Verkeer les 3 - groep 5a

Wie heeft voorrang?
Verkeer - les 3
Verkeer - les 3
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
VerkeerBasisschoolGroep 5

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Wie heeft voorrang?
Verkeer - les 3
Verkeer - les 3

Slide 1 - Tekstslide

Dit moet je nooit doen
Voorrang geven
Voorrang krijgen
Voorrang nemen
Jij mag eerst
De ander mag eerst

Slide 2 - Sleepvraag

Wat is het veiligst voor de fietser?
A
Afremmen en kijken of de scooter stopt
B
Doorrijden zonder dat je om je heen kijkt
C
Doorrijden, want de scooter moet stoppen
D
Stoppen, want de scooter heeft voorrang

Slide 3 - Quizvraag

Wat moet de fietser doen?
A
De auto heeft voorrang. Daarna mag zij fietsen
B
Ze hoeft niet te kijken en mag gewoon fietsen
C
Kijken of de auto stopt en mag daarna fietsen
D
Er zijn haaientanden, dus ze moet wachten

Slide 4 - Quizvraag

1
2
3

Slide 5 - Sleepvraag

Welke fietser mag eerst?

Slide 6 - Open vraag

Verbind de plaatjes met de juiste benamingen van de kruisingen
Voorrangskruising
Gewone kruising
Voorrangskruising
Gewone kruising

Slide 7 - Sleepvraag

Wat zegt het bord?
Je moet voorrang geven aan links en rechts
Je krijgt voorrang van links en rechts
Einde voorrangsweg
Je stopt voor de streep en geeft links en rechts voorrang
Je moet stoppen voor de haaientanden

Slide 8 - Poll

Wat zegt het bord?
Je moet voorrang geven aan links en rechts
Je krijgt voorrang van links en rechts
Einde voorrangsweg
Je stopt voor de streep en geeft links en rechts voorrang
Je moet stoppen voor de haaientanden

Slide 9 - Poll

Wat zegt het bord?
Je moet voorrang geven aan links en rechts
Je krijgt voorrang van links en rechts
Einde voorrangsweg
Je stopt voor de streep en geeft links en rechts voorrang
Je moet stoppen voor de haaientanden

Slide 10 - Poll

Wat zegt het bord?
Je moet voorrang geven aan links en rechts
Je krijgt voorrang van links en rechts
Einde voorrangsweg
Je stopt voor de streep en geeft links en rechts voorrang
Je moet stoppen voor de haaientanden

Slide 11 - Poll

Waaraan zie je dat de fietser voorrang moet geven
A
Dat zie je aan de haaientanden
B
Dat zie je aan het verkeersbord
C
De fietser hoeft geen voorrang te geven
D
Dat zie je aan de haaientanden en aan het verkeersbord

Slide 12 - Quizvraag

Op wat voor soort kruising fietst het meisje? En krijgt zij voorrang?

Slide 13 - Open vraag

Stopbord

Slide 14 - Woordweb

Stopbord
- Je moet stoppen voor de stopstreep, ook als er geen verkeer aan komt

- Je moet voorrang geven aan iedereen die van links en rechts komt

Slide 15 - Tekstslide

Wie heeft voorrang?
A
De fietser
B
De auto
C
De fietser en de voetganger
D
De voetganger

Slide 16 - Quizvraag


Wat is het veiligst om te doen als fietser?
Ga langzamer fietsen en geef de auto voorrang
Ze mogen doorfietsen
Kijk of de auto stopt en fiets dan door
Je hoeft niet te kijken: fiets gewoon door
De auto mag sowieso eerst

Slide 17 - Poll