Kloktijden klas 1

Hoe vraag je
"hoe laat is het?"
in het Engels?
1 / 17
volgende
Slide 1: Open vraag
EngelsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 20 min

Onderdelen in deze les

Hoe vraag je
"hoe laat is het?"
in het Engels?

Slide 1 - Open vraag

Hele uren
In het Engels gebruik je bij de hele uren het woordje "O'clock"
Bijvoorbeeld:
Het is 2 uur --> It is two o'clock
Het is 9 uur --> It is nine o 'clock
 Het is 11 uur --> It is eleven o'clock

Slide 2 - Tekstslide

What time is it?

Slide 3 - Open vraag

What time is it?

Slide 4 - Open vraag

Halve uren
In het Engels gebruik je bij halve uren het zinnetje "half past"
In het Nederlands zeggen we "Het is half 3" 
In het Engels zeg je "Het is een half uur na 2 uur"
Het is dus niet "It is half three" maar het is "It is half past two"
Het is half 6 --> It is half past five
Het is half 11 --> It is half past ten
Het is half 2 --> It is half past one 

Slide 5 - Tekstslide

What time is it?

Slide 6 - Open vraag

What time is it?

Slide 7 - Open vraag

Kwartieren
In het Engels gebruik je bij kwartieren het zinnetje "
"Quarter to/past"
To = voor
Past = over
Het is kwart voor 4 --> It is a quarter to four
Het is kwart over 5 --> It is quarter past five

Slide 8 - Tekstslide

Het is kwart over 9
A
It is quarter to nine
B
It is quarter past nine

Slide 9 - Quizvraag

Het is kwart voor 12
A
It is a quarter to twelve
B
It isa quarter past twelve

Slide 10 - Quizvraag

What time is it?

Slide 11 - Open vraag

Losse minuten
In het Engels gebruik je bij losse minuten het woordje "
"past" of "to
Hetzelfde als in het Nederlands
Past = over
To = voor
Het is 5 over 7 --> It is five past seven
Het is 10 voor 8 --> It is ten to eight

Slide 12 - Tekstslide

Bij alle minuten voor het half uur zeg je ook "past"
Je zegt dus niet "10 voor half 4"(3:20) maar "twenty past four"
Bij "7 voor half 6" (7:23) zeg je dus twenty-three past five"
Bij alle minuten na het half uur zeg je "to"
Je zegt dus niet 10 over half 3 (2:40) maar "twenty to three"

Slide 13 - Tekstslide

What time is it?

Slide 14 - Open vraag

What time is it?

Slide 15 - Open vraag

What time is it?

Slide 16 - Open vraag

It is two o'clock
It is five past three
It is quarter to five
It is half pas ten

Slide 17 - Sleepvraag