P3 Week 2

Nederlands periode 3
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 150 min

Onderdelen in deze les

Nederlands periode 3

Slide 1 - Tekstslide

Vorige week
Samen:
Luisteroefeningen LUI 2.1 
= in je boek A Nu Nederlands, afmaken blz. 126-130

Zelfstandig werken aan:
- Nieuwsbegrip online = lees een tekst en leer! 
- Woordenschat WS 3.2 = beginnen met boek A, blz. 178-187

Slide 2 - Tekstslide

Periodeplanner P3
Wat moet je deze periode doen? Nu Nederlands, boek en online
• Lezen - A H3: informatieve en instructieve teksten. Online: Lez3 3.1 en 3.2
• Luisteren- A H2 verschillende tekstsoorten 2.1 informatieve 2.2 instructieve teksten.   Online Lui2 2.1 en 2.2
• Woordenschat A H3: 3.2 moeilijke woorden oefenen, lijst 5 t/m 8 (t/m blz. 187). Online Ws3 3.2
• Schrijven-  B H2. 2.1 schrijven in fasen 2.4 verslag. Online schr2 2.1 en 2.4
• Spelling en Grammatica- B H2 spellingsregels 2.1 t/m 2.4. Online Spel2
• Forrmuleren 1  - B H1. 1.2 verwijswoorden 1.3 signaalwoorden. Online Form1 1.2 en 1.3

Andere voorwaardelijke opdrachten
• Schrijfopdracht: dagverslag en een zakelijke e-mail of uitnodiging
• Lezen en luisteren: drie teksten met oefeningen Nieuwsbegrip online maken, kiezen voor ‘andere tekst’ en bijbehorend Jeugdjournaal kijken
• Woordenschat: je hebt een eigen woordenlijst
• Leesboek lezen en boekpromotie houden voor de klas


Slide 3 - Tekstslide

Deze week
Lezen - A H3: informatieve teksten (Lez3 3.1)
Woordenschat A H3: 3.2 moeilijke woorden oefenen, lijst 5 t/m 8 (t/m blz. 187 - Ws3 3.2)
 
Schrijfopdracht: dagverslag 

Slide 4 - Tekstslide

Informatieve teksten zijn altijd
A
kort en grappig
B
feitelijk
C
iemands mening
D
saai

Slide 5 - Quizvraag

Het onderwerp van een informatieve tekst bepaal je door te kijken naar
A
de titel en de tussenkopjes.
B
de illustraties en bronvermelding.
C
titel, inleiding en vaak ook nog het slot.
D
titel en illustraties.

Slide 6 - Quizvraag

Weet jij een voorbeeld van een informatieve tekst?

Slide 7 - Open vraag

Wat voor een tekstsoort is je lesboek van Burgerschap ?
A
informatieve tekst
B
verhalende tekst
C
betogende tekst
D
instructieve tekst

Slide 8 - Quizvraag

Herken jij een informatieve tekst?


Bekijk de volgende video!

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Video

Aan het werk!

Lezen - A H3:
informatieve teksten (Lez3 3.1)

Slide 11 - Tekstslide

Woordenschat A H3 - 3.2

Slide 12 - Tekstslide

Dagverslag
Je schrijft een verslag over een dag op je stage. Daarin beschrijf je wat je die dag hebt gedaan, in chronologische volgorde (= tijdsvolgorde). Je schrijft dit voor de docent. Ga ervan uit dat de docent jouw werkplek helemaal niet kent. 
Je verslag is minimaal 10 zinnen.
Heb je nog geen stage? Dan schrijf je een verslag over een dag op je werk (als je een baantje hebt), of een lesdag op school.

Slide 13 - Tekstslide

Dagverslag
  • Gebruik de 5 W's + H:
    wie, wat, waar, wanneer, waarom en hoe?

  • Gebruik bijvoeglijke naamwoorden.
  • Gebruik hoofdletters en punten.
  •  Maak goede zinnen.

Slide 14 - Tekstslide

Huiswerk - maak af:
Lezen - A H3: informatieve teksten (Lez3 3.1)
Woordenschat A H3: 3.2 moeilijke woorden oefenen, lijst 5 t/m 8 (t/m blz. 187 - Ws3 3.2)
 
Schrijfopdracht: dagverslag 

Slide 15 - Tekstslide