Sta op - Hand omhoog - Tweetal. Eerst vertel je over jezelf. Dan wissel je van kaartje. Daarna roddel je positief over degene op je nieuwe kaartje. Dan wissel je weer van kaartje en zo blijf je doorgaan.
Slide 2 - Tekstslide
Rekenen
Blok 1 les 22
Doel: Ik kan optellen en aftrekken met getallen tot 1000 op de getallenlijn en met rekentaal.
Slide 3 - Tekstslide
Terugblik les 21
Slide 4 - Tekstslide
Pak je aantekeningenschrift!
Slide 5 - Tekstslide
Slide 6 - Tekstslide
Slide 7 - Tekstslide
Slide 8 - Tekstslide
Maak les 22
Doel: Ik kan optellen en aftrekken met getallen tot 1000 op de getallenlijn en met rekentaal.
Succescriteria optellen en aftrekken:
timer
1:00
Klaar?
- Werk afmaken
(Ges: wie ben ik-poppetjes)
- Weektaak
Slide 9 - Tekstslide
Wat heb ik geleerd?
Slide 10 - Tekstslide
Spelling
Dictee les 3
Doel: Ik kan de persoonsvorm tegenwoordige tijd goed opschrijven.
Slide 11 - Tekstslide
Slide 12 - Tekstslide
Dictee vorige week
Weetwoorden
ei/ij -> weifelen
ou/au -> benauwd & astronauten
Klinkerverenkeling -->
Medeklinkerverdubbeling -->
Slide 13 - Tekstslide
Slide 14 - Tekstslide
Taal
Thema 3 les 1
Doel: Ik kan een monoloog en dialoog voeren.
Slide 15 - Tekstslide
timer
1:00
Slide 16 - Tekstslide
timer
1:00
Slide 17 - Tekstslide
timer
1:00
Slide 18 - Tekstslide
Maak les 1
Maak opdracht 1 a/b/c/d en 5 b
Doel: Ik kan een monoloog en dialoog voeren.
Succescriteria:
timer
1:00
Klaar?
- Werk afmaken
(Ges: wie ben ik-poppetjes)
- Weektaak
Slide 19 - Tekstslide
Wat heb ik geleerd?
Slide 20 - Tekstslide
Natuur
Thema 1 les 3
Doel: Ik kan omschrijven wat een spiegel en een reflector zijn en wat je ermee kan doen.
Slide 21 - Tekstslide
Slide 22 - Tekstslide
Slide 23 - Tekstslide
Slide 24 - Tekstslide
Maak les 3
Doel: Ik kan omschrijven wat een spiegel en een reflector zijn en wat je ermee kan doen.
Maak de opdrachten op pagina 10 en 11.
Lees goed terug in de tekst!
Klaar?
- Werk afmaken
- Weektaak
timer
1:00
Slide 25 - Tekstslide
Wat heb ik geleerd?
Slide 26 - Tekstslide
Schrijven
Les 9
Doel: Ik kan de a-vormen gesloten en met de juiste vorm schrijven.
Slide 27 - Tekstslide
Slide 28 - Tekstslide
Maak les 9
Doel: Ik kan de a-vormen gesloten en met de juiste vorm schrijven.