
A
die
B
der
C
das

Slide 5 - Quizvraag

Kind
A
die
B
der
C
das

Slide 6 - Quizvraag

Mädchen
A
das
B
die
C
der

Slide 7 - Quizvraag

Onkel
A
die
B
der
C
das

Slide 8 - Quizvraag

Lehrerin
A
der
B
das
C
die

Slide 9 - Quizvraag

Klassenarbeit
A
das
B
der
C
die

Slide 10 - Quizvraag

Kater
A
die
B
das
C
der

Slide 11 - Quizvraag

Opa
A
der
B
die
C
das

Slide 12 - Quizvraag

Pferd
A
das
B
die
C
der

Slide 13 - Quizvraag

Buch
A
die
B
das
C
der

Slide 14 - Quizvraag

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Mehrzahl von 'Klasse'
A
Klasse
B
Klassen
C
Klassenen

Slide 21 - Quizvraag

Mehrzahl von 'Onkel'
A
Onkels
B
Onkelen
C
Onkel

Slide 22 - Quizvraag

Mehrzahl von 'Mädchen'
A
Mädchens
B
Mädchen
C
Mädchenen

Slide 23 - Quizvraag

Mehrzahl von 'Sohn'
A
Sohne
B
Sohns
C
Söhne

Slide 24 - Quizvraag

Mehrzahl von 'Schule'
A
Schulen
B
Schule
C
Schuls

Slide 25 - Quizvraag

Mehrzahl 'Heft'
A
Heften
B
Hefte
C
Heftens

Slide 26 - Quizvraag

Mehrzahl "Opa'
A
Opan
B
Opaen
C
Opas

Slide 27 - Quizvraag

Vrouwelijke personen en dieren krijgen het lidwoord..
A
...der
B
...die
C
...das

Slide 28 - Quizvraag

Woorden met de uitgang -e, -ung, -heit, -keit, -tät en -ion krijgen het lidwoord...
A
...der
B
...die
C
...das

Slide 29 - Quizvraag

Mannelijke personen en dieren krijgen het lidwoord ...
A
...der
B
...die
C
...das

Slide 30 - Quizvraag

Seizoenen, dagen en maanden krijgen het lidwoord ...
A
...der
B
...die
C
...das

Slide 31 - Quizvraag

Nederlandse onzijdige woorden krijgen in het Duits meestal het lidwoord....
A
...der
B
...die
C
...das

Slide 32 - Quizvraag

Hoe vorm je het meervoud bij mannelijke zelfstandige naamwoorden?

Slide 33 - Open vraag

Hoe vorm je het meervoud van vrouwelijke zelfstandige naamwoorden?

Slide 34 - Open vraag

Hoe vorm je het meervoud van onzijdige zelfstandige naamwoorden?

Slide 35 - Open vraag

Viel Erfolg!....

Slide 36 - Tekstslide