Nederlands - 09-06-2020 -Thema 3 natuur -Spelling

We gaan vandaag verder met het thema
de Natuur
Spelling en Grammatica
Hallo P1a
1 / 10
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsPraktijkonderwijsLeerjaar 1

In deze les zitten 10 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

We gaan vandaag verder met het thema
de Natuur
Spelling en Grammatica
Hallo P1a

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

WELKOM P1A

Wat gaan we doen vandaag?
  1. Nederlands uit het boek
  2. Huiswerk Studiemeter

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Spelling en Grammatica
Doel :
Je leert wat werkwoorden zijn.
We herhalen :
Lidwoorden
Zelfdstandig naamwoorden
Bijvoeglijke naamwoorden.

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Werkwoorden zijn:
  • Doe-woorden
Hoe kun je ze vinden in de zin?
  • Je kunt er ik, jij of wij voor zetten
  • Je kunt ze in de tegenwoordige of de verleden tijd zetten.
  • Als je de zin vragend maakt komt het werkwoord vooraan.
Werkwoorden

Slide 4 - Tekstslide

"F:\School\2019 - 2020\CORONA\Leerlingen naw.xlsx"
Voorbeelden :
Mijn zus koopt een nieuw trui.
  • je kunt voor koopt jij zetten
  • Je kunt van koopt kocht maken. Verleden tijd.
  • Koopt mijn zus een nieuw trui?                                                            Maak de zin vragend.                                                                                       Koopt is het eerste woord dus het werkwoord.
Werkwoorden

Slide 5 - Tekstslide

"F:\School\2019 - 2020\CORONA\Leerlingen naw.xlsx"
Neem nu blz.83 van het boek voor je.
Maak opdracht 1 en opdracht 2.
We kijken samen na.

Werkwoorden

Slide 6 - Tekstslide

"F:\School\2019 - 2020\CORONA\Leerlingen naw.xlsx"
3. Nederlands
Herhaling :
  • Lidwoorden zijn:
  • De
  • het
  • een
  • Zelfstandig naamwoord is de naam van een :
  • Mens
  • Dier
  • Ding

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

3. Nederlands
  • Zelfstandig naamwoord 
  • kun je doorheen lopen (de lucht, het centrum)
  • kan ook een eigenschap zijn (de eerlijkheid, de schaamte, het geluk)
  • Bijvoeglijk naamwoord zegt iets over een zelfstandig naamwoord. 
  • staat meestal voor een zelfstandig naamwoord.
voorbeelden: 
De hete lucht, de grote fabriek, de lange man, de oude straat.

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

3. Nederlands
  • Maak nu op blz. 84 en 85.
Opdracht 3
Opdracht 4
Opdracht 5
We kijken het samen na.

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

4. Huiswerk Nederlands
Maak in Studiemeter af: Thema 3 Natuur
Hoofdstuk 2 Spelling en grammatica
  1. Oefeningen van werkwoorden Zaid, Edwin, Nawfal, Salah, Nazli, Andrea
  2. Oefeningen van lidwoorden, zelfstandig naamwoorden en bijvoeglijk naamwoorden Zaid, Tiba, Edwin, Jayson, Nawfal, Celina, Kaily, Nazli, Andrea, Özge

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies