09-10-2023

09-10-2023, les 1.3
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
SpaansBeroepsopleiding

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 90 min

Onderdelen in deze les

09-10-2023, les 1.3

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Vragen over het huiswerk
Grammatica: TB.
pag.112, 1.2 Uitspraak
p.119, 6.1 Pers. vnwoord
p.122, 7.1 Werkwoord op -AR
WB.
pags. 7-8-9
Oef. 9a/b, 10, 12, 16, 18
p.13 ,14 : Reglas y Sistemas: De uitspraak, de klemtoonregels, werkwoorden op -AR
Woordjes leren: opdr. 6 t/m 8
¿Para qué estudias español?

Slide 3 - Tekstslide

Ik

 jij



hij

 zij
wij

jullie

u (meervoud)

ze,zij

ze, zij
TB.p. 12 7a: Werkwoorden op -AR

Slide 4 - Tekstslide

¿Tú o usted? 
TB p.13
 7b: Geef aan of de mensen in "jij "of "u "worden aangesproken.
 7c : Escucha y marca si las personas hablan de de tú o usted. 
usted
usted

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Vul de juiste vorm in van het werkwoord:

* María y yo _____________ español para viajar a Latinoamérica.
A
estudio
B
estudias
C
estudiáis
D
estudiamos

Slide 7 - Quizvraag

Vul de juiste vorm in van het werkwoord:

* María _____________ las vacaciones en Málaga.
A
paso
B
pasa
C
pasas
D
pasan

Slide 8 - Quizvraag

Vul de juiste vorm in van het werkwoord:

* Luisa y tú _____________ de cosas interesantes.
A
habla
B
hablamos
C
habláis
D
hablan

Slide 9 - Quizvraag

Tú ( estudiar)
A
estudiamos
B
estudiáis
C
estudias
D
estudie

Slide 10 - Quizvraag

Juan y Pedro (hablar)
A
hablamos
B
hablan
C
habláis
D
hablas

Slide 11 - Quizvraag

Palabras con historia p.14
Tekst lezen : 9a
  • Welk woordje staat vóór...: palabras/ hospital/ fábrica/ universidad?    


                   
  • Zie je dat woordje met andere woorden?: noteer zoveel  woorden  mogelijk.

Slide 13 - Tekstslide

¿Qué significa? p.14
9b ¿Qué significa...?                        -     ... significa ...
¿"Taza" significa "kopje"?        -     Sí, "taza" significa "kopje".
¿"Taza" significa "olie"?            -     No, "taza" significa "kopje".
¿"Taza" significa "kopje"?        -     No sé.


el aceite
olie
la naranja
de sinaasappel
el arroz
de rijst
la fruta
het fruit
la jirafa
de giraffe

Slide 14 - Tekstslide

TB. p.15, oef.10 El artículo determinado ( Lidwoord van bepaalheid) 
singular y plural (enkelvoud en meervoud)
Mannelijke woorden eindigen meestal op - o.
Vrouwelijke woorden eindigen meestal op -a evenals woorden op -ción en -dad
Zelfstandige naamwoorden op -e of medeklinker kunnen mannelijke of vrouwelijk zijn.

singular           el teatro                                la palabra
                                   el hotel                                  la universidad 

   plural                los teatros                          las palabras
                                          los hoteles                            las universidades 

Slide 15 - Tekstslide

Artículo
Determinado:
Het/ De 

Slide 16 - Tekstslide

Artículo 
Indeterminado:
een/ enkele

Slide 17 - Tekstslide

DEBERES
  • WB:
 p.8, oef.13,14- p.9, oef.15 - p.10, oef.20, 21.
p.13, 14 : Reglas y Sistemas: invullen wat ontbreekt ( ....)
  • TB:
p.13, oef. 8: waarom of waarvoor studeer je Spaans( in de les zouden jullie met elkaar spreken).
 p.15, oef. 9c 
p.16, oef.12 b:  
Panamericana :p.17 lezen , luisteren, Vragen a/b beantwoorden
Woordjes leren: opd.9, 10, 12a.
Próxima clase el 30 de octubre.


Slide 19 - Tekstslide

¿Qué tal la clase?

Slide 20 - Tekstslide

Adiós

Slide 21 - Tekstslide