Les 1 verkennend lezen

Les 1 verkennend lezen
Na deze les weet je wat:
- verkennend lezen is
- te benoemen wat tekstonderdelen, tekstdoelen, tekstsoorten en onderwerpen zijn
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Les 1 verkennend lezen
Na deze les weet je wat:
- verkennend lezen is
- te benoemen wat tekstonderdelen, tekstdoelen, tekstsoorten en onderwerpen zijn

Slide 1 - Tekstslide

Wat is verkennend lezen?

Slide 2 - Open vraag

Verkennend lezen
Je bekijkt de tekst en kan bepalen wat voor een soort tekst het is en wat het onderwerp van de tekst is. 

Daarna kan je voorspellen waar de tekst over zal gaan.

Slide 3 - Tekstslide

Stappenplan verkennend lezen
1. Wat valt op aan het uiterlijk?
2. Wat valt op aan de tekstonderdelen?
3. Wat is de tekstsoort?
4. Wat is het onderwerp?

Slide 4 - Tekstslide

2. TEKSTDOELEN EN TEKSTSOORTEN
Tekstdoel - wat wil de schrijver van de tekst bereiken?

  • Informeren (informatie geven over een onderwerp)
  • Instrueren (uitleggen hoe je iets moet gebruiken of doen)
  • Overtuigen (de schrijver wil dat je het met hem/haar eens bent of dat je iets gaat doen)

Slide 5 - Tekstslide

2. TEKSTDOELEN EN TEKSTSOORTEN
Tekstsoort - in welke vorm wordt de tekst gepresenteert?

  • Informeren (artikel, krant, nieuwsbegrip) - feiten
  • Instrueren (gebruiksaanwijzing, recept) - stappenplan
  • Overtuigen (advertentie, artikel) - mening

Bekijk de instructievideo's in studiemeter

Slide 6 - Tekstslide

Instruerend: Tips, regels, recept, routebeschrijving
Amuserend: Realistisch/fantasie verhaal, gedicht, sprookje/fabel, liedtekst
Informatief : Schema, verslag, interview, beschrijving, krantenartikel, website, brief/e-mail, weblog
Overtuigen: Reclame, mening tekst, column,sollicitatie brief/e-mail, weblog

Slide 7 - Tekstslide


Bij verkennend lezen...
A
...probeer je de tekst te begrijpen en wil je precies weten wat erin staat.
B
...probeer je een eerste indruk van de tekst te krijgen.
C
...probeer je de tekst uit je hoofd te leren.
D
...probeer je in de tekst te vinden wat je zoekt.

Slide 8 - Quizvraag

Verkennend lezen =
A
het lezen van de titel, tussenkopjes, de bron en de afbeeldingen
B
bedoeld om de hoofdgedachte te zoeken
C
bedoeld om te voorspellen waar de tekst over gaat
D
de tekst snel doorlezen, zodat men weet wat je moet doen

Slide 9 - Quizvraag

Welke tekstonderdelen bekijk je bij verkennend lezen?
A
Titel, tussenkopjes, bron, dikgedrukte/schuingedrukte woorden en plaatjes
B
Inleiding, eerste zin van elke alinea
C
Titel, inleiding en tussenkopjes
D
Titel, tussenkopjes, bron, plaatjes en de inleiding

Slide 10 - Quizvraag

Wat hoort NIET bij verkennend lezen?
A
Kijken naar de plaatjes
B
Titel lezen
C
Bron bekijken
D
Signaalwoorden onderstrepen.

Slide 11 - Quizvraag

Tekstsoort?
A
aankondiging
B
nieuwsbericht
C
artikel
D
oproep

Slide 12 - Quizvraag

Tekstdoel?
A
informeren
B
instrueren
C
Overtuigen
D
amuseren

Slide 13 - Quizvraag

Tekstsoort Voorbeeld
Instructietekst Tips, regels, recept, routebeschrijving, formulier (invullen)
Amuserende tekst Realistisch/fantasie verhaal, gedicht, sprookje/fabel, liedtekst
Informatieve tekst Schema, verslag, interview, beschrijving, krantenartikel, website, brief/e-mail, weblog
Overtuigen Reclame, meningtekst, column, brief/e-mail, weblog

Slide 14 - Tekstslide

Tekstdoel?
A
instrueren
B
amuseren
C
overtuigen
D
informeren

Slide 15 - Quizvraag

Een roman heeft als tekstdoel...
A
informeren
B
instrueren
C
overhalen
D
amuseren

Slide 16 - Quizvraag

Maken
Leerwerkboek bladzijde 10 tot en met 17
1.1 Verkennend lezen
1.2 Tekstdoelen 

Maak de bijbehorende opdrachten
Je mag alleen werken maar tweetallen mag ook!
Extra opdracht: bestudeer 3 artikelen

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide