H1 - textiel en kleding verzorgen - test je kennis 1

• Verzorging
• Praktijkonderwijs
• Leerjaar 2

Textiel en kleding verzorgen 

                Test je kennis...

Textiel is...

1. Verf
2. Een huisdier
3. een hulpmiddel om spullen te verplaatsen
4. Een uit draden geweven materiaal

Van welke vezels kan textiel gemaakt zijn?

1. grote vezels
2. kleine vezels
3. natuurlijke, synthetische en half synthetische vezels
4. zachte vezels

een voorbeeld van een natuurlijke vezels is:

1. Wol
2. Viscose
3. Polyamide
4. Polyester

Noem een voorbeeld van bedtextiel

1. Handdoeken
2. T-shirt
3. Lakens
4. Theedoek

Textiel heeft altijd een etiket

1. waar
2. niet waar

Op een samenstellingsetiket staat...

1. Hoe je het moet wassen
2. Van welke stof het product gemaakt is.
3. Welke kleuren erin zitten
4. Waar het gemaakt is

Op een behandelingsetiket staat..

1. Hoe je het aan moet trekken
2. Hoe je het product moet wassen, drogen en strijken
3. van welke stof het product gemaakt is
4. Waar je het gekocht hebt

Wat betekend dit behandelsymbool?

1. Met de hand wassen
2. Regelmatig wassen
3. Met koud water wassen
4. Alleen op zondag wassen

Wat betekend dit behandelsymbool?

1. Koud strijken
2. Niet strijken
3. Niet meenemen in het vliegtuig
4. Heet strijken

Wat betekend dit behandelsymbool?

1. Niet wassen
2. Niet drogen in de droogtrommel
3. Speciale reiniging
4. Niet strijken

Einde van deze test je kennis over textiel