intro middeleeuwen met quiz, clip hofstelsel en horigheid

Tijdvak 3 - Monniken en ridders
500 - 1000
De vrijwel volledige vervanging in West-Europa van de agrarisch-urbane cultuur door een zelfvoorzienende agrarische cultuur, georganiseerd via hofstelsel en horigheid 
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

Tijdvak 3 - Monniken en ridders
500 - 1000
De vrijwel volledige vervanging in West-Europa van de agrarisch-urbane cultuur door een zelfvoorzienende agrarische cultuur, georganiseerd via hofstelsel en horigheid 

Slide 1 - Tekstslide

Belangrijkste gevolg van de dalende landbouwproductie door de invallen van de Germanen in het romeinse rijk?
A
minder voedsel meer voor de steden
B
werkloosheid in landbouw
C
stijgende prijzen van voedsel
D
bange boeren vluchtten voor Vikingen

Slide 2 - Quizvraag

Romeinse steden in de tijd van monniken en ridders (500-1000 n.chr) ...
A
bleven in ongeveer oorspronkelijke staat maar dan Germaans
B
waren leeggelopen door dalende bevolkingsaantallen
C
groeiden en werden vernieuwd met kerken
D
waren leeggelopen door een tekort aan slaven

Slide 3 - Quizvraag

de steden die in de tijd van monniken en ridders (500-1000 n.chr) opbloeiden, hadden
A
een bisschop van de kerk
B
een hele hoge muur
C
een aantrekkelijk belastingklimaat
D
een niet-aanvalsverdrag met Vikingen

Slide 4 - Quizvraag

de geldeconomie in de tijd van monniken en ridders (500-1000 n.chr)
A
werd gedomineerd door goud
B
was gebaseerd op waardepapieren
C
bloeide als nooit tevoren
D
was verdwenen

Slide 5 - Quizvraag

de wegen in de tijd van monniken en ridders (500-1000 n.chr)
A
functioneerden goed
B
werden gerepareerd en uitgebreid
C
werden verwaarloosd en waren onveilig
D
waren onveilig maar aantrekkelijk gehouden door dieven

Slide 6 - Quizvraag

de veiligheid om te reizen in de tijd van monniken en ridders (500-1000 n.chr)
A
was niet te vertrouwen en viel weg
B
was goed georganiseerd, je kon ervoor betalen
C
was gegarandeerd door de adel
D
was alleen voor priesters gegarandeerd

Slide 7 - Quizvraag

de handel in de tijd van monniken en ridders (500-1000 n.chr)
A
bloeit als nooit tevoren
B
wordt gekenmerkt door stagnatie
C
transformeert en/of stagneert
D
bloeit/transformeert

Slide 8 - Quizvraag

Belangrijkste verklaring verval landbouwstedelijke samenleving weg na de val van het Romeinse rijk?
A
Er was geen bescherming meer, handel werd onveilig
B
De steden werden vernield
C
Er was geen geld meer waar mee gehandeld kon worden
D
De wegen werden niet meer onderhouden

Slide 9 - Quizvraag

Belangrijkste middel van bestaan in de tijd van monniken en ridders (500-1000 n.chr)
A
rondreizende arbeider, flexibele beroepen
B
landbouw
C
werk als ridder of in dienst van een ridder
D
werk voor het geloof, bekeren of monnik.

Slide 10 - Quizvraag

Schema over het hofstelsel

Slide 11 - Tekstslide

Bekijk de video op de volgende dia.
De presentator wijkt af van de heersende opvatting over de horigen in de tijd van Monniken en Ridders. Waaruit blijkt dat? Noem 2 aspecten

Slide 12 - Open vraag

Slide 13 - Video

Bekijk de video op de volgende dia.
De presentator wijkt af van de heersende opvatting over de horigen in de tijd van Monniken en Ridders. Waaruit blijkt dat? Noem 2 aspecten

Slide 14 - Open vraag

0

Slide 15 - Video

Lees Oriëntatie van hoofdstuk 3 (blz 57)
Maak opdr. 1 t/m 3 (blz 61)
Lees §3.1 tot Vroegmiddeleeuws koningsschap (blz 58-59)
maak opdr. 1 t/m 3

Slide 16 - Tekstslide