4 Landschap en klimaat Zuid Amerika

4 Landschap en klimaat Zuid Amerika
1 / 33
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

In deze les zitten 33 slides, met interactieve quiz en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

4 Landschap en klimaat Zuid Amerika

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Landschapstypen
  • Hoogland van Guyana
  • Hoogland van Brazilië
  • Het Andesgebergte, plateau van Patagonië, Altiplano
  • De laaglanden van: Orinoco, Amazone, Paraná 
Bron 10 p. 77

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Oost
In het verleden: actief

Tijdens vorming supercontinent Pangea is Z-Amerika op Afrika gebotst ==> vorming Hoogland Brazilië

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Oost
Nu: passief

Geen aardbevingen en geen vulkanisme.

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

West
Nu: actief

Begrippen: 
subductie, hoogvlakte, hoogland, hooggebergte, vulkanisme, andesiet, aardbevingen, voorlandbekken, Altiplano, veel bodemschatten

Slide 8 - Tekstslide

https://player.vimeo.com/video/223431662
Peru-gat
Waarom hier geen vulkanisme?



Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Peru-gat
Waarom hier geen vulkanisme?

Oorzaak: vlakke subductie
Gevolg: de oceanische plaat komt niet diep genoeg om te gaan smelten

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Twee rijen met vulkanen
De Andes bestaat op sommige plekken uit twee rijen met vulkanen:

west: actief
oost: dode vulkanen

Oorzaak: dode vulkanen ontstaan tijdens een eerdere subductiefase

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Altiplano
Tussen de twee rijen met vulkanen ligt de Altiplano: hoogvlakte

Ontstaan tijdens de laatste subductiefase waarbij magma het gebied omhoog heeft geduwd.


Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voorlandbekken
Bekken = laag gelegen gebied
                    

Voorlandbekken ligt parallel aan gebergte

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voorlandbekken
Omlaag gekomen gebied aan de niet-subductie zijde (van de Andes)

Oorzaak: het enorme gewicht van het steeds hoger wordende Andesgebergte (bergen > 5000 m) heeft het gebied naar beneden gedrukt.


Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voorlandbekken
Het voorlandbekken ligt inmiddels weer vol met materiaal afkomstig vanuit het Andesgebergte waar afbraak (=erosie en verwering) plaatsvindt.


Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

andesiet
subductie
passieve plaatrand
actieve plaatrand
hoogvlakten
schilden
vulkanisme
laag aardbevingsrisico

Slide 16 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Intertropische convergentiezone (ITCZ)
Het lagedrukgebied rond de evenaar.

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

ITCZ ten zuiden van de evenaar (januari)
ITCZ ten noorden van de evenaar (juli)

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe zat het ook alweer?
Opfrissen hoofdstuk 2:
  • Wat is de Intertropische convergentiezone?
  • Welk vijf klimaattypen worden van elkaar onderscheiden?

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Klimaatclassificatie volgens Köppen
A: Tropisch
B: Aride
C: Maritiem
D: Continentaal
E: Polair
(H2) Klimaatgebied is niet hetzelfde als landschapszone

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe zat het ook alweer?
Opfrissen hoofdstuk 2:
  • Wat is de Intertropische convergentiezone?
  • Welk vijf klimaattypen worden van elkaar onderscheiden?
  • El Niño en La Niña; wat wordt daarmee bedoeld?

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

El Niño en La Niña

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

El Niño

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

En dan nu toepassen op Zuid-Amerika

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Klimaatfactoren
Ligging van klimaat- vegetatie- en landschapszones wordt bepaald door klimaatfactoren:
  • breedteligging
  • hoogteligging
  • loef- / lijzijde
  • invloed van zee- en luchtstromen

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Klimaatfactoren
Ligging van klimaat- vegetatie- en landschapszones wordt bepaald door klimaatfactoren:
  • breedteligging
  • hoogteligging
  • loef- / lijzijde
  • invloed van zee- en luchtstromen

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Verklaar
Verklaar het verschil tussen A (BW) en F (Af).

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Antwoord
Overheersende windrichting (zuidoostpassaat) zorgt voor veel regen aan de oostkust van het continent. De westkant van de Andes is de lijzijde.

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Verklaar
Verklaar het verschil tussen 1 en 2.
1 (BW)
2 (Cf)

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Antwoord
1 (BW)
2 (Cf)

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Loef- en lijzijde Andes
30º en 60º ZB: westenwinden -> De westkant van het Andesgebergte is hier de loefzijde (regen) en de oostkant de lijzijde (droog). 

Zuid-Chili: overgangszone (Cs, mediteraan) tussen droge noorden (BW) en zeeklimaat (Cf).

Zuid-Argentinië: pampa's (grasvlakten) in  Patagonië.

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Mangrove en pampa's
In kustgebieden met een (sub)tropisch klimaat groeien onafhankelijk van de hoeveelheid neerslag in dat gebied mangrovebossen.

Pampa's in Patagonië.

Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Savanne
Llanes: grassavanne met bomen.

Cerrado: boomsavanne.

Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies