VD2WWB kunstkijken door de eeuwen heen

Kunstkijken
Van kunstkijken naar kijktafel
VD2WWB, tweede bijeenkomst

1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
Beeldende vormingHBOStudiejaar 2

In deze les zitten 26 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

Kunstkijken
Van kunstkijken naar kijktafel
VD2WWB, tweede bijeenkomst

Slide 1 - Tekstslide

hergebruik en inspiratie
Over traditie, commentaar

Slide 2 - Tekstslide

Het Parthenon, tempel uit de klassieke Oudheid, eeuwenlang een voorbeeld van 'goede' bouwkunst.
Traditie

Slide 3 - Tekstslide

- Niet buiten het boekje: doe maar gewoon
Vroeger waren kunstenaars en architecten meestal niet vrij om te werken zoals zij dat zélf wilden: zij dienden zich te houden aan allerlei regels en richtlijnen, die veelal in 'voorbeeldboeken' waren vastgelegd.

Slide 4 - Tekstslide

Cor Kraats, De Delftse Poort, Rotterdam, 1992/1993, sculptuur geïnspireerd op de oude toegangspoort tot de stad.
Claude-Antonne Ledoux, woonhuis, onderdeel van een achtiende-eeuws complex.

Slide 5 - Tekstslide

- Scholing: navolging
Een belangrijk onderdeel van de opleiding aan een kunstacademie vormde in het verleden het heel precies namaken van beroemde schilderijen of beelden: oefening in de techniek zou namelijk knappe kunst opleveren!

Slide 6 - Tekstslide

- Kopieën en vervalsingen
Zoals tegenwoordig bekende kledingmerken volop vervalst worden, zo worden en werden ook beroemde kunstwerken gekopieerd. Vaak gebeurt dat dan zo professioneel dat ze niet van de originele kunstwerken zijn te onderscheiden.

Slide 7 - Tekstslide

Michael Wolf, fotograaf,
Serie Fake Art

Slide 8 - Tekstslide

Commentaar 

Slide 9 - Tekstslide

Leonardo da Vinci, Mona Lisa, 1506
Marcel Duchamp, bewerkte ansichtkaart van de Mona Lisa, 1919.

Slide 10 - Tekstslide

Venus van Milo, beeld uit de Griekse Oudheid, ruim 2 meter hoog.
Salvador Dali, Venus van Milo met laden, 1936, bijna 1 meter hoog.
Jim Dine maakte rond 1995 deze serie beelden, ruim 4 meter hoog, met de Venus van Milo als uitgangspunt.

Slide 11 - Tekstslide

Hergebruik

Slide 12 - Tekstslide

Jean Tinguely maakte van gevonden voorwerpen bewegende sculpturen.
Tekst
Jurgen Bey, Tree Trunk Bench, 2000, bronzen rugleuningen van bestaande stoelen en een boomstam.
Pablo Picasso, Stierenkop, 1942/1943, zadel en fietsstuur.

Slide 13 - Tekstslide

Tejo Remy, ladekast, 1991
Tejo Remy, Voddenstoel, 1991

Slide 14 - Tekstslide

Inspiratie

Slide 15 - Tekstslide

Velasquez, Las Meninas of
De Familie van Koning Philip IV

Pablo Picasso met schilderijen waarbij hij Las Meninas als uitgangspunt nam.

Slide 16 - Tekstslide

Van alles wat

Slide 17 - Tekstslide

Hugo Kaagman, Handmade Delft, Handsprayed Amsterdam

Slide 18 - Tekstslide

kerndoel 56
De leerlingen verwerven enige kennis over en krijgen waardering voor aspecten van cultureel erfgoed. Onder cultureel erfgoed kan worden verstaan: dingen uit het verleden die we de moeite waard vinden om te bewaren.
 
Leerlijn A Algemeen geeft een algemene uitwerking bij dit kerndoel.
Leerlijn B Beeldende kunst geeft een voorbeeld van een specifieke uitwerking voor beeldende kunst als aspect van cultureel erfgoed.

SLO-doelen Kunstzinnige Oriëntatie

Slide 19 - Tekstslide

Kunstzinnige oriëntatie – leerlijn Algemeen
Onder cultureel erfgoed kan worden verstaan: dingen uit het verleden die we de moeite waard vinden om te bewaren. In de uitwerking bij dit kerndoel zijn aspecten van cultureel erfgoed onderverdeeld in:
- objecten uit het verleden (voorwerpen, monumenten, gebouwen);
- rituelen en gebruiken;
- verhalen van mensen over het verleden;
- kunstzinnige disciplines (beeldend, muziek, dans, spel, media en literatuur).
 
De kinderen komen zoveel mogelijk in aanraking met erfgoed en kunst in de directe omgeving van de school. Zij maken kennis met cultureel erfgoed en kunstzinnige disciplines binnen school: voorwerpen en gebruiken die kinderen zelf meebrengen, echte kunst- of erfgoed objecten, een kunstenaar of iemand die boeiend kan vertellen over erfgoed. Ook maken zij kennis met cultureel erfgoed en kunstzinnige disciplines buiten school: op straat, in een atelier, de kunstuitleen, een museum voor beeldende kunst, een historisch museum, een theater, een kerk, een archief, enz.
Daarbij gaat het erom dat kinderen kunst en erfgoed beleven en leren bevragen. Op die manier ontwikkelen zij kennis over cultureel erfgoed met het uiteindelijke doel daarvoor waardering te ontwikkelen. In dit leerproces werkt de school nauw samen met instellingen voor kunst en cultuur en erfgoedhuizen en worden vraag en aanbod zoveel mogelijk op elkaar afgestemd.

Slide 20 - Tekstslide

Kunstzinnige oriëntatie - leerlijn Beeldende kunst
Het doel is om de kinderen te laten ervaren wat beeldende kunst is door dicht bij de kinderen zelf te beginnen en ze in contact te brengen met originele (beeldende) kunst en architectuur en (beeldend) kunstenaars en architecten in of buiten de school.
De kinderen maken kennis met beeldende kunst in brede zin. De kinderen worden uitgedaagd om beeldende kunst te beleven, te bevragen er erover te communiceren en filosoferen. Dit beïnvloedt de kinderen ook in het maken van eigen beeldende werkstukken. Zij worden op een nieuwe manier geïnspireerd. Op die manier ontwikkelen zij hun kennis over beeldende kunst met het uiteindelijke doel daar waardering voor te ontwikkelen. In dit leerproces werkt de school nauw samen met instellingen voor beeldende kunst: musea, kunstencentra, galeries en kunstenaars in de omgeving van de school en worden vraag en aanbod zoveel mogelijk op elkaar afgestemd.

Kerndoel 56 is nauw verbonden met de kerndoelen 55 (reflecteren) en 54 (het zelf maken van beeldende werkstukken). 
 
https://www.slo.nl/thema/meer/tule/kunstzinnige-orientatie/kerndoel-56/leerlijn-b/ 

Slide 21 - Tekstslide

GROEP 1 en 2: Betekenisvolle onderwerpen en thema’s
In groep 1/2 is vooral aandacht voor beelden en beeldende kunst
uit de directe omgeving van kinderen

hierbij is aandacht voor de betekenis
associaties van kinderen bij beeldende kunstwerken en gebruiksvoorwerpen, speels verkennen van beeldaspecten, materialen en technieken

Slide 22 - Tekstslide

Groep 3 en 4: betekenisvolle onderwerpen en thema’s
In groep 3 en 4In groep 3/4 wordt aandacht besteed aan de verschillende werkomgevingen van kunstenaars en aan de verschillende manieren van werken. 
hierbij is aandacht voor de betekenis
associaties van kinderen bij beeldende kunstwerken en gebruiksvoorwerpen
speels verkennen van beeldaspecten, materialen en technieken

Slide 23 - Tekstslide

Groep 5 en 6: betekenisvolle onderwerpen en thema’s
In groep 5/6 wordt aandacht besteed aan het beroep van kunstenaar; verschil tussen vroeger en nu. In dit verband komt ook het verschil tussen autonoom en toegepast werk aan de orde. 
hierbij is aandacht voor de betekenis. het verhaal van het kunstwerk vanuit het perspectief van het kind (de beschouwer) autonome en toegepaste kunst
relaties tussen de vormgeving, functie en de beoogde doelgroep


Slide 24 - Tekstslide

Groep 7 en 8: betekenisvolle onderwerpen en thema’s
In groep 7/8 wordt het verhaal van het kunstwerk bekeken vanuit de kijker, maar ook vanuit de kunstenaar zelf. Hierbij kan ook kunst in andere culturen belicht worden. Er is aandacht voor het toepassen van nieuwe media in de beeldende kunst en het combineren van verschillende kunstdisciplines in een totaalproduct.
hierbij is aandacht voor de betekenis. het verhaal van het kunstwerk vanuit het perspectief van het kind (de beschouwer) en vanuit het perspectief van de kunstenaar (de maker)


Slide 25 - Tekstslide

Nu zelf aan de slag!

Slide 26 - Tekstslide

Meer lessen zoals deze