globalisering

Globalisering
Globalisering – Waarom de wereld steeds kleiner lijkt
1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
BurgerschapMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 12 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Globalisering
Globalisering – Waarom de wereld steeds kleiner lijkt

Slide 1 - Tekstslide

Wat heb jij vandaag gebruikt dat uit een ander land komt?

Slide 2 - Open vraag

Globalisering betekent dat landen steeds meer met elkaar verbonden zijn.

Dat merk je aan:
  • handel (producten wereldwijd)
  • reizen
  • internet en social media
  • wereldproblemen (klimaat, corona)

Slide 3 - Tekstslide

Europese Unie
De EU is een samenwerking van 27 landen in Europa. Ze maken samen afspraken over:
  • Geld (euro)
  • Vrij reizen
  • Handel
  • Wetten

Slide 4 - Tekstslide

Internationale organisatie
Een internationale organisatie is een samenwerking van landen of mensen die wereldproblemen proberen op te lossen.

Voorbeelden:
  • Verenigde Naties (VN)
  • Wereldgezondheidsorganisatie (WHO)
  • NAVO

Slide 5 - Tekstslide

Multinational
Een multinational is een groot bedrijf dat in meerdere landen actief is.

Voorbeelden: McDonald’s, Apple, Shell

Ze maken producten in verschillende landen en verkopen ze wereldwijd.

Slide 6 - Tekstslide

NAVO
De NAVO is een militair bondgenootschap van landen in Europa en Noord-Amerika.

Ze helpen elkaar bij aanvallen
Ze oefenen samen

Doel: veiligheid

Slide 7 - Tekstslide

NGO
NGO = Niet-Gouvernementele Organisatie

  • Geen overheid
  • Werkt voor een goed doel
  • Wereldwijd actief

Voorbeelden: Greenpeace, Artsen zonder Grenzen


Slide 8 - Tekstslide

Verenigde Naties
De VN is een wereldwijde organisatie van bijna alle landen.

Doelen:
  • Vrede
  • Mensenrechten
  • Hulp bij rampen
  • Armoede bestrijden

Slide 9 - Tekstslide

Wat is een multinational?
A
Een samenwerking van 27 landen in Europa
B
Een samenwerking van landen of mensen die wereldproblemen proberen op te lossen.
C
Een groot bedrijf dat in meerdere landen actief is.
D
Een militair bondgenootschap van landen in Europa en Noord-Amerika

Slide 10 - Quizvraag

Wat doet de NAVO?
A
Afspraken maken over o.a. handel
B
Ze helpen elkaar bij aanvallen
C
Werkt voor een goed doel
D
Hulp bij rampen

Slide 11 - Quizvraag

Opdracht


Maken opdrachten 1 t/m 6 
plus verwerkingsopdracht 1 a t/m d

Slide 12 - Tekstslide