4A-Lesson14-1611

Welcome 4A!
Have a seat
Get your stuff on your table

START:
Working on the crossword
puzzle.
Use TB p.91,92,93
timer
15:00
1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Welcome 4A!
Have a seat
Get your stuff on your table

START:
Working on the crossword
puzzle.
Use TB p.91,92,93
timer
15:00

Slide 1 - Tekstslide

Today
Vocabulary practise Theme 4

SO preparations!

Round up

Slide 2 - Tekstslide

Vocabulary practise
Vertaal de woorden van Engels naar Nederlands.

Slide 3 - Tekstslide

1. Vertaal: "barely"
A
gedeeltelijk
B
nauwelijks
C
buitengewoon
D
ontzettend

Slide 4 - Quizvraag

2. Vertaal: "obedient"
A
hysterisch
B
obsessief
C
gehoorzaam
D
geheim

Slide 5 - Quizvraag

3. Vertaal: "senses"
A
seizoenen
B
signalen
C
zeeën
D
zintuigen

Slide 6 - Quizvraag

4. Vertaal: "physics"
A
fysiek
B
natuurkunde
C
psychologie
D
filosofie

Slide 7 - Quizvraag

5. Vertaal: "trickery"
A
magie
B
bedreiging
C
tragedie
D
bedrog

Slide 8 - Quizvraag

6. Vertaal: "to be flabbergasted"
A
verbaasd zijn
B
vermoeid zijn
C
ontevreden zijn
D
duizelig zijn

Slide 9 - Quizvraag

7. Vertaal: "grasp"
A
opdragen
B
uitzenden
C
begrijpen
D
besluiten

Slide 10 - Quizvraag

8. Vertaal: "imagination"
A
veelzijdigheid
B
fotografie
C
identiteit
D
verbeelding

Slide 11 - Quizvraag

9. Vertaal: "distraction"
A
dienstplicht
B
afleiding
C
toewijding
D
diavoorstelling

Slide 12 - Quizvraag

10. Vertaal: "conceal"
A
verspreiden
B
verdenken
C
verbergen
D
verdwijnen

Slide 13 - Quizvraag

11. Vertaal: "ongemakkelijk"
A
understanding
B
overwhelming
C
awkward
D
annoying

Slide 14 - Quizvraag

12. Vertaal: "dwars zitten"
A
to ridicule
B
to bother
C
to disturb
D
to designate

Slide 15 - Quizvraag

13. Vertaal: "ondeugend"
A
dignified
B
polite
C
careful
D
mischievous

Slide 16 - Quizvraag

14. Vertaal: "rangschikken"
A
to deny
B
to arrange
C
to contribute
D
to negotiate

Slide 17 - Quizvraag

15. Vertaal: "deelnemer"
A
participant
B
researcher
C
officer
D
protestor

Slide 18 - Quizvraag

16. Vertaal: "waarneming"
A
variation
B
observation
C
liberation
D
consideration

Slide 19 - Quizvraag

17. Vertaal: "nieuwsgierig"
A
mysterious
B
curious
C
developing
D
aggrevating

Slide 20 - Quizvraag

18. Vertaal: "uitpakken"
A
to contain
B
to distribute
C
to establish
D
to unwrap

Slide 21 - Quizvraag

19. Vertaal: "toch"
A
furthermore
B
nevertheless
C
additionally
D
moreover

Slide 22 - Quizvraag

20. Vertaal: "doel"
A
guide
B
access
C
aim
D
sign

Slide 23 - Quizvraag

Make sentences with the following words
1. Headline               7. Master
2. Category             8. Senses
3. Likeable               9. Awkward
4. Mind                     10. Difficulty
5. Replace               11. Unwrap
6. Knowledge        12. Subtract
timer
15:00

Slide 24 - Tekstslide

Round up & homework
Monday 22 November

Study the voacbulary of Theme 3 + 4
TB p. 45, 46, 47 + 91,92,93

Slide 25 - Tekstslide