5. 2 Herhalingsles

Nederland en de bollenvelden 
Herhalingsles + toets
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
BurgerschapBasisschoolMiddelbare schoolGroep 8

In deze les zitten 15 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Nederland en de bollenvelden 
Herhalingsles + toets

Slide 1 - Tekstslide

Nederland en de bollenvelden 
De lente en de bollenstreek

Slide 2 - Tekstslide

Kenmerken lente
🌱 Wanneer?
De lente begint rond 21 maart.

🌞 Wat verandert er?
Het weer wordt warmer.
De dagen worden langer en lichter.

🌸 In de natuur:
Bomen en bloemen beginnen te bloeien.
Dieren krijgen jongen.
Vogels bouwen nesten en leggen eieren.


Slide 3 - Tekstslide

De bollenstreek
📍 Waar?
In de provincie Zuid-Holland. Bekende Lisse, Hillegom, Noordwijk.
🌷 Bekend om:
Tulpen, narcissen, hyacinten – kleurrijke bloembollen.

🧳 Toerisme:
Populair in het voorjaar vanwege de bloemenvelden.
Keukenhof in Lisse: een van de grootste bloemenparken ter wereld.


Slide 4 - Tekstslide

Bloemen bollenstreek
  • Tulp
  • Hyacint
  • Narcis
  • Krocus
  • Dahlia


Slide 5 - Tekstslide

Van bol tot bloem
🌰 Herfst:
De bloembol wordt geplant in de grond.

❄️ Winter:
De bol rust en slaapt onder de grond.

🌷 Voorjaar (Lente):
De bol ontwaakt en groeit uit tot een bloem.


Slide 6 - Tekstslide

Nederland en de bollenvelden 
Bloesem, vrucht en bestuiving

Slide 7 - Tekstslide

Bloem tot vrucht – het proces
🌸 Bloesem – De boom krijgt bloemen.
🐝 Bijenbezoek – De bij haalt stuifmeel op.
🔁 Bestuiving – Stuifmeel komt op de juiste plek in een andere bloem.
🍏 Vruchtvorming – De bloem verandert langzaam in een vrucht.
🌱 Zaden – In de vrucht zitten zaden voor nieuwe bomen.


Slide 8 - Tekstslide

 Het belang van bijen
🐝 Bestuivers zijn onmisbaar!

75% van onze voedselgewassen is afhankelijk van bijen.

Zonder bijen geen appels, peren, tomaten, of aardbeien.

Bijen houden het ecosysteem in balans: planten, dieren én mensen hebben ze nodig.



Slide 9 - Tekstslide

Nederland en de bollenvelden 
Soorten planten

Slide 10 - Tekstslide

Een heester (struik)

  • Meerdere takken vanaf de grond.
  • Lager dan een boom.
  • Kan breed en dicht groeien.

    Voorbeelden:
     Hortensia en de vlinderstruik

Slide 11 - Tekstslide

Vaste planten
  • Komt elk jaar terug.
  • In de winter verdwijnt het bovenste deel.
  • Groeit opnieuw uit de wortel.

    Voorbeelden
    Lavendel en de zonnehoed (rudbeckia)

Slide 12 - Tekstslide

Een/tweejarige planten

  • Groeit, bloeit en sterft in één/twee seizoen(en).
  • Je moet ze elk jaar (of na 2 jaar) opnieuw planten.

    Voorbeelden:
    Afrikaantje en zonnebloem

Slide 13 - Tekstslide

Klimplant

  • Groeit omhoog met hulp.
  • Heeft steun nodig van een muur, rek of hek.

    Voorbeelden: Klimop en de druif

Slide 14 - Tekstslide

Toets

Slide 15 - Tekstslide