1mh - afsluiting - Duits quiz

1 / 30
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsMiddelbare schoolmavo, havo, vwoLeerjaar 2

In deze les zitten 30 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

in Duitsland bestaan meer dan ........... verschillende soorten worst.
A
100
B
500
C
1000
D
15

Slide 2 - Quizvraag

Een Duitser vond ................... uit.
A
televiesietoestel
B
gummybeertjes
C
voetbal
D
smeerkaas

Slide 3 - Quizvraag

Hier staan vier automerken. Welk automerk komt niet uit Duitsland?
A
BMW
B
Toyota
C
Mercedes
D
Volkswagen

Slide 4 - Quizvraag

Aan hoeveel landen grenst Duitsland?
A
6
B
8
C
9
D
10

Slide 5 - Quizvraag

Oktoberfest is ………..
A
een soort Koningsdag in heel Duitsland
B
een groot volksfeest in München.
C
een carnavalsoptocht in Keulen
D
een schoolfeest

Slide 6 - Quizvraag

Welke supermarktketens vind je niet in Duitsland?
A
Albert Heijn
B
ALDI
C
Penny
D
Lidl

Slide 7 - Quizvraag

Welk landnummer moet je intoetsen als je naar Duitsland wilt bellen?
A
0049-
B
0031-
C
0032-
D
0044-

Slide 8 - Quizvraag

Wat zijn -van boven naar beneden- de kleuren van de Duitse vlag?
A
zwart geel rood
B
rood zwart geel
C
rood geel zwart
D
zwart rood geel

Slide 9 - Quizvraag

uitspraak

Slide 10 - Tekstslide

... Lehrer
A
der
B
die
C
das

Slide 11 - Quizvraag

... Glück
A
der
B
die
C
das

Slide 12 - Quizvraag

... Entwicklung
A
der
B
die
C
das

Slide 13 - Quizvraag

Hoe spreek je 'u' uit?
A
als [uu] in vuur
B
als [oo] in boot
C
als [oe] in boek
D
als [ui] in huis

Slide 14 - Quizvraag

Hoe spreek je 'ü' uit?
A
als [uu] in vuur
B
als [oo] in boot
C
als [oe] in boek
D
als [ui] in huis

Slide 15 - Quizvraag

Hoe spreek je het volgende woord uit: 'schön'?
A
[schoon]
B
[scheun]
C
[sjoon]
D
[sjeun]

Slide 16 - Quizvraag

grammatica

Slide 17 - Tekstslide

vertaal 78

Slide 18 - Open vraag

Vertaal 134

Slide 19 - Open vraag

Thomas komt naar school.
Thomas ... zur Schule.
A
komme
B
kommst
C
kommt
D
kommen

Slide 20 - Quizvraag

Ihr ... das sehr gut!
A
mache
B
machst
C
macht
D
machen

Slide 21 - Quizvraag

Zoek de juiste vraagwoorden bij elkaar!
hoe?
waar?
waarvandaan?
wat?
wie?
wanneer?
wann?
woher?
wie?
wo?
Was?
wer?

Slide 22 - Sleepvraag

Wat krijg je als je in Duitsland een Frikadelle bestelt?
A
een braadworst met saus
B
een soort gehaktbal
C
een broodje kroket
D
een frikadel met mayo curry en uitjes

Slide 23 - Quizvraag

Wer ist kein Einwohner von Deutschland?
A
Frankfurter
B
Berliner
C
Hamburger
D
Schnitzel

Slide 24 - Quizvraag

Duiters betalen ook sinds 2002 met euros. Wat was daarvoor de munteerheid in Duitsland?
A
Das Deutsche Pfund
B
Die Deutsche Krone
C
Die Deutsche Mark
D
Der Deutsche Franken

Slide 25 - Quizvraag

Wie heißt diese torte?
A
Aachener Kirschtorte
B
Berliner Kirschtorte
C
Schwarzwälder Kirschtorte
D
Frankfurter Kirschtorte

Slide 26 - Quizvraag

Welches Lied hörst du?
A
Applaus, Applaus- Sportfreunde Stiller
B
Monsta- Culcha Candela
C
Wenn sie Tanzt- Max Giesinger
D
Hamma!- Culcha Candela

Slide 27 - Quizvraag

Welches Lied hörst du?
A
Leuchtturm- Nena
B
99 Luftballons- Nena
C
Liebe ist- Nena
D
Atemlos durch die Nacht- Helene Fischer

Slide 28 - Quizvraag

Van wie is dit liedje?
A
BLØF
B
Guus Meeuwis
C
Andre Hazes
D
Kraantje Pappie

Slide 29 - Quizvraag

Tschüss

Slide 30 - Tekstslide