In deze les zitten 34 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 30 min
Onderdelen in deze les
Thema ZINTUIGEN
Slide 1 - Tekstslide
Lesverloop
Start vragen (maak ze eerst zelf, weet je het dan niet zoek het op in je boek)
Uitleg
Kennisvragen
Zelfstandig werken
Slide 2 - Tekstslide
BS 2: Tien zintuigen van de mens
Leerjaar 3
Mevrouw Rottier & Mevrouw van Brakel
Slide 3 - Tekstslide
Leerdoelen
* Je kunt aangeven waar het gezichtszintuig, het gehoorzintuig en het evenwichtszintuig liggen en wat hun adequate prikkels zijn.
* Je kunt aangeven waar de zintuigcellen in je huid, de reukzintuigcellen en de smaakzintuigcellen liggen, hoe ze werken en wat hun adequate prikkels zijn
Slide 4 - Tekstslide
Kennisvragen
Slide 5 - Tekstslide
1. Benoem de 10 zintuigen van de mens:
Slide 6 - Tekstslide
1. Benoem de 10 zintuigen van de mens:
Slide 7 - Tekstslide
2. Zet de adequate prikkels per zintuig erbij
Slide 8 - Tekstslide
2. Zet de adequate prikkels per zintuig erbij
Slide 9 - Tekstslide
Thema zintuigen
basisstof 2: Tien zintuigen van de mens
Slide 10 - Tekstslide
Ligt in de ogen
Het gezichtszintuig bestaat uit een vlies van lichtgevoelige cellen. Dit noemen we het netvlies
Het netvlies bevindt zich helemaal achterin de oogbol
Adequate prikkel= Licht
Zintuig = netvlies
Gezichtszintuig
Slide 11 - Tekstslide
Netvlies
Hier zitten de zintuigcellen in om te waarnemen
Slide 12 - Tekstslide
Netvlies
Hier zitten de zintuigcellen in om te waarnemen
NETFLIX kijken
Slide 13 - Tekstslide
Gehoorzintuig
In de oren
Reageert op geluiden/trillingen.
De zintuigcellen (haartjes) in het slakkenhuis sturen impulsen naar de hersenen, waardoor je kunt horen.
Adequate prikkel = Geluid/trilling
Zintuig = slakkenhuis
Slide 14 - Tekstslide
Slakkenhuis
Hier zitten de zintuigcellen in om te waarnemen
Het lijkt op een slak
Slide 15 - Tekstslide
Evenwichtszintuig
In de oren ligt ook het evenwichtszintuig of evenwichtsorgaan.
De maakt gebruik van de zwaartekracht om de stand van je hoofd te meten zodat je rechtop blijft staan.
Ook meet deze of je snel of langzaam gaat.
Adequate prikkel = zwaartekracht
Slide 16 - Tekstslide
In de huid bevinden zich vijf verschillende typen zintuigen
Slide 17 - Tekstslide
Zintuigen in de huid
* Koudezintuig: Reageert op lagere temperaturen, kou dus.
* Warmtezintuig: Reageert op hoge temperaturen, warmte dus
* Drukzintuig: Reageert op druk op de huid
* Tastzintuig: Reageert op zachte aanrakingen op de huid
* Pijnpunten : Reageren op pijn en schadelijke prikkels.
Pijnpunten
zien er iets anders uit dan de andere zintuigen in de huid.
Ze zitten niet alleen in de huid, maar overal in het lichaam.
Slide 18 - Tekstslide
Huid
De huid bestaat uit 3 lagen:
Opperhuid
Lederhuid
Onderhuids bindweefsel.
Slide 19 - Tekstslide
3 lagen huid
Slide 20 - Tekstslide
3 lagen huid
1e graads brandwond
Opperhuid aangetast niet kapot
Rode huid
2e graads brandwond
Opperhuid is beschadigd
Heelt binnen 2 weken
Blaren op de huid
3e graads brandwond
Opperhuid en lederhuid is aangetast
Zintuigcellen kapot
Kans op geen gevoel meer in huid
Slide 21 - Tekstslide
3 lagen huid
1e graads brandwond
Opperhuid aangetast niet kapot
Rode huid
2e graads brandwond
Opperhuid is beschadigd
Heelt binnen 2 weken
Blaren op de huid
3e graads brandwond
Lederhuid is aangetast
Zintuigcellen kapot
Kans op geen gevoel meer in huid
Slide 22 - Tekstslide
Reukzintuig
In de neus
Reageert op geuren
De zintuigcellen (in het slijmvlies) in de neus sturen impulsen naar de hersenen, waardoor je kunt ruiken.
Adequate prikkel = Geuren
Slide 23 - Tekstslide
Smaakzintuig
In de tong
Reageert op smaken
De zintuigcellen de smaakknopjes (groeven) in de tong sturen impulsen naar de hersenen, waardoor je kunt ruiken.
Adequate prikkel = smaken
Slide 24 - Tekstslide
Er bevinden zich vijf verschillende typen smaakzintuigcellen op de tong.
Welke vijf smaken kunnen wij onderscheiden?
zoet - zuur - zout - bitter - umami
Slide 25 - Tekstslide
Kennisvragen
Slide 26 - Tekstslide
Vier leerlingen doen een uitspraak over de afbeelding. - Anja zegt dat in die afbeelding een deel van de tong is getekend. - Boris zegt dat in die afbeelding een deel van de huid is getekend. - Caspar zegt dat P een smaakknopje aangeeft. - Diane zegt dat P een tastknopje aangeeft.
Welke leerlingen hebben gelijk?
A
Boris en Caspar
B
Boris en Casper
C
Anja en Diane
D
Anja en Caspar
Slide 27 - Quizvraag
Waar bevindt zich het lichtzintuig?
A
in je neusholte
B
in je oog
C
achter je oor
D
in de mond
Slide 28 - Quizvraag
Waar bevindt zich het smaakzintuig?
A
in je neusholte
B
in je oog
C
achter je oor
D
in de mond
Slide 29 - Quizvraag
Waar bevindt zich het evenwichtszintuig?
A
in je neusholte
B
in je oog
C
achter je oor
D
in de mond
Slide 30 - Quizvraag
Waar bevinden de reukzintuigcellen en de reukharen zich?