In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Onderdelen in deze les
Het ontstaan van de Europese Unie
Slide 1 - Tekstslide
Leerdoelen
Aan het einde van de les weet je:
Waarom de Europese Unie is ontstaan
& Wat de doelstelling van Europese Unie zijn.
Slide 2 - Tekstslide
Wat is de EU?
Slide 3 - Open vraag
Hoe is de Europese Unie ontstaan?
"Di
Slide 4 - Tekstslide
'Dit mag nooit weer gebeuren"
In het Europa van na de Tweede Wereldoorlog leefde sterk het idee van ‘nooit meer oorlog’ en bestond er grote behoefte aan internationale samenwerking. Om te voorkomen dat er opnieuw oorlog zou uitbreken in Europa
Slide 5 - Tekstslide
Herstellen van de economie en de wederopbouw
De Duitse kolen- en staalindustrie moest weer worden opgebouwd, maar dit mocht niet opnieuw leiden tot een sterke, geïsoleerde en wraakzuchtige staat.
De Duitse herindustrialisatie moest daarom plaatsvinden in Europees verband.
gemeenschappelijk beheer geplaatst: het hoogste orgaan van de
EGKS, de Hoge Autoriteit, kreeg zeggenschap over de kolen- en staalindustrie van de aangesloten landen. De staten stonden op deze manier een klein stukje nationale
macht (‘soevereiniteit’) af. Voor het eerst was er sprake van een
supranationale Europese organisatie.
Slide 9 - Tekstslide
1957 de EEG & Euratom
In 1957 werden in het Verdrag van Rome de Europese Economische Gemeenschap en Euratom opgericht. Deze twee organisaties vormden samen met de EGKS de basis voor de Europese Gemeenschap (EG), zoals de Europese Unie tot 1993 heette.
Slide 10 - Tekstslide
Doelstelling van de EEG & Eurotom
Het vormen van gemeenschappelijke markt: één economische Europese zone zonder heffingen, beperkingen en valutaproblemen.
Slide 11 - Tekstslide
Om de handels positie te verbeteren bevatte het EEG-verdrag bepalingen over landbouw, transportmogelijkheden, en economische relaties met niet-leden. Later zouden ook kapitaal en arbeidskrachten deel uitmaken van de gemeenschappelijke markt.
Slide 12 - Tekstslide
1973-1986 uitbreiding
Intussen werden steeds meer staten lid van de EG: naast ‘de Zes’ van de EGKS traden Groot-Brittannië, Ierland, Denemarken (1973), Griekenland, Spanje (1981) en Portugal (1986), tot de organisatie toe en werden de bevoegdheden uitgebreid.
Slide 13 - Tekstslide
1992 de EU
Europese Gemeenschap van Kolen en Staal
--> 1992 EU Europese Unie.
Tegenwoordig heeft de EU 27 lidstaten. Voorwaarden om lid te worden:
- Het land moet een stabiele democratie hebben die de rechtstaat, de mensenrechten en de bescherming van minderheden waarborgt.
- Het land moet goed draaiende economie hebben.
- Het land moet de gemeenschappelijke wetten en regels van de EU overnemen en invoeren.
Slide 14 - Tekstslide
1993 geen binnen grenzen meer
Slide 15 - Tekstslide
1995 uitbreiding
1Oostenrijk, Finland en Zweden worden lid
Slide 16 - Tekstslide
1997 burgers betrekken
In 1997 volgde het Verdrag van Amsterdam. Burgers kregen het recht op toegang tot documenten afkomstig van de Europese Commissie en het Europees Parlement. Het parlement kreeg op meer beleidsterreinen het laatste woord en bovendien meer invloed op de benoeming van de Europese Commissie. Verder werd fraude met gemeenschapsgeld aangepakt, onder andere door de Europese Rekenkamer en de douanediensten meer bevoegdheden te geven.
Met het Verdrag van Nice van 2001 is onder meer de besluitvormingsprocedure over een aantal onderwerpen in de Raad van Ministers veranderd.
Slide 17 - Tekstslide
2002 de Euromunt
Per 1 januari 2002 is in twaalf lidstaten van de EU de nationale munt (zoals de Nederlandse gulden) vervangen door de euro. Inmiddels hebben negentien landen de euro.
Slide 18 - Tekstslide
2004 uitbreiding
2004: Cyprus, Estland, Hongarije, Letland, Litouwen, Malta, Polen, Slovenië, Slowakije en Tsjechië
Slide 19 - Tekstslide
2007 uitbreiding
2007: Bulgarije en Roemenië
Slide 20 - Tekstslide
Op 1 december 2009 is het Verdrag van Lissabon in werking getreden. Dit verdrag moet de Europese Unie makkelijker laten functioneren en de burger meer betrekken in de besluitvorming op Europees niveau. Het verdrag van Lissabon is voornamelijk een verbetering en verduidelijking van eerdere verdragen. Zo is bijvoorbeeld de wijze waarop de EU werkt vereenvoudigd.