Agogiek les 3 zelfbeeld (a klas)

• Welzijn
• MBO
• Studiejaar 1

Zelfbeeld

les 3

Programma

Terugblikken 

Lesdoel 

Theorie 14.4 identiteit, 14.5 zelfbeeld 14.6 zelfkennis 

speeddaten bouwstenen 

Theorie zelfbeeld ho 15 zelfreflectie
kernkwaliteiten spel

Eind opdracht 

Terugblikken

• Wat hebben wij 3 weken geleden besproken? 
• Wat is zelfbeeld? 
• Zelfbeeld = de manier waarop je jezelf ziet, de manier waarop je oordeelt over jezelf 
• Negatief en positief zelfbeeld. Welke kenmerken? 
• Welke factoren beïnvloeden zelfbeeld? 
• Je opvoeding​ 
• Je ervaringen met andere mensen​ 
• Jezelf 

 

Je opvoeding:  Hoge eisen en afkeuring  “Ik deug niet. Ik stel niet zoveel voor”​  negatief denken over jezelf​  Veel sneller kritiek leveren dan complimenten geven​. Culturele invloeden (individu <-> groep, positie man <-> vrouw, corrigeren <->later straf)​ 

​ 

Ervaring andere mensen: Andere gezinsleden​ Meester  / juf op basisschool​ Vrienden & Vriendinnen​ Op straat? 

 

Jezelf:Eigen karaktertrekken​ Eigen problematiek​ Eigen keuzes​ . Bv hoe ga ik om met zelfreflectie & feedback Naast je neer leggen​ Teveel aantrekken​. Op waarde schatten, beoordelen wat je eraan hebt​ 

 

​ 

 

Lesdoel:

Na de les weet jij wat zelfbeeld  en identiteit is. Na de les kun jij vertellen wat de methode Korthals is

wat is identiteit?
Bepaal jij je identiteit of wordt jouw identiteit bepaald?

14.4 Identiteit

Identiteit is het geheel aan eigenschappen die iemand als eigen en gemeeschappelijk aan zichzelf ervaart, in de sit uatie dat hij zich vergelijkt met anderen.

deels kies jezelf voor je identiteit, maar deels wordt het bepaald

Speeddaten bouwstenen

Ga samen met je buurman/buurvrouw speeddaten en maak gebruik van bouwstenen. Vertel wat over jezelf

Bouwstenen identiteit

- lichamelijkheid, uiterlijke verschijning

- beroep, werk, functie

- plaatselijke afkomst

-  kennis ervaring

- persoonlijke interesse

- waarden, normen en tradities

meer bouwstenen in theorie 14.4.1  blz 210 

14.6 functies van zelfkennis

zelfkennis is nodig om je gedrag te kunnen bijsturen.

- als je geen zelfkennis hebt dan is er kans dat je:

- anderen kwetst

-agressief reageert

- ogen van anderen erg bescheiden

- dominant in gezelfschap

15.0 Zelfreflectie

Zelfreflectie:  is het eigen ervaringen terugblikken en daarmee eigen handelen en de motieven die achter het eigen handelen zitten, onderzoeken

• Er zijn twee vormen van zelfreflectie:
• 1. reflecteren op je persoonlijk functioneren
• 2. reflecteren op je beroepsmatig handelen
  

Doelen van reflectie

doel is iets te leren over jezelf.

Door reflecteren vergroot jij het begrip en inzicht in je gedrag.

begrip- hoe je denkt over jezelf

inzicht- keuzes maken om aan bepaalde gedragsaspecten te werken

Kernkwaliteitenspel

15-20 min

Eindopdracht

1. 360 graden formulier feedback voor jezelf
2. 4 personen uit de omgeving ook een feedback-formulier over jou invullen (4 verschillende personen uit verschillende groepen) Max. 1 klasgenoot.
3.  conclusie verslag 

• Beschrijf hoe je de opdracht hebt aangepakt en wie de formulieren hebben ingevuld.   
•  Je benoemt overeenkomsten en verschillen tussen jouw antwoorden en die van anderen.    
• Je geeft weer wat je vindt van de antwoorden van anderen en benoemt hoe jij je voelt bij de gekregen feedback.    
• Tot slot geef je aan wat deze opdracht je heeft opgeleverd. 

Eindopdracht

• Inleveren maandag 13 april 2020!!
  
• Het papieren conclusieverslag wordt in een mapje samen met de originele formulieren aangeleverd. Het verslag wordt in Word gemaakt en is minimaal 1 ½ A4 lang, met lettergrootte 11 of 12.  
•  De opmaak van de tekst is duidelijk en aantrekkelijk  
•  De uitwerking is uniek; geen plagiaat!   
• De tekst is geschreven in correct Nederlands.  
•  In de voettekst van het document staat relevante informatie over de opdracht (titel document, naam van de student, klas, vak, docent) 

Feedback