2HA - Grammatik Zwakke ww - haben en sein - pers. vnw

Grammatik - Quiz
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

Grammatik - Quiz

Slide 1 - Tekstslide

Welke onderwerpen?
Grammatik A : Zwakke werkwoorden in de tegenwoordige tijd
Grammatik B: Persoonlijk voornaamwoord
Grammatik C: Haben & sein

Slide 2 - Tekstslide

Welke uitgang krijgt 'du' altijd bij zwakke werkwoorden?
A
e
B
st
C
t
D
en

Slide 3 - Quizvraag

Welke uitgang krijgt 'ihr' altijd bij zwakke werkwoorden?
A
e
B
st
C
t
D
en

Slide 4 - Quizvraag

Welke vervoeging is juist in de volgende zin?
Er ... (leben) in Wien.

A
lebe
B
lebst
C
lebt
D
leben

Slide 5 - Quizvraag

Welke vervoeging is juist in de volgende zin?
Warum ... (lachen) du?
A
lache
B
lachst
C
lacht
D
lachen

Slide 6 - Quizvraag

Welke vervoeging is juist in de volgende zin?
Wie ... (heißen) du?
A
heiße
B
heißt
C
heißen
D
heißst

Slide 7 - Quizvraag

Welke vervoeging is juist in de volgende zin?
Wir ... (reizen) nach Spanien.
A
reise
B
reist
C
reisten
D
reisen

Slide 8 - Quizvraag

Noem alle persoonlijk voornaamwoorden die je kent!

Slide 9 - Woordweb

Wat betekent 'er'?

Slide 10 - Open vraag

Wat betekent 'ihr'?

Slide 11 - Open vraag

Wat betekent 'wir'?

Slide 12 - Open vraag

Wat is het verschil tussen 'sie' en 'Sie' (met een hoofdletter) ?

Slide 13 - Open vraag

du ... (haben)
A
habe
B
haben
C
hast
D
habt

Slide 14 - Quizvraag

ihr... (sein)
A
bist
B
sind
C
bin
D
seid

Slide 15 - Quizvraag

Agnes und Martin ... (zijn)
A
bist
B
sind
C
seid
D
ist

Slide 16 - Quizvraag

Das Kind...
A
bin
B
bist
C
ist
D
seid

Slide 17 - Quizvraag

Es ... (haben)
A
habt
B
hast
C
haben
D
hat

Slide 18 - Quizvraag

Wir ... einen Hund
A
haben
B
habe
C
hast
D
hat

Slide 19 - Quizvraag

Frau Meier, .... Sie ein bisschen Zeit?
A
hat
B
haben
C
hast
D
habt

Slide 20 - Quizvraag

Aan welke grammatica onderdeel moet je nog meer aandacht besteden voor de toets?

Slide 21 - Open vraag