zul/zou disk Nederland

Francien van Beusekom
Maandag 7 februari 2022
1 / 29
volgende
Slide 1: Tekstslide
NT2Middelbare schoolhavoLeerjaar 1

In deze les zitten 29 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

Francien van Beusekom
Maandag 7 februari 2022

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we vandaag doen?
  • Even kletsen
  • De dag van vandaag
  • Zullen/zouden, willen/wouden
  • Thema Nederland

Slide 2 - Tekstslide

De dag vandaag

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Link

Maak een vraag met zullen

Slide 5 - Woordweb

zullen tt                    

ik zal                      
jij/ u zult           maar    zal jij/u ?     hij/zij/het zal     
wij zullen             
jullie zullen         
zij zullen              

zullen vt                    

ik zou                         
jij/u zou                     
hij/zij/het zou     
wij zouden         
jullie     zouden   
zij        zouden 

Slide 6 - Tekstslide

Zullen
1. Belofte 
(a promis)
2. Voorstel 
(a suggestion)
3. Verwachting 
(an expectation)
4. Voornemen
(an intention)

zullen en zouden
Zouden
1. Beleefde vraag
(a polite question)
2. Advies geven
(an advice)
3. wens of geen realiteit
(a wish or not a reality)
4. Onzekerheid
(an insecurity)

Slide 7 - Tekstslide

4 x zullen
Ik zal jullie iets vertellen over zullen.
Zal ik eens iets vertellen over zullen?
Ze zal wel iets vertellen over zullen.
Ik zal dat onderwerp onder de knie krijgen.

blz. 79
  1. Belofte
  2. Voorstel
  3. Waarschijnlijkheid
  4. Voornemen

Slide 8 - Tekstslide

'Zullen': belofte, voorstel, verwachting?

  1. Henk zal het wel weten.
  2. Ik zal het hem straks vragen.
  3. Zullen we nu het programma van die dag bespreken?

Slide 9 - Tekstslide

'Zullen': belofte, voorstel, verwachting?

                                               persoonsvorm + infinitief

  1. Henk zal het wel weten.
  1. Ik zal het hem straks vragen.
  2. Zullen we nu het programma van die dag bespreken?

Slide 10 - Tekstslide

zwaar - tillen - boven op je wachten

  1. Verwachting: Die koffer zal wel zwaar zijn!
  2. Voorstel: Zal ik hem voor je tillen?
  3. Belofte: Ik zal boven op je wachten, oké?

Slide 11 - Tekstslide

pijn - helpen - dokter bellen

  1. Verwachting: 
  2. Voorstel:
  3. Belofte:
timer
5:00

Slide 12 - Tekstslide

pijn - helpen - dokter bellen

Slide 13 - Open vraag

regenen - naar binnen gaan - straks met de auto naar huis brengen

  1. Verwachting: 
  2. Voorstel:
  3. Belofte:
timer
5:00

Slide 14 - Tekstslide

regenen - naar binnen gaan - straks met de auto naar huis brengen

Slide 15 - Open vraag

Aan de slag!

Maak van 6.1  opdr. 2 (blz. 73). 

Daarna bespreken.
timer
5:00

Slide 16 - Tekstslide

4 x zouden
Zou je het nog een keer willen uitleggen?
Je zou eens wat gezonder moeten eten.
Er zou een grote brand zijn geweest bij het winkelcentrum om de hoek.
Ik zou wel een paar maanden naar India willen.

blz. 81
  1. Beleefde vraag
  2. Advies
  3. Onzekerheid
  4. Wens

Slide 17 - Tekstslide

4 x zouden
Zou je het nog een keer willen uitleggen?
Je zou eens wat gezonder moeten eten.

zouden + hulpwerkwoord + infinitief
blz. 81
  1. Beleefde vraag
  2. Advies

Slide 18 - Tekstslide

Stel een beleefde vraag. Gebruik daarbij 'zou(den).'

  1. Wil je de muziek wat zachter zetten?
  2. Kunnen jullie de volgende keer op tijd komen?
  3. Mogen wij hier zitten?
  4. Mag ik je fiets lenen? 
timer
1:00

Slide 19 - Tekstslide

Geef een vriendelijk advies. Gebruik daarbij 'zou(den).'

  1. Je moet wat minder gaan gamen.
  2. Je kunt het aan de docent vragen.
  3. Je moet je haar vaker wassen.
  4. Ze moeten de nieuwsbrief beter lezen.
timer
5:00

Slide 20 - Tekstslide

Aan de slag!

Maak van 6.2  opdr. 1 (blz. 75). 

Daarna bespreken.
timer
5:00

Slide 21 - Tekstslide

Schoolwerk

De Taalschool 'zullen' en 'zouden' 6.1 t/m 6.3 (blz. 73 t/m 79)


Morgen voor de les af. 

Slide 22 - Tekstslide

Nieuw thema Disk: Nederland

Slide 23 - Tekstslide

In welk jaar kwam jij naar Nederland?

Slide 24 - Woordweb

Wat wist je al van Nederland voordat je er heen ging?

Slide 25 - Woordweb

Wat vind je leuk aan Nederland?

Slide 26 - Open vraag

Wat vind je niet leuk aan Nederland?

Slide 27 - Open vraag

Slide 28 - Link

Quizzzz.....
Nu gaan we zelf een quiz maken.

Slide 29 - Tekstslide