In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 50 min
Onderdelen in deze les
De Oude Grieken
3.2 Het bestuur van de polis
pagina 60-62
Slide 1 - Tekstslide
Welke onderwerpen bespraken we de vorige les?
Slide 2 - Woordweb
Slide 3 - Tekstslide
Leerdoel
Aan het eind van deze les:
- ken je 3 manieren van bestuur.
- weet je welke stadstaat welke manier van besturen koos.
Slide 4 - Tekstslide
Slide 5 - Tekstslide
De Atheense
democratie
In Athene was het volk de baas.
Er werd gestemd over belangrijke beslissingen.
Dat was niet altijd zo geweest...
Slide 6 - Tekstslide
Democratie?!
Niet helemaal...
...alleen mannelijke burgers (ongeveer 16% van de bevolking)
Vrouwen, slaven en vreemdelingen mochten niet meepraten.
Slide 7 - Tekstslide
Zie afbeelding 10
Slide 8 - Tekstslide
Monarchie
\
Koning en erfopvolging
Alleenheerschappij
Raad van ouderling geven advies
Tirannie
Alle macht bij een persoon
Verkregen door anderen uit te schakelen (staatsgreep)
Zijn wil is wet, harde hand.
Slide 9 - Tekstslide
Aristocratie
Kleine groep machthebbers
bevoorrecht door afkomst en aanzien
Uit adelijke families
Slide 10 - Tekstslide
5. Bestuur door een koning of keizer
A
aristocratie
B
democratie
C
monarchie
D
autocratie
Slide 11 - Quizvraag
De regering van een groep aanzienlijken
A
Aristocratie
B
Monarchie
C
Stadsstaat
D
Tiran
Slide 12 - Quizvraag
Welk bestuur had de stad Athene?
A
Aristocratie
B
Democratie
Slide 13 - Quizvraag
3. Bestuur door een groep mannen van rijke en belangrijke families
A
polytheisme
B
aristocratie
C
democratie
D
monarchie
Slide 14 - Quizvraag
Een regering waarbij het volk beslist, heet ook wel een
A
aristocratie
B
democratie
C
monarchie
D
tirannie
Slide 15 - Quizvraag
Wat zie je op het plaatje?
A
een Tirannie
B
Een aristocratie
C
Een monarchie
D
Geen van alle genoemde antwoorden
Slide 16 - Quizvraag
Hoe noem je de staatsvorm waarbij de adel de macht heeft?
A
Aristocratie
B
Democratie
C
tirannie
D
Monarchie
Slide 17 - Quizvraag
Maak de juiste combinaties: 1: Democratie A: Een koning heeft de macht 2: Aristocratie B: Het volk heeft de macht 3: Monarchie C: De adel heeft de macht 4: Tirannie D: Met geweld de macht gegrepen
A
1B, 2A, 3D, 4C
B
1B, 2C, 3A, 4D
C
1A, 2B, 3C, 4D
D
1D, 2C, 3B, 4A
Slide 18 - Quizvraag
Schervengericht
Athene
Bladzijde 61
Slide 19 - Tekstslide
De naam van de persoon die het meest genoemd werd tijdens het schervengericht.....
Wij gebruiken cookies om jouw gebruikerservaring te verbeteren en persoonlijke content aan te bieden. Door gebruik te maken van LessonUp ga je akkoord met ons cookiebeleid.