Verhaaltjessommen

Maak deze som:
10+10
1 / 20
volgende
Slide 1: Open vraag
RekenenSpeciaal OnderwijsLeerroute 4

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Maak deze som:
10+10

Slide 1 - Open vraag

Maak deze som:
5+5

Slide 2 - Open vraag

Maak deze som:
2+2

Slide 3 - Open vraag

Deze les leer je:
Over verhaaltjes sommen

Slide 4 - Tekstslide

Stappenplan: Hoe los je een verhaaltjes som op?
. Lees de opdracht rustig en goed door.



Slide 5 - Tekstslide

Stappenplan: Hoe los je een verhaaltjes som op?
Welke som moet je uitrekenen om een antwoord te geven op de vraag?


Slide 6 - Tekstslide

Stappenplan: Hoe los je een verhaaltjes som op?
Reken de som uit.


Slide 7 - Tekstslide

Stappenplan: Hoe los je een verhaaltjes som op?
Reken de som nog eens na. Klopt het antwoord als je nog een keer terugkijkt naar het verhaaltje?


Slide 8 - Tekstslide

Voorbeeld:
Lees de opgave rustig en goed door.



Felix gebruikt voor 3 kopjes chocolademelk 1 schepje suiker. Hoeveel schepjes suiker heeft hij nodig voor 9 kopjes chocolademelk?

Slide 9 - Tekstslide

Welke som moet je uitrekenen?

Felix gebruikt voor 3 kopjes chocolademelk 1 schepje suiker. Hoeveel schepjes suiker heeft hij nodig voor 9 kopjes chocolademelk?

Slide 10 - Tekstslide

Reken de som uit.

Felix gebruikt voor 3 kopjes chocolademelk 1 schepje suiker. Hoeveel schepjes suiker heeft hij nodig voor 9 kopjes chocolademelk?

Slide 11 - Tekstslide

 Reken de som nog eens na. Klopt het antwoord als je nog een keer terugkijkt naar het verhaaltje?



Felix gebruikt voor 3 kopjes chocolademelk 1 schepje suiker. Hoeveel schepjes suiker heeft hij nodig voor 9 kopjes chocolademelk?

Slide 12 - Tekstslide

40
4
Jaylinn heeft 44 potloden. 4 volle doosjes van 10 potloden en dan nog ....... losse potloden.

Slide 13 - Sleepvraag

's Morgens kijkt Sam op de thermometer, het is 8 graden. Die middag is het 5 graden warmer. Hoeveel graden is het dan?
A
10
B
12
C
11
D
13

Slide 14 - Quizvraag

Op de school van Charlotte zijn 17 meesters en juffen. Er zijn 5 meesters, hoeveel juffen zijn er?

Slide 15 - Open vraag

Ik vind verhaaltjes sommen
moeilijk
makkelijk

Slide 16 - Poll

Michael heeft 10 bloemen in de tuin te planten. Hij heeft er al 4 geplant. Hoeveel bloemen moet hij nog planten.
A
5
B
4
C
6
D
7

Slide 17 - Quizvraag

10
7
Een grote kaart kost 1 euro. Mare koopt er 7. Hoeveel moet ze betalen?

Slide 18 - Sleepvraag

10 kinderen uit groep 2 gaan naar een pretpark. De juf gaat ook mee en nog 6 moeders. Met hoeveel zijn ze?

Slide 19 - Open vraag

ga naar
www.redactiesommen.nl
druk op meteen oefenen

Julian, Thomas, Novenio Kaan: Groep 4 en 3 sterren
Hanna: Groep 4 en 2 sterren
Roy, Jeroen, Ella, Floris, DOnvido Lucienne Groep 4 en 1 ster
Lucy, Sophie en Joris groep 3


Slide 20 - Tekstslide