Methodiek Dagbesteding - een indeling van dagbesteding

Methodiek Dagbesteding - les 5



Een indeling van dagbesteding
1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
DagbestedingMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Methodiek Dagbesteding - les 5



Een indeling van dagbesteding

Slide 1 - Tekstslide

Belangrijke informatie
Deze periode geen integrale toets
Cijfer gaat bepaald worden doormiddel van twee opdrachten: 
1) Opdracht gezondheidskunde
2) Opdracht methodiek - dagbesteding opzetten

Slide 2 - Tekstslide

Stand van zaken - opdracht deel 1
Afgerond: 
Nini
Zebib
Tessa
Shay
Lavinia

Slide 3 - Tekstslide

Leerdoelen
Leerdoelen:

Aan het einde van de les weet je wat passende dagbesteding inhoudt.
Aan het einde van de les weet je welke rol een mantelzorger en een vrijwilliger hebben m.b.t. dagbesteding.
 

Slide 4 - Tekstslide

Welke doelgroep komt ook alweer bij je op je eigen dagbesteding?

Slide 5 - Open vraag

Inleiding
  • School --> ontwikkelingsgerichte activiteiten
  • Vrije tijd --> Belevingsgerichte activiteiten
  • Werk --> arbeidsgerichte activiteiten

Werkveld is breed. Varieert in leeftijd, achtergrond en hulpvraag. Binnen het werkveld van een MZ'er zijn er veel verschillende mensen met ieder hun eigen hulpvragen, wensen en zoveel verschillende mogelijkheden aan dagbesteding. 

Slide 6 - Tekstslide

Geef een voorbeeld bij een ontwikkelingsgerichte activiteit

Slide 7 - Woordweb

Geef een voorbeeld van arbeidsgerichte activiteit

Slide 8 - Woordweb

Passende dagbesteding
Passende dagbesteding is de afstemming tussen datgene wat de cliënt nodig heeft in combinatie met zijn/ haar wensen (vraag) en de randvoorwaarden en kenmerken waaraan het activiteitenprogramma voldoet (aanbod) 



Slide 9 - Tekstslide

Begeleidingsbehoefte?

Slide 10 - Woordweb

Begeleidingsbehoefte
  • Ontwikkelingsmogelijkheden
  • Structuur
  • Nabijheid van begeleiding
  • Verzorgend
  • Verpleegtechnisch handelen (benadering van acuut handelen)

Slide 11 - Tekstslide

Ontwikkelingsmogelijkheden
  • Specifiek ondersteunend zijn voor de ontwikkeling
  • Oefenen van vaardigheden op sociaal gebied en/of op het gebied van arbeid

    De ontwikkelingsmogelijkheden van de cliënt zijn bepalend voor de vorm van passende dagbesteding. Intelligentie is daarbij ook van invloed.  
  • Denk in mogelijkheden, niet in beperkingen

Slide 12 - Tekstslide

Nabijheid van begeleiding
  • Mate van aanwezigheid
  • Zelfstandig grote en/of kleine problemen oplossen minder nabijheid nodig

Slide 13 - Tekstslide

Specifiek verzorgend en verpleegtechnisch handelen
  • Lichamelijke beperkingen kunnen een specifieke verzorging vragen

  • Denk aan: verschonen bij incontinentie, extra rustmomenten, speciale zorg voor voeding en wondverzorging. 

Slide 14 - Tekstslide

Benadering
  • Afstemmen van het tempo en ritme van activiteiten
  • Extra instructies
  • Aangepaste gebruikersinformatie van apparatuur. 


Slide 15 - Tekstslide

Wanneer moet je acuut kunnen handelen als MZ'er?

Slide 16 - Woordweb

Acuut handelen
Als MZ'er moet je acuut kunnen handelen als de zorgbehoefte van een cliënt risico's met zich mee kunnen brengen.

  • Epileptische aanval
  • Zelfbeschadiging
  • Agressie aanvallen

Slide 17 - Tekstslide

Waar denk je aan wat betreft de omgeving als het gaat om passende dagbesteding?

Slide 18 - Open vraag

Omgeving
Mate van open versus geslotenheid
Cliënten zoeken zekere bescherming
5 variaties:
  1. open
  2. beschut
  3. beschermend
  4. besloten 
  5. gesloten
De mate van openheid heeft vooral betrekking op de manier waarop cliënten kunnen omgaan met onverwachte veranderingen. 

geografische ligging:
stedelijke / landelijke vorm kunnen van invloed zijn. Denk aan de drukte / ritme / prikkels / verleidingen van de dynamiek.

Slide 19 - Tekstslide

Welke indeling kun je hanteren bij het indelen van groepen?

Slide 20 - Woordweb

Groep
Leeftijdsspecifieke kenmerken
  • Kinderen / jongeren ligt het accent op scholing
  • Voor ouderen ligt het tempo qua dagbesteding lager

Groepsspecifieke kenmerken
  • Soms is een groep belangrijker dan de activiteiten voor cliënten
  • Samenstelling moet aansluiten bij de individuele deelnemer

Storend gedrag
  • Als de samenstelling niet juist is kan dit voor en door iedereen leiden tot storend gedrag

Slide 21 - Tekstslide

Noem een voorbeeld van storend gedrag.

Slide 22 - Open vraag

Aan de slag - dagbesteding deel 2
Deze periode geen integrale toets
Cijfer gaat bepaald worden doormiddel van twee opdrachten: 
1) Opdracht gezondheidskunde
2) Opdracht methodiek - dagbesteding opzetten

Slide 23 - Tekstslide

Aan de slag!
Opdracht: Participatie

Als je kijkt naar de verschillende soorten ontwikkelen. Welke soort ontwikkeling zou jij willen stimuleren in jullie dagbesteding? Vertel ook waarom en hoe je deze zou kunnen toepassen in de activiteiten.

Ontwikkelingsgerichte activiteiten
Belevingsgerichte activiteiten
Arbeidsgerichte activiteiten





Slide 24 - Tekstslide

Aan de slag!
Opdracht: Doelgroep en kenmerken





Welke doelgroep hebben jullie gekozen voor jullie dagbesteding. Geef ook aan waarom je voor deze doelgroep hebt gekozen en wat maakt dat je niet hebt gekozen voor de andere doelgroepen.
  • Beschrijf bij deze doelgroep welke kenmerken erbij horen?
  • Welke behoeften deze doelgroep heeft?
  • Welke benadering je gebruikt?
  • Wat voor activiteiten bied je aan bij deze doelgroep?
 




Slide 25 - Tekstslide

Aan de slag!

Opdracht: Inrichting van het gebouw/omgeving
Hoe gaat jullie inrichting van de dagbesteding zijn?
Maak een plattegrond of maquette (of gebruik je eigen idee) van jullie dagbesteding. Denk daarbij ook aan de volgende vragen. Welke kleuren gaan jullie gebruiken? Wat voor meubels gaan jullie gebruiken? Leg daarnaast ook de gemaakte keuzes uit.

Opdracht: Structuur
Hoe gaan jullie jezelf en de cliënten structuur bieden op jullie dagbesteding? Wat voor regels stellen jullie op bij jullie dagbesteding?





Slide 26 - Tekstslide

Huiswerk
Kijk  van het volgende filmpje de eerste 10 minuten (zie ook opdrachten in Teams)
Lees Thieme: 2.5

Slide 27 - Tekstslide