persoonlijk voornaamwoorden naamvallen
1 / 23
Lesduur is: 60 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Tekstslide
Slide 5 - Tekstslide
Slide 6 - Tekstslide
wie/wat + gezegde + onderwerp
aan/voor wie + gezegde + onderwerp
wie/wat + gezegde
lijdend voorwerp
meewerkend voorwerp
onderwerp
Slide 7 - Sleepvraag
Slide 8 - Video
Slide 9 - Tekstslide
Slide 10 - Tekstslide
Sleep het juiste Duitse persoonlijk voornaamwoord naar het
Nederlandse persoonlijk voornaamwoord in de 1e naamval
timer
2:00
ik
jij
hij
zij e.v.
wij
jullie
het
u
zij
ich
ihr
er
es
wir
du
sie e.v
Sie
sie
Slide 11 - Sleepvraag
Sleep het juiste Duitse persoonlijk voornaamwoord naar het
Nederlandse persoonlijk voornaamwoord in de 4e naamval
timer
2:00
u
haar
hem
het
jou
ons
jullie
hen
mij
Sie
uns
ihn
euch
dich
sie
es
sie
mich
Slide 12 - Sleepvraag
Sleep het juiste Duitse persoonlijk voornaamwoord naar het Nederlandse persoonlijk voornaamwoord in de 3e naamval
timer
2:00
mij
jou
hem
jullie
haar
ons
het
hen
u
mir
uns
ihm
ihm
ihr
dir
euch
ihnen
Ihnen
Slide 13 - Sleepvraag
(Ik)... gehe zum Arzt.
A
ich
B
mir
C
mich
Slide 14 - Quizvraag
Die Dozentin schickt (hem)... einen Brief.
A
er
B
ihm
C
ihn
D
ihnen
Slide 15 - Quizvraag
(Wie)... hast du gesehen?
A
wer
B
wem
C
wen
Slide 16 - Quizvraag
Er antwortet (mij)... so schnell wie möglich.
Slide 17 - Open vraag
Frau Meisen, was kann ich (u)... geben?
Slide 18 - Open vraag
(zij) ... hat uns alles erzählt.
Slide 19 - Open vraag
Wann können wir (jou) ... besuchen?
Slide 20 - Open vraag
Wat zijn alle persoonlijke voornaamwoorden van de vierde naamval nog eens?
Slide 21 - Woordweb
Wat vind je
nog lastig?
nog lastig?
