H7 samenvatting

H7 Krachten
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
Natuurkunde / ScheikundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

In deze les zitten 16 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

H7 Krachten

Slide 1 - Tekstslide

Lesdoelen
Je kunt:
7.1:
  • de drie effecten van een kracht herkennen;
  • vier soorten krachten herkennen: spierkracht, veerkracht, zwaartekracht en wrijvingskracht.
7.2:
  • Je kunt krachten meten en tekenen

Slide 2 - Tekstslide

Krachten herkennen
Krachten kan je niet zien, maar de gevolgen ervan wel. 
Krachten herken je aan de drie effecten die ze kunnen hebben:
  • de grootte van de snelheid verandert; 
  • de richting van de snelheid verandert;
  • de vorm van een voorwerp verandert.

Slide 3 - Tekstslide

Grootte van de snelheid veranderd

Slide 4 - Tekstslide

Richting van de snelheid veranderd

Slide 5 - Tekstslide

De vorm van het voorwerp veranderd

Slide 6 - Tekstslide

Soorten krachten

Slide 7 - Tekstslide

Spierkracht, Fspier
De spierkracht is de kracht die je met je spieren uitoefent. Bij voetballen geeft de spierkracht de bal een snelheid. Een zeiler gebruikt zijn spierkracht om het zeil op te hijsen.

Slide 8 - Tekstslide

Veerkracht, Fv
De veerkracht is de kracht die een gespannen veer of elastiek uitoefent. Een katapult schiet een steentje weg door de veerkracht. 

Slide 9 - Tekstslide

Zwaartekracht Fz
De zwaartekracht is de kracht die de aarde uitoefent op voorwerpen. Door de zwaartekracht valt alles naar beneden.

Slide 10 - Tekstslide

Wrijvingskracht, Fw
De wrijvingskracht of weerstandskracht op een bewegend voorwerp is de kracht die de omgeving op een bewegend voorwerp uitoefent. Als je bij het fietsen stopt met trappen, dan kom je door de wrijvingskracht tot stilstand.

Slide 11 - Tekstslide

Krachten meten
De eenheid van kracht is Newton (N)
We meten krachten met een veerunster.

Slide 12 - Tekstslide

Krachten tekenen
Bij een kracht zijn drie eigenschappen belangrijk.:

  • Het aangrijpingspunt; een punt van het voorwerp waarop de kracht werkt. 
  • De richting; een kracht heeft altijd een richting. Werkt de kracht naar links, naar rechts, boven of onder? 
  • De grootte; hoe groter de kracht des te groter is het effect.

Slide 13 - Tekstslide

Krachten tekenen
Aangrijpingspunt, grootte en richting van een kracht teken je met een pijl. 

  • Het aangrijpingspunt is het begin van de pijl. 
  • De richting van de pijl is de richting van de kracht.
  • De lengte van de pijl geeft aan hoe groot de kracht is. Een grotere kracht teken je met een langere pijl. Bij de pijl zet je een letter F.

Slide 14 - Tekstslide

Krachten tekenen
Aangrijpingspunt, grootte en richting van een kracht teken je met een pijl. 

  • Het aangrijpingspunt is het begin van de pijl. 
  • De richting van de pijl is de richting van de kracht.
  • De lengte van de pijl geeft aan hoe groot de kracht is. Een grotere kracht teken je met een langere pijl. Bij de pijl zet je een letter F.

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide