Les 6 Tussenletters

Taalverzorging les 6 3F
Tussenletters
1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Taalverzorging les 6 3F
Tussenletters

Slide 1 - Tekstslide

Bekijk de strip

Slide 2 - Tekstslide

Uit welke twee woorden is het woord hondenpoep samengesteld?

Slide 3 - Open vraag

0

Slide 4 - Video

Tussenletters -en-

kort samengevat


Het eerste woord heeft altijd een meervoud op -en.


Bijvoorbeeld:

krantenbezorger - kippensoep - rozengeur

Slide 5 - Tekstslide

Tussenletter -e-

kort samengevat


Het eerste woord gaat over iets waar er maar één van is.

Het eerste woord heeft een versterkende betekenis.

Het eerste woord heeft meervoud op -en én op -s.


Bijvoorbeeld:

Koninginnedag - apetrots- secondewijzer

Slide 6 - Tekstslide

Tussenletter -s-

kort samengevat


De tussenletter -s- kun je meestal horen.

Begint het tweede woord ook met een s- of s-klank, vervang dan het tweede woord om de tussenletter -s- te horen.


Bijvoorbeeld:

meningsverschil - varkensstal / varkensvlees

Slide 7 - Tekstslide

Waarom heeft de samenstelling een tussenletter -e-?
reuzegroot
A
Het eerste woord gaat over iets waar er maar één van is
B
Het eerste woord heeft een versterkende betekenis
C
Het eerste woord heeft een meervoud op -en én op -s

Slide 8 - Quizvraag

Waarom heeft de samenstelling een tussenletter -e-?
breedtegraad
A
Het eerste woord gaat over iets waar er maar één van is
B
Het eerste woord heeft een versterkende betekenis
C
Het eerste woord heeft een meervoud op -en én op -s

Slide 9 - Quizvraag

Waarom heeft de samenstelling een tussenletter -e-?
zonnebril
A
Het eerste woord gaat over iets waar er maar één van is
B
Het eerste woord heeft een versterkende betekenis
C
Het eerste woord heeft een meervoud op -en én op -s

Slide 10 - Quizvraag

Waarom heeft de samenstelling een tussenletter -e-?
dieptepunt
A
Het eerste woord gaat over iets waar er maar één van is
B
Het eerste woord heeft een versterkende betekenis
C
Het eerste woord heeft een meervoud op -en én op -s

Slide 11 - Quizvraag

Waarom heeft de samenstelling een tussenletter -e-?
beresterk
A
Het eerste woord gaat over iets waar er maar één van is
B
Het eerste woord heeft een versterkende betekenis
C
Het eerste woord heeft een meervoud op -en én op -s

Slide 12 - Quizvraag

Waarom heeft de samenstelling een tussenletter -e-?
maneschijn
A
Het eerste woord gaat over iets waar er maar één van is
B
Het eerste woord heeft een versterkende betekenis
C
Het eerste woord heeft een meervoud op -en én op -s

Slide 13 - Quizvraag

ambassadeurswoning
A
met tussen-s
B
zonder tussen-s

Slide 14 - Quizvraag

bedrijfsspionage
A
met tussen-s
B
zonder tussen-s

Slide 15 - Quizvraag

verzekeringspolis
A
met tussen-s
B
zonder tussen-s

Slide 16 - Quizvraag

hardloopschoenen
A
met tussen-s
B
zonder tussen-s

Slide 17 - Quizvraag

sloper + hamer =

Slide 18 - Open vraag

aannemer + bedrijf =

Slide 19 - Open vraag

zon + bloem =

Slide 20 - Open vraag

rood + kool =

Slide 21 - Open vraag

heide + landschap =

Slide 22 - Open vraag

hond + brok =

Slide 23 - Open vraag

koning + dag =

Slide 24 - Open vraag

meisje + schoenen =

Slide 25 - Open vraag

aap + trots =

Slide 26 - Open vraag

ontmoeting + centrum =

Slide 27 - Open vraag

GELEERD?


- je kunt tussenletters 
in samenstellingen 
goed spellen
spelling: tussenletters

Slide 28 - Tekstslide