2.2 Waar heb je recht op?

Goedemorgen, welkom M3!
Bij binnenkomst
  1. Jas uit en aan de kapstok op de gang
  2. Mobiel in de telefoontas bij het juiste nummer
  3. Eten/drinken weg & kauwgom/lolly uit
  4. Open je boek op blz. 44 en open je schrift voor een opdracht.
  5. Pak je etui en rekenmachine erbij.




1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

In deze les zitten 11 slides, met tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Goedemorgen, welkom M3!
Bij binnenkomst
  1. Jas uit en aan de kapstok op de gang
  2. Mobiel in de telefoontas bij het juiste nummer
  3. Eten/drinken weg & kauwgom/lolly uit
  4. Open je boek op blz. 44 en open je schrift voor een opdracht.
  5. Pak je etui en rekenmachine erbij.




Slide 1 - Tekstslide

Deze les
1. Herhalen 2.1
2. Uitleg 2.2
3. Filmpje
4. Zelfstandig werken

Slide 2 - Tekstslide

Leerdoelen  2.1 herhalen
𑿱 Je weet wat consumentenorganisaties voor jou als consument doen.

𑿱 Je kunt uitleggen waar je als consument op let voor je iets koopt.

𑿱 Je kunt prijzen omrekenen naar een standaardhoeveelheid.

𑿱 Je kunt uitleggen wat consumer power is en wat je hebt aan een 
    keurmerk.

𑿱 Je kunt een prijsverschil tussen producten in procenten uitrekenen


Slide 3 - Tekstslide

Leerdoelen
𑿱 Je kunt uitleggen waarom er consumentenrecht is.
𑿱 Je kunt twee wetten noemen die de consument beschermen       
    tegen onveilige producten.
𑿱 Je kunt twee wetten noemen die de consument bedenktijd geven        bij bepaalde aankopen.
𑿱 Je kunt drie instanties noemen waar je als consument je recht     
    kunt halen.


Slide 4 - Tekstslide

Je goed recht
Het consumentenrecht bestaat uit
wetten en regels die de consument beschermen bij aankopen.

Je hebt altijd recht op een deugdelijk product.
Houd daarbij rekening met
  • soort product
  • prijs
  • wat belooft fabrikant / winkelier?

Het consumentenrecht geldt niet als je iets koopt van een particulier.

Deugdelijk product
De koper heeft recht op een deugdelijk product. Dit is een product dat bij normaal gebruik naar behoren functioneert.
Als het product niet deugt, dan moet de verkoper het (laten) repareren, vervangen of moet hij het geld teruggeven.
Particulier
Een particulier is iemand waarvan je iets koopt, deze persoon heeft geen bedrijf. Je koopt iets bij hem/haar thuis. Oftewel een gewone burger waarvan je iets koopt.
Stap 1: Maak opgave 1 t/m 3 op blz. 44
Stap 2: Maken 2.2 op blz. 56
Stap 3: Maken 2.2 op blz. 58

Slide 5 - Tekstslide

Onveilige producten
Producten kunnen gevaarlijk zijn voor je gezondheid.

Consumenten worden daartegen beschermd door:
  • de Warenwet: verbiedt verkoop onveilige producten
  • de Wet productaansprakelijkheid: fabrikant aansprakelijk voor gevolgschade







Stap 1: Maak opgave 4 & 5 op blz. 45
Stap 2: Maken 2.2 op blz. 56
Stap 3: Maken 2.2 op blz. 58

Slide 6 - Tekstslide

Bedenktijd
Hoofdregel: gekocht is gekocht!
In de volgende gevallen minimaal 14 dagen bedenktijd volgens:
  • de Wet koop op afstand:
       voor aankopen via internet, telefoon, 
       bestelbon.
  • de Colportagewet:
       voor aankopen aan de deur,    
       verkoopdemonstraties. 
       Alleen voor aankopen  van meer dan  
       €50.








Stap 1: Maak opgave 6 t/m 8 op blz. 45-46
Stap 2: Maken 2.2 op blz. 56
Stap 3: Maken 2.2 op blz. 58

Slide 7 - Tekstslide

Waar haal jij je recht?
Instanties die toezien op naleving consumentenrecht:
  • NVWA (Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit)
  • ACM (Autoriteit Consument en Markt)
  • de Geschillencommissie (doet bindende uitspraak)






Stap 1: Maak opgave 9 t/m 11 op blz. 46-47
Stap 2: Maken 2.2 op blz. 56
Stap 3: Maken 2.2 op blz. 58

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Video

Vragen filmpje
  1. Waarom wil de consumentenbond duidelijk regels voor voedseletiketten?
  2. Waarom gebruiken fabrikanten vaak de termen ‘natuurlijk’ en ‘puur’ op het etiket?
  3. Vind jij ook dat dat in de warenwet ook extra regels over voedseletiketten moeten komen? Leg uit waarom.
timer
6:00

Slide 10 - Tekstslide

Zelfstandig werken

Stap 1: Maak opgave 1 t/m 11 van par. 2.2

Klaar?

Stap 2: Maak op blz. 56 de samenvatting van par. 2.2
Stap 3: Maak op blz. 58 de herhalingsopgaven van par. 2.2
Stap 4: Maak op blz. 60 de plusopdrachten van par. 2.2


timer
7:00
timer
2:00

Slide 11 - Tekstslide