Thema 4 Evolutie les 4
1 / 28
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Tekstslide
Slide 5 - Tekstslide
Slide 6 - Tekstslide
Slide 7 - Tekstslide
Slide 8 - Tekstslide
Slide 9 - Tekstslide
Slide 10 - Tekstslide
De voorpoot van een krokodil en de voorpoot van een mol zijn:
A
Homologe organen
B
Analoge organen
Slide 11 - Quizvraag
De vleugel van een vleermuis en de vleugel van een vlieg zijn:
A
Homologe organen
B
Analoge organen
Slide 12 - Quizvraag
De poten van insecten en de poten van zoogdieren zijn:
A
Homologe organen
B
Analoge organen
Slide 13 - Quizvraag
Slide 14 - Tekstslide
Slide 15 - Tekstslide
Slide 16 - Tekstslide
Slide 17 - Tekstslide
Slide 18 - Video
Slide 19 - Tekstslide
Slide 20 - Tekstslide
Slide 21 - Tekstslide
Slide 22 - Tekstslide
Welke van de volgende
stambomen geeft weer dat
de chimpansee meer verwant
is met de mens dan met de
gorilla?
stambomen geeft weer dat
de chimpansee meer verwant
is met de mens dan met de
gorilla?
A
stamboom 1
B
stamboom 2
C
stamboom 3
D
geen van deze stambomen
Slide 23 - Quizvraag
Bekijk de stamboom van slangensoorten.
Welk soort is als eerste ontstaan?
Welk soort is als eerste ontstaan?
A
1
B
2
C
3
D
7
Slide 24 - Quizvraag
Welke organismen zijn meer verwant?
A
Kip - eend
B
Duif - eend
C
kip - duif
D
pinguïn - kip
Slide 25 - Quizvraag
Welke organismen zijn meer verwant?
A
schildpad - duif
B
duif - konijn
Slide 26 - Quizvraag
Welke van de volgende organen zijn rudimentair?
A
De staartwervels van een mens.
B
De vleugels van een vleermuis.
C
De vleugels van een insect.
