Grammaticales

3.12 Meervouds-n bij verwijzingen
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

3.12 Meervouds-n bij verwijzingen

Slide 1 - Tekstslide

Voorbeeldzinnen
In het bos was onder andere een wild zwijn.
In het bos was onder anderen Froukje.
 De andere kinderen waren in het bos.
De andere dieren renden weg.


Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Wel of geen -n?
Van de kinderen hadden enkele(n) hoogtevrees.
A
Wel een n
B
Geen n

Slide 4 - Quizvraag

Wel of geen -n?
De fotograaf en zijn camera vielen beide(n) in het water.
A
Wel een n
B
Geen n

Slide 5 - Quizvraag

Let op!
Soms staat er geen zelfstandig naamwoord achter het verwijswoord, maar kun je dat wel denkbeeldig invullen, omdat het ergens anders in de zin of in de zin ervoor is gebruikt. Je gebruikt dan wel een -n.

Alle leerlingen haalden een voldoende en sommige zelfs een 10.

Slide 6 - Tekstslide

Let op!
Bij alle(n) en beide(n) voeg je in dat geval wel een -n toe als het betrekking op personen heeft.

Sommige leerlingen hadden een 10 en allen behaalden een voldoende.

Slide 7 - Tekstslide

Dus
Er leven veel dieren in het bos. Sommige (dieren) zijn oud.
Er wonen mensen in het bos. Allen zijn oud.

Slide 8 - Tekstslide

Wel of geen -n?
Het water was diep. Dus waren beide(n) mannen verdronken.
A
Wel een n
B
Geen n

Slide 9 - Quizvraag

Wel of geen -n?
In het park was onder andere(n) Lisa.
A
Wel een n
B
Geen n

Slide 10 - Quizvraag

Wel of geen -n?
Deze bomen worden alle(n) gekapt.
A
Wel een n
B
Geen n

Slide 11 - Quizvraag

Wel of geen -n?
Er waren honderd deelnemers. Sommige(n) finishten niet optijd.
A
Wel een n
B
Geen n

Slide 12 - Quizvraag

Wel of geen -n?
De stoel en tafel zijn beide(n) kapot.
A
Wel een n
B
Geen n

Slide 13 - Quizvraag

Wel of geen -n?
Nederlanders zijn gemiddeld de langste(n) ter wereld.
A
Wel een n
B
Geen n

Slide 14 - Quizvraag

Wel of geen -n?
Sommige(n) mensen kunnen niet zwemmen.
A
Wel een n
B
Geen n

Slide 15 - Quizvraag

Wel of geen -n?
In de dierentuin was onder andere(n) een leeuw.
A
Wel een n
B
Geen n

Slide 16 - Quizvraag

Wel of geen -n?
Verscheidene(n) bomen in dit bos worden gekapt.
A
Wel een n
B
Geen n

Slide 17 - Quizvraag

Wel of geen -n?
Er waren honderd deelnemers. Alle(n) finishten binnen de tijd.
A
Wel een n
B
Geen n

Slide 18 - Quizvraag

Wel of geen -n?
De meeste(n) mensen hebben een huisdier.
A
Wel een n
B
geen n

Slide 19 - Quizvraag

Wel of geen -n?
Hoewel de meeste(n) er geen zin in hadden, gingen de leerlingen bezig.
A
Wel een n
B
Geen n

Slide 20 - Quizvraag