blok 2 week 5 Les 2

B2W5L2
Je kunt straks:
• de tekst bekijken voordat je gaat lezen (stap 1 t/m 3)
• bedenken wat je moet doen als je het niet meer snapt (stap 4)
• vragen over de tekst beantwoorden tijdens het lezen (stap 5)
• van de tekst een plaatje maken in je hoofd (stap 6)
• de tekst samenvatten (stap 7)
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
Begrijpend lezenBasisschoolGroep 5

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

B2W5L2
Je kunt straks:
• de tekst bekijken voordat je gaat lezen (stap 1 t/m 3)
• bedenken wat je moet doen als je het niet meer snapt (stap 4)
• vragen over de tekst beantwoorden tijdens het lezen (stap 5)
• van de tekst een plaatje maken in je hoofd (stap 6)
• de tekst samenvatten (stap 7)

Slide 1 - Tekstslide

Wat ga je doen?
Een paar dagen geleden las je over het weer voorspellen. Deze les heeft
ook met het weer te maken. Bekijk eerst de tekst. Maak stap 1 t/m 3.
Lees dan de tekst helemaal en maak stap 4 t/m 7.

Slide 2 - Tekstslide

STAP 1 Waarom lees ik de tekst? (Leesdoel bepalen)
1 Bekijk de tekst op bladzijde 2 en 3.
Waar kun je deze tekst vinden?
A
in een kookboek
B
gebruiksaanwijzing
C
tijdschrift voor kinderen
D
woordenboek

Slide 3 - Quizvraag

Welk leesdoel past het best bij deze tekst? Kruis aan.
A
Ik heb zin om te lezen.
B
Ik wil iets maken of doen.
C
Ik wil iets kopen.
D
Ik wil iets weten of leren.

Slide 4 - Quizvraag

Waar gaat de tekst over, denk je? Vul in.
Aan de titel en de plaatjes te zien, gaat de tekst over mensen die ..................

Slide 5 - Open vraag

Aan de kopjes te zien, gaat de tekst over wat er met je lijf gebeurt...
A
als je ziek bent
B
het koud hebt
C
kleur krijgt
D
als je gaat klappertanden

Slide 6 - Quizvraag

STAP 3 Wat weet ik al over het onderwerp? (Kennis ophalen)
Wat weet jij al over kou en je lijf? Wat gebeurt er met je lijf als je het
koud hebt?

Slide 7 - Open vraag

Brrr, wat is het koud!
Het is winter. Het seizoen van sneeuw,
schaatsen en kerstmis. Maar ook het
seizoen van snotneuzen, kippenvel en
rode wangen. Juist in de winter hebben
we last van ons lijf. Waarom krijgen we
juist dan kwaaltjes? Zijn ze ergens goed
voor? En hoe ontstaan ze eigenlijk? 

Slide 8 - Tekstslide

Kippenvel
In je lijf is het meestal 37 graden. Warmer is niet goed, maar kouder
ook niet. Dus kom je onder die 37 graden? Dan probeert je lijf warmte
vast te houden. Met kippenvel! Ja, echt. Zo houden dieren hun
warmte vast. Kippenvel ontstaat doordat de spiertjes van je haartjes
samentrekken. Daardoor gaan je haartjes rechtop staan. Maar die
haartjes trekken je huid een beetje mee. Je krijgt kleine bultjes op je
huid: kippenvel dus. Werkt dit nou echt? Nou, niet bij mensen. Alleen
bij dieren met een dikke vacht. Mensen kunnen beter een jas aandoen.

Slide 9 - Tekstslide

Klappertanden
Je lijf heeft nog een beter trucje tegen de kou:
klappertanden. Jij bibbert vast weleens als je het
koud hebt. Dat gaat vanzelf. Je bibbert als je spieren
kort en snel bewegen. Dat doet je lijf om het warmer
te krijgen. In je mond en je kaak zitten veel spieren.
Als die gaan bewegen, klapperen je tanden tegen
elkaar. Je klappertandt dus om warm te worden.

Slide 10 - Tekstslide

Paarse lippen
Heb je het te lang koud? Dan helpt klappertanden niet. Je lijf probeert
iets nieuws. Het stuurt minder bloed naar je tenen, je vingers en
je neus. Zo blijft er meer bloed over voor je hart. En natuurlijk voor
andere belangrijke organen. Is het echt ijs- en ijskoud? Dan krijgen ook
je lippen minder bloed. Die kleuren daardoor niet rood, maar paars. 

Slide 11 - Tekstslide

Rode wangen
Hoe zit het dan met je rode wangen? Krijgen die meer bloed? Klopt!
 Maar dit is geen trucje tegen de kou, zoals je paarse lippen. 
Je bloed stroomt door bloedvaatjes. 
De vaatjes in je wangen kunnen gewoon niet zo goed tegen wisselingen in de
temperatuur.
 Tegen 1................  dus. Daar worden ze slapper en wijder van.
 Door wijde vaatjes past meer bloed. 
Meer bloed = rodere wangen!
Kortom, de meeste kwaaltjes in de winter ontstaan doordat je lijf
warmer wil worden. Alleen je rode wangen niet!

Slide 12 - Tekstslide

4. In regel 8 lees je kwaaltjes. Stel, je weet niet wat kwaaltjes zijn.
Hoe kun je de betekenis van dit woord vinden? Kruis aan
A
Er staat een plaatje dat er iets over vertelt.
B
Er staat een woord dat ongeveer hetzelfde betekent.
C
Het woord wordt uitgelegd in de tekst ervoor.
D
Al deze manieren helpen om de betekenis te vinden.

Slide 13 - Quizvraag

4b. Wat zijn kwaaltjes dus? Vul in.
Je hebt kwaaltjes als je

Slide 14 - Open vraag

Lees de alinea Rode wangen.
Wat past het best op plaats 1? Kruis aan.
A
heel hoge temperaturen
B
sneeuw, regen en hagel
C
heel lage temperaturen
D
warm-koud-warm-koud

Slide 15 - Quizvraag

STAP 5 Welke vragen zie ik? (Vragen stellen)
Weet je het nog? Welke vragen zie ik?
Hoe-vragen en Waarom-vragen zijn moeilijk om te beantwoorden.
• Het antwoord op een Hoe-vraag staat vaak op verschillende
plaatsen in de tekst.
• De moeilijkste vraag is de Waarom-vraag. Het antwoord staat niet
altijd precies in de tekst. Je moet ook zelf nadenken.

Slide 16 - Tekstslide

Vraag 6
 Lees de alinea Kippenvel. Hoe ontstaat kippenvel? Markeer het
antwoord in de tekst. Tip: het zijn vier zinnen.

Slide 17 - Tekstslide

7a. Lees de alinea Kippenvel nog eens.
a Waarom krijgen mensen kippenvel? Vul in.

Slide 18 - Open vraag

7b Waarom werkt kippenvel niet bij mensen? Vul in.
Het antwoord staat niet precies in de tekst. Bedenk het zelf.
Omdat mensen..............

Slide 19 - Open vraag

8 Lees: Zo blijft ... je hart. (regel 33)
a Welke WH-vraag met Waarom kun je stellen bij deze zin? Vul in.
Waarom moet er.......................................

Slide 20 - Open vraag

Welk plaatje past bij de tekst? (Visualiseren)
Lees: Jij bibbert ... koud hebt. (regel 23 t/m 24) Welk plaatje zie jij
hierbij in je hoofd? Vul in.
Ik zie............................................................

Slide 21 - Open vraag

STAP 7 Hoe vat ik samen? (Samenvatten)
10 Stel, je moet een andere titel kiezen die de tekst beter samenvat.
Welke titel past het best boven deze tekst? Kruis aan.
A
Help, kwaaltjes in je lijf!
B
Vechten tegen de kou
C
Kou en kwaal: zo zit het
D
Warm de winter door

Slide 22 - Quizvraag