Le Petit Prince - verzamelplek

Le petit prince vertrekt van zijn planeet omdat
A
hij zich verveelt
B
hij genoeg heeft van het gedrag van de roos
1 / 43
volgende
Slide 1: Quizvraag

In deze les zitten 43 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Le petit prince vertrekt van zijn planeet omdat
A
hij zich verveelt
B
hij genoeg heeft van het gedrag van de roos

Slide 1 - Quizvraag

Voor hij zijn planeet verlaat
A
maakt de Petit Prince alle vulkanen schoon.
B
zet de Petit Prince een stolp over de bloem.
C
kijkt de Petit Prince nog één keer naar een zonsondergang.

Slide 2 - Quizvraag

Wie bezoekt de Kleine Prins achtereenvolgens?

Slide 3 - Open vraag

De Kleine Prins bezoekt achtereenvolgens:

Een koning
Een ijdeltuit
Een dronkaard
Een zakenman
Iemand die de straatlantaarns ontsteekt
Een geograaf
De aarde


Slide 4 - Tekstslide

Symbolen in De Kleine Prins:

Lantaarnopsteker: frivoliteit en traagheid, volgt slechts bevelen op en ontwijkt verantwoordelijkheid
Koning: blind streven naar macht
Dronkaard: vicieuze cirkel
Slang: mysterieus, magisch, dubbelzinnig wezen, het menselijk lot


Slide 5 - Tekstslide

De vos: wijsheid en levenservaring
De geograaf: dode kennis
Baobab: slechte bedoelingen en gedachten
Roos: diepe liefde

Slide 6 - Tekstslide

Wie ontmoet de Klein Prins als eerste op aarde en waar?
A
De vos in het bos
B
De slang in de woestijn
C
De koning in zijn paleis
D
De geograaf in zijn werkkamer

Slide 7 - Quizvraag

Hoe eindigt het verhaal?

Slide 8 - Open vraag

Waar staat de slang symbool voor?
A
het menselijk lot
B
het vergif
C
de leugen

Slide 9 - Quizvraag

Waar staat de vos symbool voor?
A
De jacht
B
Sluwheid
C
Wijsheid en levenservaring

Slide 10 - Quizvraag

Wie bezoekt le petit prince in chapitre X?

Slide 11 - Open vraag

Le Petit Prince est l’œuvre de littérature française la plus lue:

A
dans le monde, mais pas en France
B
en France, mais pas dans le monde
C
dans le monde

Slide 12 - Quizvraag

Wat is dat ook alweer, een 'allegorie'?
A
Symbolische voorstelling van iets anders
B
Sarcastische voorstelling van iets anders
C
Kinderlijke voorstelling van iets anders
D
Serieuze voorstelling van iets anders

Slide 13 - Quizvraag

Le petit prince est un livre ...
A
pour enfants
B
pour adultes
C
pour enfants et adultes

Slide 14 - Quizvraag

Le Petit Prince est l’œuvre de littérature française la plus lue:

A
dans le monde, mais pas en France
B
en France, mais pas dans le monde
C
dans le monde

Slide 15 - Quizvraag

Le petit prince
A
est le livre le plus lu au monde
B
est le livre le plus traduit au monde
C
est le deuxième livre le plus traduit au monde

Slide 16 - Quizvraag

Le Petit Prince est l’œuvre de littérature française la plus lue:

A
dans le monde, mais pas en France
B
en France, mais pas dans le monde
C
dans le monde

Slide 17 - Quizvraag

Le petit prince est un livre ...
A
pour enfants
B
pour adultes
C
pour enfants et adultes

Slide 18 - Quizvraag

Le petit prince
A
est le livre le plus lu au monde
B
est le livre le plus traduit au monde
C
est le deuxième livre le plus traduit au monde

Slide 19 - Quizvraag

Slide 20 - Tekstslide

chapitre x - xv
1 : vertalingen bespreken 
2. vragen over inhoud / thema's 
3. doorlezen XV - XX

Slide 21 - Tekstslide

in dit hoofdstuk hebben ze het over baobabbomen, als kerken zo groot. De kp is blij omdat het schaap het onkruid op zijn planeet zal opeten. Hij praat met de piloot over goede planten en onkruid en ze komen tot de conclusie dat er op iedere planeet goede planten en onkruid bestaan en dat je het onkruid weg moet halen

als de kleine prins droevig is kijkt hij naar een zonsondergang.  De kp wil er een zien maar dat kan niet want hij is niet op zijn planeet. Hij vertelt de piloot hoe hij zich voelt als hij een zonsondergang ziet. Hij is dan verdrietig
TDe kp maakt zich zorgen om zijn bloem en de piloot om zijn vliegtuig met pech. De kp vraagt de piloot over doornen maar de piloot antwoord hem niet. uiteindelijk huilt de KP en de piloot heeft spijt van zijn botte reactie.
de kp praat over zijn kleine roos, erg pittig en hij snapt haar niet helemaal. zij is erg tegenstrijdig en veeleisend. ze heeft het koud en heeft een stolp nodig op de planeet. de KP houdt erg veel van haar, ze is een metafoor van vrouwelijkheid
hoofdstuk 7
hoofdstuk 6
hoofdstuk 5
hoofdstuk 8

Slide 22 - Sleepvraag

 géographe
vaniteur
businessman
buveur
allumeur
 roi

Slide 23 - Sleepvraag

14petit prince 
- récapitulons : 15-2
thèmes

Slide 24 - Tekstslide

kp klimt op een berg en kan niets zien. Hij praat met de echo maar niemand antwoordt. KP denkt dat mensen geen fantasie hebben en dat ze alles herhalen wat ze zeggen
de kp komt een bloem tegen en vraagt naar mensen maar de bloem heeft niemand gezien
de kp vindt midden in de woestijn een slang en praat ermee. Hij vindt de slang mooi omdat hij dun als een vinger is
De kp komt aan op aarde en vindt dat een bijzondere planeet. Er zijn veel meer mensen dan op de andere planeten
chapitre 19
chapitre 18
chapitre 16
chapitre 17
chapitre 20
De kleine prins komt bij een tuin waar heel veel rozen staan. Hij is verrast want hij dacht dat zijn roos speciaal en uniek was. De rozen praten met hem

Slide 25 - Sleepvraag

Slide 26 - Tekstslide

De man in het seinhuis (de wisselwacht van de trein) vertelt :
A
dat de reizigers nooit tevreden zijn waar ze zijn
B
dat de eerste reizigers tevreden zijn waar ze zijn
C
dat de kinderen niet weten wat ze moeten doen in de trein

Slide 27 - Quizvraag

wat zou de kleine prins doen met de pillen die hem 53 minuten per week zouden besparen?
A
hij zou meer gaan eten
B
hij zou rustig naar een fonteintje lopen
C
hij zou tijd sparen
D
hij zou ook anti-dorstpillen gaan verkopen

Slide 28 - Quizvraag


A
in h24 gaat de kleine prins op zoek naar een put want hij heeft 53 minuten over
B
in h24 zegt de kleine prins dat wat de woestijn zo mooi maakt is dat er ergens een put verstopt is
C
in h24 gaan de kp en de piloot op zoek naar een put maar ze vinden niets

Slide 29 - Quizvraag

Hoe lang is de KP op aarde?
A
1 week
B
1 maand
C
1 jaar
D
10 dagen

Slide 30 - Quizvraag

wat gebeurt er in hoofdstuk 26?

Slide 31 - Woordweb

wat staat niet in hoofdstuk 27?
A
kp is terug naar zijn planeet wat de piloot heeft geen lichaam gevonden
B
de piloot is vergeten een riempje om de muilkorf van het schaap te tekenen en is bang dat het schaap de roos op eet
C
alles verandert wanneer je naar de hemel kijkt en je afvraagt of het schaap de roos heeft opgegeten
D
grote mensen begrijpen best waarom dat zo belangrijk is

Slide 32 - Quizvraag

Slide 33 - Tekstslide

Slide 34 - Tekstslide

Slide 35 - Tekstslide

Slide 36 - Tekstslide

Slide 37 - Tekstslide

Le PP a visité quelles planètes?
( les chapitres I - XIV)

Slide 38 - Woordweb

Lequel des mots suivants ne figure pas dans l'histoire du Petit Prince?
A
les baobabs
B
un train
C
l'astéroïde
D
un serpent boa

Slide 39 - Quizvraag

Lesquels des mots suivants figurent dans le livre? (plusieurs réponses possibles)
A
dessiner
B
un avion
C
une tulipe
D
un mouton

Slide 40 - Quizvraag

Le Petit Prince et le narrateur de l'histoire se rencontrent où?

Slide 41 - Open vraag

Slide 42 - Tekstslide

Quelle est la question que le Petit Prince pose (voir slide 8)?

Slide 43 - Open vraag