Les 2 | Computational thinking

Computational Thinking | les 2
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
MediawijsheidMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quiz, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Computational Thinking | les 2

Slide 1 - Tekstslide

Computational Thinking

Slide 2 - Woordweb

Slide 3 - Video

Waarom?
Omdat je code in bijna alle beroepen nodig hebt, is het belangrijk dat je er iets over leert.

Jij zult het in je toekomstige beroep zeer waarschijnlijk tegenkomen.

Slide 4 - Tekstslide

Programmeer
Maak de instructies om rij 2 te tekenen.

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Ga een hokje naar beneden, 
Ga een hokje naar rechts, 
Ga een hokje naar rechts,
Kleur een hokje zwart, 
Ga een hokje naar rechts, 
Kleur een hokje zwart, 
Ga een hokje naar rechts, 
Kleur een hokje zwart, 
Ga een hokje naar rechts, 
Kleur een hokje zwart, 
Ga een hokje naar rechts,
Kleur een hokje zwart, 

Ga een hokje naar rechts,
Kleur een hokje zwart,
Ga een hokje naar rechts,
Kleur een hokje zwart,
Ga een hokje naar rechts,
Ga een hokje naar rechts. 

Slide 7 - Tekstslide

Dat kan korter
Ga een hokje naar rechts = →
Ga een hokje naar links = ←
Ga een hokje naar beneden = ↓
Ga een hokje naar boven = ↑
Kleur een hokje zwart = ■

Slide 8 - Tekstslide

Scratch
  • Opdracht in Scratch afmaken

Slide 9 - Tekstslide

Totdat
Je kunt bijvoorbeeld in je instructie een voorwaarde zetten dat iets herhaald moet worden, totdat iets is bereikt.

Slide 10 - Tekstslide

Als...dan...anders
Je kunt bijvoorbeeld in je instructie de als ... dan ... anders regel zetten.

Slide 11 - Tekstslide

Loop (lus)

Slide 12 - Tekstslide

Programmeren
De code is geschreven in het Engels.
Je ziet bijvoorbeeld staan: moveForward().
Deze code bestaat uit 2 woorden: move (bewegen) en forward (vooruit).
Je kunt het dus vertalen als het commando: 'beweeg vooruit'.

Slide 13 - Tekstslide

Programmeren
In programmeertaal is het niet handig om veel spaties te gebruiken. Als je toch meerdere woorden moet gebruiken, plak je ze aan elkaar.
Het eerste woord is in kleine letters en alle volgende woorden hebben een hoofdletter.
Dit noemen we Camel case (kamelenletters), omdat het eruit ziet als de bulten van een kameel.

Slide 14 - Tekstslide

Herhalingen
In programmeertaal is het niet handig om veel spaties te gebruiken. Als je toch meerdere woorden moet gebruiken, plak je ze aan elkaar.
Het eerste woord is in kleine letters en alle volgende woorden hebben een hoofdletter.
Dit noemen we Camel case (kamelenletters), omdat het eruit ziet als de bulten van een kameel.

Slide 15 - Tekstslide