H1 Samengestelde zinnen

1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we doen? 
  • Afspraken
  • Lezen
  • Nakijken opdrachten 1 t/m 5
  • Lesdoelen
  • Instructie Samengestelde Zinnen
  • Maken opdrachten
  • Evaluatie les
  • Afsluiten

Slide 2 - Tekstslide

Afspraken:
  • Plattegrond
  • Jas aan de kapstok
  • Mobiele telefoon in de bak
  • Geen kauwgom
  • We eten niet tijdens de les
  • Laptop blijft in de tas totdat we hem nodig hebben.
  • Docent aan het woord? Dan is het stil in het lokaal.
  • We luisteren naar elkaar.
  • Tijdens het zelfstandig werken is het ook stil in het lokaal.

Slide 3 - Tekstslide

Lezen 

Slide 4 - Tekstslide

Nakijken 
Nakijken opdracht 1 t/m 6 vanaf bladzijde 32


Slide 5 - Tekstslide

Lesdoelen hoofdstuk 1 Taalverzorging
  • Ik kan samengestelde zinnen herkennen.
  • Ik kan voegwoorden herkennen.
  • Ik kan de persoonsvorm in samengestelde zinnen vinden

Slide 6 - Tekstslide

Instructie
Samengestelde zinnen.

Slide 7 - Tekstslide

enkelvoudige zinnen
Zinnen met één persoonsvorm.

Mijn broer is keeper.

Slide 8 - Tekstslide

samengestelde zinnen
Zinnen met twee persoonsvorm.

Mijn broer is keeper en mijn vader is zijn trainer.

Slide 9 - Tekstslide

voegwoorden
Een woord dat twee zinnen met elkaar verbindt:

en, maar, of, want, omdat, terwijl, zodat, nadat, als

Slide 10 - Tekstslide

voegwoorden
  • staan meestal tussen twee zinnen:
                    Eva speelt gitaar, terwijl haar vader de afwas doet.

  • staan soms vooraan in de zin:                                                                                 Omdat  ik morgen vrij ben, kan ik tot 10 uur uitslapen.

Slide 11 - Tekstslide

Mijn familie bestaat uit 18 personen.
A
enkelvoudige zin
B
samengestelde zin

Slide 12 - Quizvraag

Dit jaar zijn wij thuisgebleven, maar volgend jaar gaan we naar Italië.
A
enkelvoudige zin
B
samengestelde zin

Slide 13 - Quizvraag

Wat zijn de voegwoorden in onderstaande zin?

Lizzy maakt haar huiswerk, terwijl haar broer tv kijkt en haar vader de auto wast.
A
Lizzy, haar broer, haar vader
B
terwijl, en
C
haar huiswerk, tv, de auto
D
maakt, kijkt, wast

Slide 14 - Quizvraag

Zelfstandig werken
Maken opdracht 1, 2, 3 en 4 op bladzijde 30

Heb je een vraag? Steek je vinger op.

Klaar? Numo - Taken - Samengestelde zinnen

Slide 15 - Tekstslide

Evaluatie
  • Wat heb je geleerd deze les?
  • Wat ging er goed?
  • Wat kan beter?

Slide 16 - Tekstslide

Tot de volgende les!

Slide 17 - Tekstslide