In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 5 videos.
Lesduur is: 30 min
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Samenvatting a.d.h.v.
Kenmerkende aspecten
Slide 2 - Tekstslide
Samenvatting a.d.h.v. Kenmerkende aspecten
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Video
02:30
Welke woorden uit par. 6.1 horen bij Wereldeconomie
Slide 5 - Woordweb
Slide 6 - Tekstslide
De Gouden eeuw en de wereldeconomie hebben veel met elkaar te maken voor Nederland. Leg uit aan de hand van de onderstaande 3 punten uit waarom? 1. D e VOC 2. Amsterdam 3. Tolerantie en culturele bloei
Slide 7 - Open vraag
Slide 8 - Video
De Gouden eeuw;
Kunst bloeit door Hollandse meesters als Rembrandt en Vermeer.
Wetenschap bloeit door Huijgens, Spinoza en Van Leeuwenhoeck
Slide 9 - Tekstslide
Slide 10 - Tekstslide
Slide 11 - Video
03:20
Leg aan de hand van de hieronder genoemde vier punten uit waarom de 17e ondanks de schaduwkanten terecht een gouden eeuw was: 1. Economisch 2. politiek (staatsvorm, bestuur) 3. wetenschap en kunst 4. Godsdienst(vrijheid)
Slide 12 - Open vraag
Slide 13 - Tekstslide
Slide 14 - Video
Leg uit aan de hand van de video, waarom Lodewijk XIV via de Dans laat zien dat hij echt een absoluut vorst is.
Slide 15 - Open vraag
Slide 16 - Tekstslide
Slide 17 - Video
00:00
Wat is het verschil tussen wetenschappelijke revolutie en de Verlichting
A
De wetenschappelijke revolutie ging sneller, was eerder en kende meer uitvindingen dan de Verlichting
B
De Verlichting was de oorzaak van de wetenschappelijke revolutie en daardoor namen er meer mensen aan deel.
C
De wetenschappelijke revolutie was de oorzaak van de Verlichting en de ideeën van de Wetenschappelijke revolutie werden tijdens de Verlichting verspreid.
D
De wetenschappelijk revolutie was gebaseerd op onderzoek doen naar en bewijs vinden van een heleboel onduidelijke zaken. De Verlichting betrof enkel de uitvinding van de gloeilamp en elektriciteit.
Slide 18 - Quizvraag
De Wetenschappelijke revolutie in beeld.
Vragen in plaats van volgen . Onderzoek in pl. van Aanname.
Weten in plaats van geloven.
Feit in pl. van Mening
Debat in pl. van Luisteren
Slide 19 - Tekstslide
Leg uit waarom de wetenschappelijke revolutie eerst in de Nederlanden en Engeland plaats kon vinden, i.p.v landen als Italië en Frankrijk en zich pas vanaf het midden van de 18e eeuw echt over heel Europa verspreidde
Slide 20 - Open vraag
02:40
De Gouden Eeuw heeft ook een duidelijke zwarte bladzijde in het geschiedenisboek. Wat wordt bedoeld?
A
Vanwege alle oorlogen.
B
Omdat veel Nederlanders arm bleven.
C
Vanwege ziektes zoals scheurbuik
D
Vanwege de slavenhandel.
Slide 21 - Quizvraag
02:30
De VOC had een aantal rechten. Wat zijn rechten van de VOC?
A
De VOC mocht oorlog voeren
B
De VOC mocht verdragen sluiten
C
De VOC mocht forten bouwen
D
De VOC mocht als enige handel drijven met Azië
Slide 22 - Quizvraag
Geef de kenmerkende aspecten die horen bij de 5 grote afbeeldingen op de tijdbalkposter van de vorige dia aan en leg uit waarom. het stadhuis Amsterdam, het melkmeisje van Vermeer, de onderzoeker Galilei, een VOC schip en de Zonnekoning Lodewijk XIV .