(P3) les 2: Industrie Duitsland

1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
GesMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De wereld en cultuur
Cultuurgebieden

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

JdW-kijkwijzer
Lesopbouw:

  1. Vooraf:
    Startklaar, Voorkennis activeren, Formatief Handelen

  2. Instructie:
    Leerdoelgericht werken, Inclusieve didactiek, Concrete en herkenbare voorbeelden, Formatief Handelen

  3. Toepassing:
    Actieve verwerking, Formatief handelen 

  4. Evaluatie:
    Afsluiting

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Overzicht Periode 3
  • Thema: Duitsland
  • Benodigde lesmaterialen: Leerboek, werkboek, map, pen en opgeladen laptop.
Week 1
Week 2
Week 3
Week 4
Week 5
Week 6
Week 7
Week 8
Week 9
Week 10 
Week 11
Toetsbespreken en Berlijn
Wederopbouw berlijn
SO
Nigeria klimaat
Nigeria bevolking
Nigeria politiek
Nigeria grondstoffen
Herhaling

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

              Startklaar
  • Op je plek zitten 
  • Telefoon in het Zakkie 
  • Jas over de stoel, oortjes in de tas, tas op de grond
  • Schoolspullen op tafel: Boek, Chromebook, JdW-map, etui 
timer
3:00

Slide 7 - Tekstslide

1. Startklaar
Bij de start van iedere les verwelkomt de docent de leerlingen bij de ingang van de deur, noemt leerlingen bij naam, maakt oogcontact en besteedt aandacht aan hun welbevinden. De docent geeft het goede voorbeeld en spreekt hoge verwachtingen uit voor het verloop van de les door succescriteria op gewenst gedrag, schooltaal en effectief leren te benoemen. De leerlingen zijn startklaar: ingelogd in LessonUp, telefoons opgeborgen in het Zakkie, en JdW-map op tafel.
Waarom vestigden fabrieken zich langs spoorwegen en rivieren?

Slide 8 - Open vraag

7. Formatief handelen
De docent geeft de leerlingen gedurende de les gerichte feedback, feedup en feedforward op de op de inhoud van het werk, de leerstrategie, het gedrag en op zelfsturing. De docent bevraagt willekeurig leerlingen met open vragen. De docent stimuleert kwaliteitsbesef onder leerlingen door bijvoorbeeld leerlingen elkaars werk te laten vergelijken of uitgewerkte voorbeelden te gebruiken, gevolgd door geïnformeerde vervolgstappen.

Waarom trekken juist jongeren naar Berlijn terug?

Slide 9 - Open vraag

7. Formatief handelen
De docent geeft de leerlingen gedurende de les gerichte feedback, feedup en feedforward op de op de inhoud van het werk, de leerstrategie, het gedrag en op zelfsturing. De docent bevraagt willekeurig leerlingen met open vragen. De docent stimuleert kwaliteitsbesef onder leerlingen door bijvoorbeeld leerlingen elkaars werk te laten vergelijken of uitgewerkte voorbeelden te gebruiken, gevolgd door geïnformeerde vervolgstappen.

Waarom groeide Berlijn sterk na 1871?

Slide 10 - Open vraag

7. Formatief handelen
De docent geeft de leerlingen gedurende de les gerichte feedback, feedup en feedforward op de op de inhoud van het werk, de leerstrategie, het gedrag en op zelfsturing. De docent bevraagt willekeurig leerlingen met open vragen. De docent stimuleert kwaliteitsbesef onder leerlingen door bijvoorbeeld leerlingen elkaars werk te laten vergelijken of uitgewerkte voorbeelden te gebruiken, gevolgd door geïnformeerde vervolgstappen.

Wat was een belangrijk gevolg van de bouw van de Berlijnse Muur in 1961?

A
De industrie in Berlijn nam sterk toe
B
De stad groeide snel aan de oostkant
C
Er ontstond een nieuw stadscentrum in West-Berlijn
D
De stad werd een hoofdstad van de Europese Unie

Slide 11 - Quizvraag

7. Formatief handelen
De docent geeft de leerlingen gedurende de les gerichte feedback, feedup en feedforward op de op de inhoud van het werk, de leerstrategie, het gedrag en op zelfsturing. De docent bevraagt willekeurig leerlingen met open vragen. De docent stimuleert kwaliteitsbesef onder leerlingen door bijvoorbeeld leerlingen elkaars werk te laten vergelijken of uitgewerkte voorbeelden te gebruiken, gevolgd door geïnformeerde vervolgstappen.

Wat is het beste voorbeeld van gentrificatie in Berlijn?
A
De aanleg van nieuwe spoorwegen rondom de stad
B
De bouw van de Berlijnse Muur langs de rivier de Spree
C
Gezinnen die verhuizen naar dorpen buiten Berlijn
D
Oude wijken die worden opgeknapt waardoor de huurprijzen stijgen

Slide 12 - Quizvraag

7. Formatief handelen
De docent geeft de leerlingen gedurende de les gerichte feedback, feedup en feedforward op de op de inhoud van het werk, de leerstrategie, het gedrag en op zelfsturing. De docent bevraagt willekeurig leerlingen met open vragen. De docent stimuleert kwaliteitsbesef onder leerlingen door bijvoorbeeld leerlingen elkaars werk te laten vergelijken of uitgewerkte voorbeelden te gebruiken, gevolgd door geïnformeerde vervolgstappen.
           Leerdoelen
1. De leerling kan beschrijven hoe Duitsland zich economisch heeft ontwikkeld sinds de Tweede Wereldoorlog.

2. De leerling kan uitleggen wat agglomeratievoordelen zijn en waarom die belangrijk zijn voor de industrie.

3. De leerling kan regionale economische verschillen binnen Duitsland herkennen en verklaren.

4. De leerling kan de invloed van economische veranderingen op de bevolkingsontwikkeling beschrijven.


Slide 13 - Tekstslide

3. Leerdoelgericht werken
De docent geeft het onderwerp, RTTI geformuleerde leerdoelen en de lesopbouw aan. De docent weet de leerdoelen goed te laten aansluiten bij de voorkennis en het (taal)niveau van de leerlingen. Gedurende de les wordt continu een terugkoppeling naar de leerdoelen gemaakt om de mate van beheersing te controleren.      
Wat gebeurde er met Berlijn na WO II?

Slide 14 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

      Industriële groei
Na WOII: sterke wederopbouw

Groei in chemie, elektronica en auto-industrie

Focus op innovatie en technologie



Slide 15 - Tekstslide

4. Inclusieve didactiek
De docent past diverse strategieën toe om de betrokkenheid van alle leerlingen te garanderen. Door regelmatig het begrip van de lesstof te controleren en zo nodig de uitleg aan te passen, blijft de stof toegankelijk voor iedereen. Flexibele en heterogene differentiatie ondersteunt dit proces. Interactie in de klas wordt versterkt door het gebruik van thuistalen. Verder creëert de docent een contextrijke en inclusieve leeromgeving door (culturele) achtergronden in de lesstof te integreren. Door positief en proactief op leerlinggedrag te reageren, wordt het voor leerlingen makkelijker om gewenst gedrag te tonen en actief deel te nemen aan de les.
Hightech industrie
Hoogopgeleide werknemers nodig

Veel robots en vakmensen in productie

Focus op onderzoek en ontwikkeling

Slide 16 - Tekstslide

4. Inclusieve didactiek
De docent past diverse strategieën toe om de betrokkenheid van alle leerlingen te garanderen. Door regelmatig het begrip van de lesstof te controleren en zo nodig de uitleg aan te passen, blijft de stof toegankelijk voor iedereen. Flexibele en heterogene differentiatie ondersteunt dit proces. Interactie in de klas wordt versterkt door het gebruik van thuistalen. Verder creëert de docent een contextrijke en inclusieve leeromgeving door (culturele) achtergronden in de lesstof te integreren. Door positief en proactief op leerlinggedrag te reageren, wordt het voor leerlingen makkelijker om gewenst gedrag te tonen en actief deel te nemen aan de les.
        Agglomeratie voordelen
Autofabriek + toeleveranciers bij elkaar

Voorbeelden: stoelenfabriek, logistiek, catering

Voordeel: kostenbesparing en snelheid

Bedrijven gaan dicht bij elkaar zitten, zodat ze snel kunnen leveren. Dit heet agglomeratievoordeel – een kenmerk van moderne industrie.

Slide 17 - Tekstslide

4. Inclusieve didactiek
De docent past diverse strategieën toe om de betrokkenheid van alle leerlingen te garanderen. Door regelmatig het begrip van de lesstof te controleren en zo nodig de uitleg aan te passen, blijft de stof toegankelijk voor iedereen. Flexibele en heterogene differentiatie ondersteunt dit proces. Interactie in de klas wordt versterkt door het gebruik van thuistalen. Verder creëert de docent een contextrijke en inclusieve leeromgeving door (culturele) achtergronden in de lesstof te integreren. Door positief en proactief op leerlinggedrag te reageren, wordt het voor leerlingen makkelijker om gewenst gedrag te tonen en actief deel te nemen aan de les.
       Groei dienstensector

Dienstensector groeit sinds jaren ‘80

Voorbeelden: advocaten, ontwerp, ICT, banken

Veel multinationals met hoofdkantoor in Duitsland

Duitsland is nu ook een dienstenland. Banken, ontwerpbureaus en ICT-bedrijven zijn belangrijk. Dit komt mede door de goed opgeleide bevolking.

Slide 18 - Tekstslide

4. Inclusieve didactiek
De docent past diverse strategieën toe om de betrokkenheid van alle leerlingen te garanderen. Door regelmatig het begrip van de lesstof te controleren en zo nodig de uitleg aan te passen, blijft de stof toegankelijk voor iedereen. Flexibele en heterogene differentiatie ondersteunt dit proces. Interactie in de klas wordt versterkt door het gebruik van thuistalen. Verder creëert de docent een contextrijke en inclusieve leeromgeving door (culturele) achtergronden in de lesstof te integreren. Door positief en proactief op leerlinggedrag te reageren, wordt het voor leerlingen makkelijker om gewenst gedrag te tonen en actief deel te nemen aan de les.
    Regionale verschillen
Oost: achterstand na hereniging

Ruhrgebied: daling van zware industrie

Zuiden: economisch sterk door hightech

Niet elke regio is even sterk. In het oosten en het Ruhrgebied is meer werkloosheid. In Zuid-Duitsland groeit de economie juist hard.

Slide 19 - Tekstslide

4. Inclusieve didactiek
De docent past diverse strategieën toe om de betrokkenheid van alle leerlingen te garanderen. Door regelmatig het begrip van de lesstof te controleren en zo nodig de uitleg aan te passen, blijft de stof toegankelijk voor iedereen. Flexibele en heterogene differentiatie ondersteunt dit proces. Interactie in de klas wordt versterkt door het gebruik van thuistalen. Verder creëert de docent een contextrijke en inclusieve leeromgeving door (culturele) achtergronden in de lesstof te integreren. Door positief en proactief op leerlinggedrag te reageren, wordt het voor leerlingen makkelijker om gewenst gedrag te tonen en actief deel te nemen aan de les.
Samenvatting
Groei van industrie naar diensten

Hightech en kennis als motor

Grote regionale verschillen

Bevolkingsgroei vooral in steden

Slide 20 - Tekstslide

5. Concrete en herkenbare voorbeelden
De docent maakt gebruik van praktische en concrete voorbeelden die voor leerlingen herkenbaar zijn in hun eigen leefwereld om tot beter begrip van de lesstof te komen. De docent doet hierbij een beroep op dual coding. Door het visuele en het verbale te combineren vergroot de docent de kans dat lesstof beter bij de leerlingen blijft beklijven. 
Aan de slag
Wat - maak opdracht 1 t/m 6 van je werkboek op blz 70 en 71
Hoe - Alleen
Hoelang - 15 min.
Hulp nodig? - steek je vinger op
Klaar - Woordjes leren.
Uitkomst - Bespreek met ander tweetal.

Slide 21 - Tekstslide

6. Actieve verwerking
De docent maakt expliciet hoe de leerstof actief verwerkt dient te worden. De docent start met modelleren en laat leerlingen vervolgens actief inoefenen. Volgens het 'ik-wij-jullie/jij-wij' principe wordt de ondersteuning geleidelijk afgebouwd. Er wordt gevarieerd in oefentypes en het leerproces wordt zichtbaar gemaakt, bijvoorbeeld met hardop denken opdrachten. Effectieve leerstrategieën zoals zelftesten, gespreid leren, schema’s maken, en samenvatten volgens de Cornell-methode worden expliciet aangeleerd. Dit herkneden van de lesstof helpt bij het bewerken van het lange termijn geheugen.
Verwerkingsopdracht






 



Maak een tijdlijn van de economische ontwikkeling van Duitsland


Analyseer één regio (bijv. Ruhrgebied of Beieren)

Geef aan hoe economie en bevolkingsgroei samenhangen


Slide 22 - Tekstslide

6. Actieve verwerking
De docent maakt expliciet hoe de leerstof actief verwerkt dient te worden. De docent start met modelleren en laat leerlingen vervolgens actief inoefenen. Volgens het 'ik-wij-jullie/jij-wij' principe wordt de ondersteuning geleidelijk afgebouwd. Er wordt gevarieerd in oefentypes en het leerproces wordt zichtbaar gemaakt, bijvoorbeeld met hardop denken opdrachten. Effectieve leerstrategieën zoals zelftesten, gespreid leren, schema’s maken, en samenvatten volgens de Cornell-methode worden expliciet aangeleerd. Dit herkneden van de lesstof helpt bij het bewerken van het lange termijn geheugen.
Verwerkingsopdracht

 In je verhaal moet duidelijk worden:
Hoe de stad er op dat moment uitziet

Wat de gevolgen zijn van de geschiedenis of stadsopbouw

Wat jouw personage ervaart in het dagelijks leven



Een dag in het leven van… – Verhalende opdracht
Schrijf een kort verhaal (min. 200 woorden) vanuit het perspectief van een bewoner van Berlijn. Kies één van deze personages:

Een arbeider die in 1900 naar de stad komt om in de fabriek te werken

Een jongere die in de jaren ‘80 probeert te vluchten over de Muur

Een student in het huidige Berlijn die in een wijk woont waar gentrificatie plaatsvindt

Slide 23 - Tekstslide

6. Actieve verwerking
De docent maakt expliciet hoe de leerstof actief verwerkt dient te worden. De docent start met modelleren en laat leerlingen vervolgens actief inoefenen. Volgens het 'ik-wij-jullie/jij-wij' principe wordt de ondersteuning geleidelijk afgebouwd. Er wordt gevarieerd in oefentypes en het leerproces wordt zichtbaar gemaakt, bijvoorbeeld met hardop denken opdrachten. Effectieve leerstrategieën zoals zelftesten, gespreid leren, schema’s maken, en samenvatten volgens de Cornell-methode worden expliciet aangeleerd. Dit herkneden van de lesstof helpt bij het bewerken van het lange termijn geheugen.
Terugkijken 
op de leerdoelen
1. De leerling kan beschrijven hoe Duitsland zich economisch heeft ontwikkeld sinds de Tweede Wereldoorlog.

 2. De leerling kan uitleggen wat agglomeratievoordelen zijn en waarom die belangrijk zijn voor de industrie.

3. De leerling kan regionale economische verschillen binnen Duitsland herkennen en verklaren.

4. De leerling kan de invloed van economische veranderingen op de bevolkingsontwikkeling beschrijven.


Slide 24 - Tekstslide

8. Afsluiting
De docent controleert in de slotfase van de les of de leerdoelen door alle leerlingen behaald zijn en plaatst de les in de context van de betreffende periode. De docent evalueert samen met de leerlingen het leren en het gedrag en blikt vooruit aan de hand van de JdW-planner.

           Begrippen
           uit deze les
Industrialisatie
Hightechindustrie
Onderzoek & Ontwikkeling (R&D)
Vakmensen
Robotisering
Agglomeratievoordelen
Dienstensector
Multinational
Regionale ongelijkheid
Demografische krimp
Migratie
Wederopbouw
Lagelonenlanden

Slide 25 - Tekstslide

8. Afsluiting
De docent controleert in de slotfase van de les of de leerdoelen door alle leerlingen behaald zijn en plaatst de les in de context van de betreffende periode. De docent evalueert samen met de leerlingen het leren en het gedrag en blikt vooruit aan de hand van de JdW-planner.


Exit ticket

Slide 26 - Open vraag

8. Afsluiting
De docent controleert in de slotfase van de les of de leerdoelen door alle leerlingen behaald zijn en plaatst de les in de context van de betreffende periode. De docent evalueert samen met de leerlingen het leren en het gedrag en blikt vooruit aan de hand van de JdW-planner.

Eindslide

Ruimte voor een afsluitend woord.

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies