klas 1: voortplanting en seksualiteit

Klas 1: voortplanting en seksualiteit
Pak een pen erbij, log in en leg je telefoon plat voor je op je tafel
1 / 41
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolmavo, havo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 41 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Klas 1: voortplanting en seksualiteit
Pak een pen erbij, log in en leg je telefoon plat voor je op je tafel

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we vandaag doen?
Introductie (waarom?)
Puberteit
Voortplanting en seksualiteit
Evt. voorbehoedsmiddelen

Slide 2 - Tekstslide

Laten we het gezellig houden (PIKASOL)
P = Privacy
Wat we hier vertellen is privé en blijft binnen de groep.
I = Ik-vorm
We praten over onszelf, onze gevoelens, opvattingen.
K = Kies
Kies wat je vertelt en wat niet. Niet alles is voor alle oren bedoeld, en je kan gerust je gevoelens en gedachten voor jezelf houden, als je je niet comfortabel voelt in de groep.
A = Actief
Wees actief in het groepsgebeuren. We geven je veel ruimte, en hoeft daardoor niet passief af te wachten.

Slide 3 - Tekstslide

Laten we het gezellig houden (PIKASOL)
S = Seksueel actief
Dit ben je niet enkel wanneer je met iemand het bed deelt, het zit ook in je hoofd en in je gevoelens. We hebben het dus over alle vormen van seks, en iedereen kan erover meepraten.
O = Oriëntatie
Mensen kunnen heteroseksueel, homoseksueel, lesbisch, biseksueel etc. zijn. Er zijn grote verschillen.
L = Lachen en luisteren
Humor is belangrijk, het is soms goed geladen onderwerpen te ontmijnen. Uitlachen kan niet. Ook luisteren is belangrijk, niet alleen praten.

Slide 4 - Tekstslide

Introductie.. WAAROM?
Geslachtelijke voortplanting
De meeste pubers zijn wel is verliefd geweest.
5 tot 6 % van de jongeren tussen de 12 en 15 heeft ervaring met seks.
61% van de jongens hebben wel eens gemasturbeerd en bij de meisjes is dat 21%.
Meisjes worden gemiddeld op hun 13.1 levensjaar ongesteld.
Bij jongens vindt de eerste zaadlozing plaats.





INFORMEREN :)

Slide 5 - Tekstslide

Puberteit

Slide 6 - Tekstslide

In de puberteit gebeurt er veel met je. Wat is de puberteit?
A
Periode waarin je naar de middelbare school gaat.
B
Periode waarin je geestelijk en lichamelijk volwassen wordt.
C
Periode waarin je veel vrienden en vriendinnen krijgt.
D
Periode waarin je op kamers gaat wonen.

Slide 7 - Quizvraag

In de puberteit
Wat is NIET waar?
A
krijg je meer een eigen mening
B
wil je vaak graag ergens bijhoren
C
ga je anders om met vrienden dan vroeger
D
ben je super zeker van jezelf op alle gebieden

Slide 8 - Quizvraag

Jongeren in de puberteit kunnen zich beter beheersen dan toen ze nog niet in de puberteit waren.
A
waar
B
niet waar

Slide 9 - Quizvraag

In de puberteit treedt een groeispurt op.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 10 - Quizvraag

Puberteit: Meisjes en jongens komen niet tegelijkertijd in de puberteit, wie zijn er eerder?
A
Jongens
B
Meisjes

Slide 11 - Quizvraag

Veranderingen
  • Lichamelijk
  • Geestelijk 
  • Sociaal

Niet bij iedereen op hetzelfde moment!


Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Video

Waardoor verander je in de puberteit?

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Video

Ongesteldheid

Slide 17 - Tekstslide

Moet je je schamen voor je menstruatie?
Ja
Een beetje
Nee

Slide 18 - Poll

Als een meisje ongesteld is,
A
komt er bloed uit haar plasgaatje.
B
is het kindje doodgegaan.
C
is het eitje niet bevrucht.
D
heeft zichzelf niet goed verzorgd.

Slide 19 - Quizvraag

Juist
Onjuist
Je kunt plassen als je een tampon gebruikt
Op alle dagen van de menstruatie verlies je evenveel bloed.
De grote van een tampon heeft te maken met de grote van de vagina
Duur van menstruatiecyclus wisselt per persoon
Je kan de hele dag hetzelfde maandverbandje gebruiken als je niet veel bloed
Als je ongesteld bent, ben je altijd chagrijnig
Bij een menstruatie heb je altijd veel pijn
Voordat je ongesteld bent, kun je al klachten hebben
Als je nog niet zo lang ongesteld bent, dan is de menstruatie nog onregelmatig.

Slide 20 - Sleepvraag

Juist
Onjuist
Je kunt plassen als je een tampon gebruikt
Op alle dagen van de menstruatie verlies je evenveel bloed.
De grote van een tampon heeft te maken met de grote van de vagina
Duur van menstruatiecyclus wisselt per persoon
Je kan de hele dag hetzelfde maandverbandje gebruiken als je niet veel bloed
Als je ongesteld bent, ben je altijd chagrijnig
Bij een menstruatie heb je altijd veel pijn
Voordat je ongesteld bent, kun je al klachten hebben
Als je nog niet zo lang ongesteld bent, dan is de menstruatie nog onregelmatig.

Slide 21 - Sleepvraag

Juist
Onjuist
Je kunt plassen als je een tampon gebruikt
Op alle dagen van de menstruatie verlies je evenveel bloed.
De grote van een tampon heeft te maken met de grote van de vagina
Duur van menstruatiecyclus wisselt per persoon
Je kan de hele dag hetzelfde maandverbandje gebruiken als je niet veel bloed
Als je ongesteld bent, ben je altijd chagrijnig
Bij een menstruatie heb je altijd veel pijn
Voordat je ongesteld bent, kun je al klachten hebben
Als je nog niet zo lang ongesteld bent, dan is de menstruatie nog onregelmatig.

Slide 22 - Sleepvraag

Menstruatiecup
Inlegkruisje
Maandverband
Tampon

Slide 23 - Sleepvraag

Slide 24 - Video

De menstruatiecyclus

Slide 25 - Tekstslide

(Voor het eerst) ongesteld op school?
  • Vraag klasgenoten of een docent om hulp

    Slide 26 - Tekstslide

    Slide 27 - Tekstslide

    Slide 28 - Tekstslide

    Voortplanting en seksualiteit

    Slide 29 - Woordweb

    Gender en diversiteit

    Slide 30 - Tekstslide

    Geslacht/Sekse

    Man / vrouw / intersekse

    Wordt bepaald door je geslachtsorganen


    Slide 31 - Tekstslide

    Genderidentiteit
    Hoe jij je voelt onafhankelijk van je geslacht

    • Man
    • Vrouw 
    • Non-binair (niet uitsluitend man of vrouw)
    • Transgender (voelt zich andere genderidentiteit - mentaal)
    • Transseksueel (voelt zich andere sekse - fysiek)
    • Cisgender (identiteit is gelijk aan de sekse)



    Slide 32 - Tekstslide

    Genderexpressie
    • Mannelijk
    • Vrouwelijk
    • Alles er tussenin

    Slide 33 - Tekstslide

    Seksuele oriëntatie
    Aantrekkingskracht/geaardheid

    Je valt op:
    • Identiteit m/v
    • Expressie m/v
    • Sekse m/v




    Slide 34 - Tekstslide

    'Een beetje hiervan en een beetje daarvan'

    Slide 35 - Tekstslide

    Sanne
    Sanne noemt zichzelf een stoer meisje
    Sanne draagt geen roze strikjes
    Sanne heeft een vrouwenlichaam
    Sanne is 12 en nog niet verliefd geweest
    Genderidentiteit
    Genderexpressie
    Sekse
    Geaardheid

    Slide 36 - Sleepvraag

    Wat hebben de volgende dieren met elkaar gemeen?
    Beer, dolfijn, mens, bonobo

    Slide 37 - Tekstslide

    Seksuele opwinding

    Slide 38 - Tekstslide

    Geslachtsgemeenschap
    Vrijen, seks, neuken, de liefde bedrijven

    Bij biologie --> seks, vrijen, geslachtsgemeenschap

    Zelfbevrediging / orale seks

    Veilige seks

    Slide 39 - Tekstslide

    Voorbehoedsmiddelen
    Functie
    Koffer

    Slide 40 - Tekstslide

    Opdracht SENSE
    Maak de opdracht in 2 tallen, gebruik sense.nl
    5-10 min, daarna nabespreken

    Slide 41 - Tekstslide