☐ Je kunt beschrijven hoe een cel van een of meer polypeptideketens een werkzaam eiwit maakt (18.1)
☐ Je kunt verschillende voorbeelden geven hoe eiwitmoleculen bijdragen aan het functioneren van een organisme (18.2)
Ik gooi de volgorde van 18.1 en 18.2 een beetje door elkaar......