H7 Cultuur in breed perspectief MWWE

H7 Cultuur in breed perspectief
1 / 40
volgende
Slide 1: Tekstslide
Psychologie & SociologieSecundair onderwijs

In deze les zitten 40 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

H7 Cultuur in breed perspectief

Slide 1 - Tekstslide

Inleiding
Kies 1 post-it, afhankelijk van de kleur krijg je een verschillende opdracht:
  • Zou je zelf graag in het buitenland willen studeren? Waarom wel? Waarom niet? In welk land zou je (niet) graag willen studeren? Waarom? Welke ervaringen denk je daar op te doen? Welke mogelijke cultuurverschillen zouden er kunnen zijn (taal, gewoonten, voeding …)? 
  • Naar welk land zou je graag eens op reis gaan als je echt volledig kan kiezen zonder ergens rekening mee te houden? Waarom? Welke ervaringen denk je daar op te doen? Welke mogelijke cultuurverschillen zouden er kunnen zijn (taal, gewoonten, voeding …)? 

Slide 2 - Tekstslide

1 Cultuur p. 156
Cultuur... Heel breed begrip!
'Enge' definitie: alle vormen van kunst

Oef.1 p.156: Luister naar het geluidsfragment (9'07") en beantwoord de vragen.

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Link

1 Cultuur p. 156
Oef.1 p.156: 
Cultuur met een grote C:
  • verwijst naar de elitaire vormen van kunst, zoals theater en literatuur. 
    ~ wat we klassiek verstaan onder kunst
Cultuur met een kleine c: 
  • verwijst naar populaire kunst, zoals popmuziek en film.
    ~ de alledaagse schoonheid om ons heen

Slide 5 - Tekstslide

1 Cultuur p. 156
Cultuur... Heel breed begrip!
Definitie in 'breed perspectief': alles wat niet tot de natuur van de mens behoort
-> alles wat in de natuur zou bestaan zonder invloed van de mens = cultuur

Slide 6 - Tekstslide

1 Cultuur p. 156
Al deze elementen worden opgedeeld in:
11 cultuurcomponenten

Oef.2 p.156-157: omschrijving - component - voorbeeld combineren
Oef.3 p.158: voorbeeld - component combineren

Slide 7 - Tekstslide

1 Cultuur p. 156
Extra opdracht:
  • Maak een moodboard waarin de 11 cultuurcomponenten worden weergegeven met een duidelijke afbeelding/omschrijving/voorbeeld...
  • Zie scoreformulier voor criteria waaraan de opdracht moet voldoen.
  • Uploaden op SS uploadzone '10. Opdracht: moodboard cultuurcomponenten' (opgelet: volgorde is misleidend)

Deadline: donderdag 22 mei

Slide 8 - Tekstslide

2 Cultuur in de diepte p. 159
Elke samenleving -> eigen cultuur overkoepelend voor gehele samenleving (= hoofdcultuur)

Hierbinnen: verschillende variaties (sub- en tegenculturen):
  • minieme of extreme manier van onderscheiden van hoofdcultuur
  • al dan niet duidelijk aanwezig

Slide 9 - Tekstslide

2.1 Hoofdcultuur p. 159
Hoofdcultuur = geheel van waarden, normen, opvattingen en levensstijl die door gehele samenleving gedeeld wordt
(meestal maar één cultuur per samenleving)


Slide 10 - Tekstslide

2.1 Hoofdcultuur p. 159-160
Hoofdcultuur 
-> overgedragen door instituties, wat is dat ook alweer?
  • maatschappelijke systemen die waarden realiseren en ze doorgeven van generatie op generatie
-> vanaf geboorte met hoofdcultuur in contact komen
Langdurige proces van cultuuroverdracht vanaf geboorte (oef.4 p.160)?
  • socialisatie: enculturatie

Slide 11 - Tekstslide

2.1 Hoofdcultuur p. 160
Variaties ontstaan meer naargelang de openheid en complexiteit van een samenleving.

Wanneer er veel variaties zijn, of de grote meerderheid niet leeft volgens de hoofdcultuur -> andere definitie:
Hoofdcultuur = cultuur die de samenleving op maatschappelijk, politiek en economisch vlak domineert ~ dominante cultuur
= niet altijd cultuur van de meerderheid, maar wel de cultuur met de meeste invloed

Slide 12 - Tekstslide

2.1 Hoofdcultuur p. 160
Dominante cultuur in onze samenleving: middenklasse

Wanneer je niet geboren bent in een cultuur, maar later integreert erin integreert, hoe heet deze vorm van cultuuroverdracht (oef.5 p.160)?
  • Acculturatie

Slide 13 - Tekstslide

2.2 Subcultuur p. 160
2 soorten variaties op de dominante cultuur:
  • Subcultuur
  • Tegencultuur

Hebben jullie een idee wat het verschil zou kunnen zijn?
(sub ~ onder)

Slide 14 - Tekstslide

2.2 Subcultuur p. 160
Subcultuur 
= groep met een geloofsopvatting, waarden en/of levensstijl die afwijken van de dominante cultuur

! groep wordt binnen de maatschappij aanvaard

Bv. jongerenculturen, welke ken je of vind je jezelf toe behoren (oef.6 p.160)?

Slide 15 - Tekstslide

2.2 Subcultuur p. 160
Ontstaan algemene jeugdcultuur:
  • toenemende welvaart, nieuwe technologieën -> toegang tot producten, media, informatie (jongeren als commercieel interessante doelgroep)
  • democratisering onderwijs -> iedereen toegang tot onderwijs en dus contact met leeftijdsgenoten
  • toename vrije tijd -> kans interesses uit te bouwen

Vaak vanuit een specifieke situatie of overtuiging.
Bv. hiphopcultuur

Slide 16 - Tekstslide

2.2 Subcultuur p. 160
Gevolgen algemene jeugdcultuur:
  • Collectieve identiteit van jongeren die zich onderscheiden van volw.
  • Kans om zich te vergelijken met peergroup en eigen identiteit te ontw. en binnen de jongerencultuur zich uiterlijk te onderscheiden van elkaar

Slide 17 - Tekstslide

2.3 Tegencultuur p. 161
Tegencultuur
= groep dat zich afzet tegen de waarden van of zelfs de dominante cultuur verwerpen, vaak vanuit een reactie op machtsverhoudingen

Bv. hippies -> verzet tegen prestatiegerichte cultuur, door net liefde en samenwerking voorop te zetten
Bv. hooligans

Slide 18 - Tekstslide

2.3 Tegencultuur p. 161-163
Grens subcultuur vs. tegencultuur
= niet altijd duidelijk, eerder continuüm

Bv. krakersgemeenschap
(tip in oef.: ga op zoek naar 'aanvaard' of 'verzet')

Oef.7 & 8 p.162-163


Slide 19 - Tekstslide

2.3 Tegencultuur p. 163
Functies sub- en tegenculturen:
  • sociale identiteit: gevoel ergens bij te horen
  • individuele identiteit: expressie van voorkeuren passende bij de sub- of tegencultuur


Slide 20 - Tekstslide

2.3 Onderzoeksopdracht
  • In groepjes per 3
  • Zie instructies op SS
  • Presentatie geven over eigen gekozen sub- of tegencultuur
  • Deadline 2 juni 

Slide 21 - Tekstslide

3 Culturen vergelijken p. 163 e.v.
Culturen met elkaar vergelijken = moeilijk!
Meerdere mogelijkheden...
  • 3.1 Cultuurcomponenten
  • 3.2 Cultuurdimensies
  • 3.3 Grondproblemen
  • 3.4 Fijnmazige of grofmazige culturen

Slide 22 - Tekstslide

3.1 Cultuurcomponenten p. 163-165
Cultuurcomponenten komen in alle culturen voor!
MAAR: verschillende invulling van deze componenten

Beeldfragment: Vranckx - tussen Schelde en Tigris (25')
-> oortjes bij?

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Link

3.1 Cultuurcomponenten p. 163-165
Beeldfragment: Vranckx - tussen Schelde en Tigris
  • Ga per 2 (of 3) zitten (gemengde groepen dan je de opdracht maakte)
  • Overloop de verschillende cultuurcomponenten en vul de kader verder aan
  • Probeer ook de Westerse kolom verder aan te vullen met de kennis die je zelf hebt over onze cultuur (hoe is dat bij ons? waar zitten verschillen?)
  • Kijk ten slotte in de planner. Hier vinden jullie de oplossing van deze oefening en vul verder aan.

Slide 25 - Tekstslide

3.1 Cultuurcomponenten p. 163-165
Beeldfragment: Vranckx - tussen Schelde en Tigris
  • Ga per 2 of 3 zitten, maar gemengde groepen dan je de opdracht maakte
  • Overloop de verschillende cultuurcomponenten en vul de kader verder aan
  • Probeer ook de Westerse kolom verder aan te vullen met de kennis die je zelf hebt over onze cultuur (hoe is dat bij ons? waar zitten verschillen?

Slide 26 - Tekstslide

3 Culturen vergelijken p. 163 e.v.
Culturen met elkaar vergelijken = moeilijk!
Meerdere mogelijkheden...
  • 3.1 Cultuurcomponenten
  • 3.2 Cultuurdimensies
  • 3.3 Grondproblemen
  • 3.4 Fijnmazige of grofmazige culturen

Slide 27 - Tekstslide

3.2 Cultuurdimensies p. 165
Wereldbeeld gebruiken als vergelijkingsmechanisme:
Hofstede - eigen cultuurmodel
  • Grootschalig onderzoek (>50 landen)
  • Waarin verschillen deze landen?
     -> 6 dimensies die de eigenheid van een cultuur typeren, telkens uitgedrukt in een score op 100

Slide 28 - Tekstslide

3.2 Cultuurdimensies p. 165
Cultuurdimensies volgens Hofstede:
  • Machtsafstand
  • Individualisme vs. collectivisme
  • Mannelijkheid vs. vrouwelijkheid
  • Onzekerheidsvermijding
  • Langetermijndenken vs. kortetermijndenken
  • Hedonisme vs. soberheid

Slide 29 - Tekstslide

3.2 Cultuurdimensies p. 165-168
Opdracht:
  • Ieder werkt één cultuurdimensie uit (+ visuele ondersteuning maken)
  • Hierbij verzamel je deze info: 
  1. Wat houdt deze dimensie in?
  2. Wat betekent een lage en een hoge score?
  3. Hoe denk je dat België scoort en waarom?
  • Later brengen we één iemand per dimensie samen om het elkaar uit te leggen.
  • (Tijd over? Oef. 17 p.169 -> enkel België al opzoeken)

Slide 30 - Tekstslide

3.2 Cultuurdimensies p. 165-168
Opdracht:
  • Elke kleur gaat samen zitten en legt elkaar de dimensies uit.
  • Bekijk deze ook telkens in jouw cursus. 
  • Vul telkens de bijhorende vragen in (antwoorden mogen van elkaar verschillen! Bv. verschillende score op de cultuurdimensie)
  • Niet duidelijk? Stel vragen aan elkaar!
  • (Tijd over? Oef. 17 p.169 -> enkel België al opzoeken)

Slide 31 - Tekstslide

3.2 Cultuurdimensies p. 165-168
Tip! 
Zet de cultuurdimensies in jouw samenvatting effectief als een dimensie (~ getallen as), noteer erbij wat A betekent en wat B


Slide 32 - Tekstslide

3.2 Cultuurdimensies p. 169
Oef. 17 p.169: Zoek de scores van België op, maar ook telkens van een land naar keuze in de volgende werelddelen... (individueel!)

België
Aziatisch land
Afrikaans land
Zuid-Amerikaans land
Dimensie 1
Dimensie 2
...

Slide 33 - Tekstslide

3.2 Cultuurdimensies p. 169
Oef. 17 p.169: 
In groepjes:
  • Vergelijk België met de andere landen. Komt België overeen met wat jullie op voorgaande pagina's opschreven?
  • Vergelijk de gekozen landen per werelddeel, vergelijkbare cultuur of net grote verschillen?

Slide 34 - Tekstslide

3 Culturen vergelijken p. 163 e.v.
Culturen met elkaar vergelijken = moeilijk!
Meerdere mogelijkheden...
  • 3.1 Cultuurcomponenten
  • 3.2 Cultuurdimensies
  • 3.3 Grondproblemen
  • 3.4 Fijnmazige of grofmazige culturen

Slide 35 - Tekstslide

3.3 Grondproblemen p. 169
Elke samenleving: gemeenschappelijke grondproblemen
(volgens Inkeles en Levinson)

-> Gevolgen voor gehele samenleving en individuen erin

Slide 36 - Tekstslide

3.3 Grondproblemen p. 169
Oef.18 p.169: grondproblemen komen overeen met 4 cultuurdimensies volgens Hofstede 
  • Verhouding tot gezag
  • Verhouding tussen individu en samenleving
  • Rollen van mannen en vrouwen
  • Omgaan met conflicten

Slide 37 - Tekstslide

3.3 Grondproblemen p. 169-170
  • Samenlevingen zoeken naar oplossingen 
  • Oplossing aanvaard door gehele samenleving?
     -> Ontstaan van institutie (aanleren van gedrag dat probleem oplost, ~ socialiserende functie)
Oef.19 p.170

Slide 38 - Tekstslide

3 Culturen vergelijken p. 163 e.v.
Culturen met elkaar vergelijken = moeilijk!
Meerdere mogelijkheden...
  • 3.1 Cultuurcomponenten
  • 3.2 Cultuurdimensies
  • 3.3 Grondproblemen
  • 3.4 Fijnmazige of grofmazige culturen

Slide 39 - Tekstslide

3.4 Fijnmazige en grofmazige culturen p. 170

Slide 40 - Tekstslide