Kaartje schrijven; Nederlands 1.1a

Een kaartje schrijven
1 / 10
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsPraktijkonderwijsLeerjaar 2

In deze les zitten 10 slides, met interactieve quiz, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

Een kaartje schrijven

Slide 1 - Tekstslide

adres

Slide 2 - Woordweb

Doelen
- Ik kan op de juiste manier een adres op een kaart en/of envelop schrijven.
- Ik kan een boodschap op een kaart schrijven en maak op de juiste manier gebruik van hoofdletters.

Slide 3 - Tekstslide

Adres
- Straat en huisnummer
- Postcode en woonplaats

(inscannen adressering werken aan) 

Slide 4 - Tekstslide

Adressering kaart/ envelop

Slide 5 - Tekstslide

Envelop schrijven
Wat zet je op een envelop?
- voornaam en achternaam
- straatnaam
- letters postcode
- woonplaats


Slide 6 - Tekstslide

Schrijven kaart
Linkerkant: boodschap= felicitatie, vakantieverhaal, condoleance

rechts: adres


Slide 7 - Tekstslide

Opdracht
Maak je eigen kaart door een boodschap op de voorkant te schrijven of te tekenen. Gebruik hiervoor de lege kaarten die klaar liggen (vensterbank E4). Pak evt. ook envelop en schrijf hierop de naam en het adres van degene waarvoor jij de kaart hebt geschreven.


Slide 8 - Tekstslide

Extra: filmpje
KLokhuis: versturen van post; zie volgende dia.

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Video