SO bespreking

1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

In deze les zitten 16 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Vandaag:


Bespreken van het SO

paragraaf 1.2 + 1.3

Slide 2 - Tekstslide

Hoe gaan we te werk? 
- Op je tafel ligt alleen een potlood

- Ik loop door alle vragen heen, je zet een kruisje bij de vragen waar je vragen of opmerkingen over hebt

- Als alle vragen zijn behandeld is er tijd om naar jullie opmerkingen te kijken. 

Slide 3 - Tekstslide

Vraag 1

Opdracht 1

Zet de volgende gebeurtenissen in de juiste chronologische volgorde. Begin met de gebeurtenis die het eerste gebeurden. (2p)

  1. Duitsland voert het Schlieffenplan uit
  2. Het verdrag van Versailles wordt getekend.
  3. Franz Ferdinand wordt vermoord.
  4. In Versailles wordt het Duitse keizerrijk uitgeroepen.
  5. Wapenwedloop tussen Engeland en Duitsland

Juiste antwoord (4-5-3-1-2)
Alles goed 2p 
twee cijfers omgedraaid 1p

Slide 4 - Tekstslide

Vraag 2
Gebruik bron 1.

a. Welk begrip past het beste bij deze bron? Leg ook uit waarom.(2p)

b. Leg met behulp van je antwoord op vraag a uit waarom mensen aan het eind van de negentiende eeuw heel positief naar de toekomst keken. (1P)

opmerkingen:
Massaproductie is niet gelijk aan nieuwe uitvindingen

Slide 5 - Tekstslide

Bron 1


Volgens een bekend verhaal liet Henry Ford het productieproces in zijn fabriek door een deskundige analyseren. Wekenlang liep de onderzoeker door het bedrijf om het productieproces tegen het licht te houden. Bij zijn terugkeer rapporteerde hij dat iedereen in het bedrijf optimaal presteerde, "behalve in één kamer in de hoek, daar zit een man de hele dag sigaren te roken en niets te doen." "Dat klopt," zei Ford, "die man ben ik."

Slide 6 - Tekstslide

Vraag 3
Gebruik bron 3.
Tijdens de lessen zijn 6 verschillende oorzaken van de eerste wereldoorlog besproken. Welk van de 6 oorzaken van de eerste wereldoorlog past het beste bij bron 3? (2p)

Is de tekenaar van de afbeelding positief of negatief over de situatie? Gebruik in je antwoord twee verschillende elementen uit de afbeelding. (3p)

Slide 7 - Tekstslide

Bron 3

Slide 8 - Tekstslide

Vraag 4
Gebruik bron 4
a. Leg met behulp van de bron uit dat de Eerste Wereldoorlog een ‘totale oorlog’ was. (2p)

b. Leg uit waarom propaganda belangrijk is in een ‘totale oorlog’ (1p)

Opmerking: niet het hele land moest 'meevechten' maar het hele land was betrokken bij de oorlog

Slide 9 - Tekstslide

Bron 4
‘Aan de Schelde, bij de afmeerplaatsen van de boten, en aan de stations stonden menigten van duizenden, maar het vreselijkste was de uittocht der vele tienduizenden, die te voet naar de Nederlandse grens gingen. Ik heb die uittocht meegemaakt. Van Antwerpen tot aan onze grenzen was het één lange, droeve stoet van mensen en dieren. Hele kudden vee werden meegedreven door in doodsangst vluchtende boeren uit de omstreken. Jonge mensen waren er, die een oude grootmoeder op een kruiwagen vervoerden. Voertuigen van allerlei soort zag men. En al die vluchtenden keken telkens om naar hun stad, die in vlammen en rook opging.’

Slide 10 - Tekstslide

Vraag 5
Hieronder staan 6 stellingen. Schrijf het cijfer op van de stelling of stellingen die niet waar zijn. (1p)
 

1. Bosnië werd veroverd door Servië
2. Duitsland en Oostenrijk-Hongarije waren bondgenoten
3. Frankrijk en Rusland waren bondgenoten
4. Servië en Rusland waren bondgenoten
5. Italië was eerst bij de Triple Alliantie en toen bij de Triple Entente
6. Spanje was bondgenoot van Italië

Stellingen 1 en 6 zijn niet waar

Slide 11 - Tekstslide

Vraag 6

In het Verdrag van Versailles werd Duitsland aangewezen als de hoofdschuldige van de eerste wereldoorlog. Benoem nog twee punten die in het Verdrag van Versailles stonden. (2p)

Leg uit hoe het Verdrag van Versailles niet voor vrede zorgde maar juist voor een onrustige situatie in Europa. (2P)

Slide 12 - Tekstslide

Verdrag van Versailles
De overwinaars bepalen het volgende:

  1. Duitsland is hoofdschuldige aan de oorlog
  2. Duistland moet herstelbetalingen betalen
  3. Elzas-lotharingen wordt van Frankrijk (ruhrgebied)
  4. Duitsland mag geen groot leger meer hebben
  5. Het grens gebied tussen Fr en Dui was verboden voor Duitse soldaten. 

Slide 13 - Tekstslide

Vraag 7
In de lessen zijn we bezig geweest met de vraag ‘welk land was hoofdschuldige aan de eerste wereldoorlog’. Tijdens de opdracht is gebleken dat het eigenlijk niet mogelijk is om één land aan te wijzen omdat alle landen wel iets hebben gedaan waardoor ze hoofdschuldig zouden kunnen zijn. Hieronder staan 2 landen. Geef voor beide landen één argument waarom dit land als hoofdschuldige aangewezen zou kunnen worden voor de eerste wereldoorlog. (2p)
1. Frankrijk
2. Oostenrijk-Hongarije

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Link

Klaar? 

Lees paragraaf 1.4 'de economische wereldcrisis'

En maak opdracht 1 t/m 5

Slide 16 - Tekstslide