Les 7: 1.5+1.6: celdeling, verschil mitose meiose

Thema 1.6: meiose (reductiedeling)
1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Thema 1.6: meiose (reductiedeling)

Slide 1 - Tekstslide

Lesdoelen:
NA DEZE LES KUN JE:
  • Uitleggen in stappen hoe de gewone celdeling (mitose) verloopt.
  • Kun je uitleggen in stappen hoe de reductiedeling (meiose) verloopt.
  • Kun je aangeven waar in het lichaam van de man en vrouw meiose plaatsvindt. 

Slide 2 - Tekstslide

Herhalen vorige les 
  • mitose

Slide 3 - Tekstslide

Mitose zorgt voor reductiedeling van geslachtscellen
A
Waar
B
Niet waar

Slide 4 - Quizvraag

Mitose is de
A
Gewone celdeling
B
Reductiedeling (vorming geslachtscellen)

Slide 5 - Quizvraag

Bij gewone celdeling ontstaan:
A
Lichaamscellen
B
Geslachtscellen

Slide 6 - Quizvraag

Meiose : "reductiedeling": chromosomen gehalveerd.

Slide 7 - Tekstslide

Mitose: gewone celdeling

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Video

Slide 11 - Video

Reductiedeling in zes stappen
Stap 1: Kopiëren van de chromosomen
Stap 2: Spiraliseren van de chromosomen
Stap 3: De chromosoom paren gaan uit elkaar
Stap 4: Celdeling 1
Stap 5: De DNA-ketens gaan uit elkaar
Stap 6: Celdeling 2

Slide 12 - Tekstslide

verschil mitose en meiose

Slide 13 - Tekstslide

Reductiedeling noemen we ook wel ...
A
Mitose
B
Matrose
C
Microse
D
Meiose

Slide 14 - Quizvraag

Vind ongeslachtelijke voortplanting plaats door de gewone celdeling (mitose) of door reductiedeling (meiose)?
A
Gewone celdeling
B
Reductiedeling

Slide 15 - Quizvraag

Zaadcellen worden gevormd door ?
A
Meiose
B
Mitose
C
Gewone celdeling
D
Reductiedeling

Slide 16 - Quizvraag

Wat hoort bij reductiedeling?
A
Meiose
B
De chromosomen worden gesplitst
C
46 chromosomen wordt 23
D
Mitose

Slide 17 - Quizvraag

Na reductiedeling voor de geslachtscellen heb je ... chromosomen in deze cel.
A
46
B
32
C
23
D
16

Slide 18 - Quizvraag

In welk van de genummerde delen vindt reductiedeling plaats?
A
1
B
3
C
5
D
11

Slide 19 - Quizvraag

In welk(e) van de genummerde organen vindt reductiedeling plaats?
A
11
B
10
C
9
D
5

Slide 20 - Quizvraag

Is de deling van een bevruchte eicel een gewone celdeling of een reductiedeling?

A
gewone celdeling
B
reductiedeling

Slide 21 - Quizvraag

Bij gewone celdeling ontstaan:
A
Lichaamscellen
B
Geslachtscellen

Slide 22 - Quizvraag

Een cel bevat 21 chromosomen na de deling.
Komt dit door mitose of meiose?
Hoeveel chromosomen heeft een lichaamscel?
A
Mitose, 21
B
Meiose, 21
C
Mitose, 42
D
Meiose, 42

Slide 23 - Quizvraag

The end.

Slide 24 - Tekstslide

Huiswerk 
  • Lezen basisstof 1.6
  • en maken blz. 38 t/m 39

Slide 25 - Tekstslide