TaalCompleet B1 thema 2 herhaling

TaalCompleet B1 thema 2 herhaling
1 / 29
volgende
Slide 1: Tekstslide
NT2MBOStudiejaar 1

In deze les zitten 29 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

TaalCompleet B1 thema 2 herhaling

Slide 1 - Tekstslide

Maak zinnen met 2 werkwoorden

Slide 2 - Tekstslide

Maak een zin met:
moeten - slikken

Slide 3 - Open vraag

Maak een zin met:
laten - knippen

Slide 4 - Open vraag

Maak een zin met:
kunnen - zich concentreren (op)

Slide 5 - Open vraag

Kies het goede voorzetsel

Slide 6 - Tekstslide

Zij zorgt al drie jaar......... haar zieke vader.
A
om
B
voor
C
van
D
met

Slide 7 - Quizvraag

Ik kan me niet goed concentreren .......... de toets.
A
in
B
op
C
met
D
voor

Slide 8 - Quizvraag

Na drie weken in het ziekenhuis was hij eindelijk genezen ......... die vervelende ziekte.
A
door
B
met
C
van
D
uit

Slide 9 - Quizvraag

Zij heeft veel plezier ......... het maken van haar eigen kleding.
A
door
B
op
C
in
D
uit

Slide 10 - Quizvraag

Geef antwoord op de vraag. 
Gebruik 'om......te....'

Slide 11 - Tekstslide

Waarom gebruik je parfum?

Slide 12 - Open vraag

Waarvoor gebruik je een thermometer?

Slide 13 - Open vraag

Waarvoor gebruik je paracetamol?

Slide 14 - Open vraag

Voltooid deelwoord

Slide 15 - Tekstslide

Maak de zinnen af.
Gebruik hebben/zijn + het voltooid deelwoord

Slide 16 - Tekstslide

Ik ......... dit weekend een flink stuk ................ (wandelen).

Slide 17 - Open vraag

Ik ......... een nieuwe afspraak met de bedrijfsarts ................ (maken).

Slide 18 - Open vraag

Na de diagnose van de arts ........... ik naar de fysiotherapeut ............... (gaan).

Slide 19 - Open vraag

Zij ............ vorig jaar in de zomer ................. (trouwen).

Slide 20 - Open vraag

Op advies van mijn huisarts ........... ik ............... met roken (stoppen).

Slide 21 - Open vraag

Vanochtend ......... ik naar school
.............. (wandelen), omdat mijn auto kapot is.

Slide 22 - Open vraag

Welk woord past in de zin?

Slide 23 - Tekstslide

Je moet nog even .................. De les is bijna voorbij.
A
volhouden
B
voordoen

Slide 24 - Quizvraag

Als mijn vriend .................. is, wordt hij snel boos en gaat hij meer roken.
A
ontspannen
B
gespannen

Slide 25 - Quizvraag

Ik heb nog nooit het gras gemaaid. Wil jij het even .................?
A
meedoen
B
voordoen

Slide 26 - Quizvraag

Als je lang ziek bent geweest, moet je jouw werk weer langzaam .....................
A
opbouwen
B
veranderen

Slide 27 - Quizvraag

huisapotheek of verzorgingsproduct?

Slide 28 - Tekstslide

De huisapotheek
De verzorgingsproducten
de thermometer
De lippenstift
het nagelschaartje
de maagtablet
het verband
de pleister
het parfum
de haarborstel

Slide 29 - Sleepvraag