Lijmen en Hechting Hoofdstuk 2

Lijmen en Hechting
Hoofdstuk 2
1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
ScheikundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Lijmen en Hechting
Hoofdstuk 2

Slide 1 - Tekstslide

Rad van Fortuin

Kom naar beneden en sla je slag!

Slide 2 - Tekstslide

Wat gaan we doen?
Bespreken planning
Bespreken resultaat H1
Opfrissen kennis chemische binding
Praktische opdracht H2

Slide 3 - Tekstslide

Planning

Slide 4 - Tekstslide

Opfrissen!

Slide 5 - Tekstslide

Wat gaan we opfrissen?
Adhesie vs. Cohesie

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Cohesie is juist de aantrekkingskracht tussen moleculen van dezelfde stof (water neemt een bolvorm aan), het komt van het Latijnse com = samen en haerere = blijven steken.

Adhesie is de aantrekkingskracht tussen twee verschillende stoffen (een druppel water blijft aan de kraan hangen).

Slide 8 - Tekstslide

Praktische opdracht!
Uit je handleiding H2

Slide 9 - Tekstslide

Lijm

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Hoe krijg je de volle punten voor een grafiek
Examen vragen:

Slide 12 - Tekstslide

Van tevoren:
gebruik ALTIJD een potlood en een lineaal

Slide 13 - Tekstslide

Stappen grafiek maken
  • Bepaal eerst welke grafiek er gemaakt moet worden (staat vaak in de opgave)
  • Zorg dat de Grootheid en de Eenheid erbij gezet wordt
  • Zorg voor een goede verdeling van de assen
  • Meet precies de meetpunten af
  • Trek een vloeiende lijn door de punten (maar niet te precies!)

Slide 14 - Tekstslide

Grootheid en eenheid
Grootheid is WAT je meet
Eenheid is de maar WAARIN je het meet
Vb:  


De grootheid en eenheid kan je bijna altijd vinden in de tabel met gegevens! Neem dat exact over!!
Grootheid: lengte
eenheid: meter
Grootheid: temperatuur
eenheid: graden Celsius
Grootheid: aantal
eenheid: ganzen

Slide 15 - Tekstslide

Hier wordt verteld, waar de grafiek over gaat. Dit is dan ook de titel!
Hier staat al de grootheid leeftijd in de eenheid jaar.
Als er tijd staat, zet je deze altijd op de x-as (de platte op de bodem)
Je ziet hier de grootheid gewicht van de prostaat
De eenheid is gram

Slide 16 - Tekstslide

Zet hier de grootheid gewicht van de prostaat
De eenheid is gram

Dus: gewicht prostaat in gram
Hier zet je de  grootheid leeftijd in de eenheid jaar.
Omdat er tijd staat, zet je deze  op de x-as 

Je schrijft dus op: leeftijd in jaar
Titel: Gemiddeld gewicht van de prostaat bij verschillende leeftijden

Slide 17 - Tekstslide

Zet hier de grootheid gewicht van de prostaat
De eenheid is gram

Dus: gewicht prostaat in gram
Hier zet je de  grootheid leeftijd in de eenheid jaar.
Omdat er tijd staat, zet je deze  op de x-as 

Je schrijft dus op: leeftijd in jaar
Titel: Gemiddeld gewicht van de prostaat bij verschillende leeftijden
Kijk goed naar de getallen: verdeel deze zo over de assen, dat er geen leegte bovenin komt.

Geef ieder vakje dezelfde waarde: 
dus schrijf bijvoorbeeld op 10, 20, 30 etc.

Slide 18 - Tekstslide

Zet hier de grootheid gewicht van de prostaat
De eenheid is gram

Dus: gewicht prostaat in gram
Hier zet je de  grootheid leeftijd in de eenheid jaar.
Omdat er tijd staat, zet je deze  op de x-as 

Je schrijft dus op: leeftijd in jaar
Titel: Gemiddeld gewicht van de prostaat bij verschillende leeftijden
Kijk goed naar de getallen: verdeel deze zo over de assen, dat er geen leegte bovenin komt.

Geef ieder vakje dezelfde waarde: 
dus schrijf bijvoorbeeld op 10, 20, 30 etc.

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Aan de slag
Volg de aanwijzingen

Slide 21 - Tekstslide

Moment meten

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide

Moment van een kracht
     linksom                                                                                          rechtsom




                                                  evenwicht

Slide 24 - Tekstslide

moment = grootte van kracht x lengte van arm



Kracht is in newton
Lengte van arm is in meter
Moment is in newton meter

Soms wordt er voor de lengte van de arm een ander symbool gebruikt:
r of d                                                                
                                                                                            of   
M=Fl
M=Fr
M=Fd

Slide 25 - Tekstslide

De eenheid van kracht is
A
meter
B
F
C
Newton
D
power

Slide 26 - Quizvraag

Wat is de eenheid van moment?
A
Newton
B
meter
C
Newtonmeter
D
Newton per meter

Slide 27 - Quizvraag

Aan de slag
Volg de aanwijzingen

Slide 28 - Tekstslide