2. Ongelijkheid en emancipatie

§2
Ongelijkheid en emancipatie
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

In deze les zitten 22 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

§2
Ongelijkheid en emancipatie

Slide 1 - Tekstslide

Herhaling vorige les! 

Slide 2 - Tekstslide

Examenvraag 
Noem één reden waarom het districtenstelsel voor kleine landelijke partijen nadelig is.

Slide 3 - Tekstslide

Situatie grondwet na 1848
  • Er was sprake van Censuskiesrecht. Alleen mensen die belasting betalen (dus rijke mannen) mogen stemmen


  • Hierdoor kregen de liberalen de overhand in het parlement en dus de macht




Slide 4 - Tekstslide

Situatie grondwet na 1848
  • Naast Censuskiesrecht was er ook een Districtenstelsel


  • Elk district kiest zijn eigen

     vertegenwoordiger voor

     het parlement →



Slide 5 - Tekstslide


1887


  • Het 'caoutchouc-artikel' (Het 'rubberen artikel') komt in de Grondwet: afschaffing censuskiesrecht. Waarbij het kiesrecht wordt gegeven aan volwassen mannen 'die daarvoor geschikt zijn'. ('kentekenen van geschiktheid en maatschappelijke welstand')
  • Deze eisen konden nu steeds worden aangepast. 

Slide 6 - Tekstslide

Waarom ontstaan politieke partijen?
  • Katholieken voelen zich achtergesteld. Zij strijden voor emancipatie: gelijke rechten als andere burgers

  • Socialisten willen de sociaal zwakkeren helpen.

  • Tegen de ideeën van de Liberalen en/of de van de Franse Revolutie (vooral protestanten)

Slide 7 - Tekstslide

SDAP (Sociaal Democratische Arbeiders Partij)
ARP (Anti-Revolutionaire Partij)

Slide 8 - Tekstslide

RKSP (Rooms-Katholieke Staatspartij)
Vrijheidsbond

Slide 9 - Tekstslide

Examenvraag 
Noem één reden waarom het districtenstelsel voor kleine landelijke partijen nadelig is.

Slide 10 - Tekstslide

Ideologie
Partij
Partijleider
Ideeën
Aanhang
Protestanten
ARP(1879)
Kuyper 
kiesrecht man
Gereformeerden
Katholieken
RKSP (1926) 
Schaepman
--
RK door alle lagen
Socialisten
SDAP SDB
Domala nieuwenhuis Troelstra
Arbeiders radicale intellectuelen
Liberalen
Liberale unie
O.a Tak van poortvliet
vooral algemeen belang
Welgestelde burgerij

Slide 11 - Tekstslide

Schoolstrijd > onderwijs
De overheid betaalde alleen voor openbaar onderwijs. Liberalen wilden het volk geen godsdienst opleggen -> Daarom wilden zij bijzonder onderwijs geen geld geven.
Schoolstrijd = ruzie over de vraag wie het bijzonder onderwijs moest betalen
Katholieken en protestanten werkten samen tijdens schoolstrijd.

Slide 12 - Tekstslide


Verzuiling


  • De verdeling van de Nederlandse samenleving in 4 groepen (zuilen):
  • protestanten, katholieken, liberalen, socialisten (tussen: ±1848 en ±1965)

  • Deze zuilen krijgen in de 19e eeuw allemaal hun eigen politieke partij

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

Portfolio opdracht 2: Verzuiling.

De verzuiling die heel speciaal alleen in Nederland was

is een belangrijk deel van dit hoofdstuk en zal zeker op
een of andere manier terug komen in je examen.

Opdracht: Maak van iedere zuil een infochart


Slide 22 - Tekstslide