3.3 Horen (1ga)

Nectar H3 Waarnemen 
§3.3 Horen
  • Nabespreking §3.2 Zien
  • Werken aan §3.3 Horen
1 / 29
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

In deze les zitten 29 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 80 min

Onderdelen in deze les

Nectar H3 Waarnemen 
§3.3 Horen
  • Nabespreking §3.2 Zien
  • Werken aan §3.3 Horen

Slide 1 - Tekstslide

Hoe heet het binnenste vlies in het oog?
A
Vaatvlies
B
Hoornvlies
C
Netvlies
D
Harde oogvlies

Slide 2 - Quizvraag

Hoe heet het vlies wat voor de iris en pupil zit?
A
Vaatvlies
B
Hoornvlies
C
Netvlies
D
Harde oogvlies

Slide 3 - Quizvraag

Waarmee zie je het beste?
A
Gele vlek
B
Blinde vlek
C
Netvlies
D
Pupil

Slide 4 - Quizvraag

Hiermee kan je kleur zien
A
Staafjes
B
Kegeltjes

Slide 5 - Quizvraag

Kleuren
Staafjes - zwart/wit, grijstinten
werken 's avonds en 's nachts
Kegeltjes - kleuren
werken overdag
Drie soorten kegeltjes:
rood - groen - blauw

Ezelsbruggetje:
K van Kleur//K van Kegeltjes. 

Slide 6 - Tekstslide

Bij veel licht is de pupil ....... en zijn de ......spieren aangespannen
A
Groot - lengte
B
Groot - kring
C
Klein - lengte
D
Klein - kring

Slide 7 - Quizvraag

De pupilreflex

Slide 8 - Tekstslide

Met een bolle lens zie je van ....... scherp en zijn de kringspieren in het straalvormig lichaam ..........
A
Dichtbij - ontspannen
B
Dichtbij - samengetrokken
C
Veraf - ontspannen
D
Veraf - samengetrokken

Slide 9 - Quizvraag

Scherp zien
Je kan scherp zien doordat je je ooglens boller en platter kunt maken (= accomoderen).

Bol = dichtbij
Plat = veraf

Slide 10 - Tekstslide

Leerdoelen §3.3
  1. Je kunt de delen van je gehoorzintuig benoemen en van ieder deel de functie noemen.
  2. Je kunt beschrijven hoe oren werken. 
  3.  Je kunt uitleggen welke geluiden je kunt horen. 
  4. Je kunt uitleggen hoe de luchtdruk in je trommelholte wordt geregeld wordt.
  5. Je kunt uitleggen hoe je evenwichtsorgaan werkt. 

Slide 11 - Tekstslide

0

Slide 12 - Video

Aan de slag!
Lezen §3.3
Begrippenlijst maken van de dikgedrukte woorden

Slide 13 - Tekstslide


Welke onderdelen vind je in het uitwendige oor?
A
oorschelp, gehoorgang en trommelvlies
B
oorschelp, gehoorgang en oorsmeerkliertjes
C
oorschelp en oorsmeerkliertjes
D
oorschelp en gehoorgang

Slide 14 - Quizvraag


Welke onderdelen vind je in het middenoor?
A
trommelvlies, gehoorbeentjes en trommelholte
B
trommelvlies en gehoorbeentjes
C
trommelvlies, gehoorbeentjes en gehoorgang
D
gehoorgang, trommelvlies, trommelholte en gehoorbeentjes

Slide 15 - Quizvraag


Welke onderdelen vind je in het binnenoor?
A
trommelholte, slakkenhuis en gehoorzenuw
B
slakkenhuis, evenwichtsorgaan en gehoorzenuw
C
slakkenhuis, buis van Eustachius, evenwichtsorgaan en gehoorzenuw
D
slakkenhuis en buis van Eustachius

Slide 16 - Quizvraag

Geluid is trillende lucht.
De weg :
Oorschelp -> 
Gehoorgang -> 
Trommelvlies -> Gehoorbeentjes -> 
Slakkenhuis

Slide 17 - Tekstslide

Wat is de weg van het geluid naar je hersenen?
-->
-->
-->
-->
-->
-->
gehoorbeentjes trillen
vocht in het slakkenhuis trilt
zintuigcellen zetten prikkel om in impulsen
impulsen gaan naar hersenen
geluid zorgt voor trillingen in de lucht
trommelvlies gaat trillen

Slide 18 - Sleepvraag

In het slakkenhuis zetten de zintuigecellen de trillingen om in impulsen.

Impulsen gaan via de gehoorzenuw naar de hersenen.

Slide 19 - Tekstslide


In welk deel van het oor liggen de gehoorzintuigcellen?
A
trommelvlies
B
trommelholte
C
gehoorzenuw
D
slakkenhuis

Slide 20 - Quizvraag

0

Slide 21 - Video

Gehoorbereik
  • Mensen horen tussen de 20 en 20000 Hertz.
  • Het gehoorbereik verschil per diersoort.
  • Als je ouder wordt slijten de haartjes van de zintuigcellen.        Je hoort geen hoge tonen meer. 

Slide 22 - Tekstslide

Geluidsniveau
Bij een hard geluid zijn er sterkere geluidstrillingen dan bij een zacht geluid. 

Je meet geluidssterkte in decibel.

Slide 23 - Tekstslide

Welk deel van het oor beschadigd door langdurige overbelasting?
A
trommelvlies
B
gehoorbeentjes
C
trommelholte
D
trilhaartjes in het slakkenhuis

Slide 24 - Quizvraag

Slikken

  • Bij slikken of gapen, gaat via de buis van Eustachius lucht  van de trommelholte  naar de keelholte of andersom.

Slide 25 - Tekstslide

Wat is de functie van de buis van Eustachius? (zoek op in je tekstboek)

Slide 26 - Open vraag

Je trommelvlies trilt goed als de lucht in de gehoorgang even hard drukt als de lucht in de trommelholte.

Slide 27 - Tekstslide

Je evenwichtsorgaan
- Gevoelig voor bewegingen in je lichaam.

- Drie halvecirkelvormige kanalen met vloeistof. De kanalen nemen beweging waar en de vloeistof prikkelt de zintuigcellen.

Slide 28 - Tekstslide

Huiswerk
Begrippenlijst van de dikgedrukte woorden van §3.3

Opdracht 1 t/m 20 van §3.3 via Nectar Online

Slide 29 - Tekstslide