Quiz H1 Industrie wereldwijd
Grote verandering in de productiemethoden, waarbij handarbeid wordt vervangen door machines noem je...
A
Industriële revolutie
B
Continuïteit
C
Imperialisme
D
Werknemer
1 / 35
Lesduur is: 50 minOnderdelen in deze les
Grote verandering in de productiemethoden, waarbij handarbeid wordt vervangen door machines noem je...
A
Industriële revolutie
B
Continuïteit
C
Imperialisme
D
Werknemer
Slide 1 - Quizvraag
Als dingen hetzelfde blijven dan noem dit...
A
Industriële revolutie
B
Continuïteit
C
Moderne tijd
D
Werknemer
Slide 2 - Quizvraag
Europese machtsuitbreiding in Azië en Afrika na 1870 (kolonies) noem je...
A
industriële revolutie
B
Continuïteit
C
Imperialisme
D
Werknemer
Slide 3 - Quizvraag
Iemand die in dienst van een baas betaald werk doet noem je een...
A
Werkgever
B
Werknemer
C
Loondienst
D
Vast contract
Slide 4 - Quizvraag
Wat was de industriële revolutie?
A
Werk werd met de hand gedaan en niet met machines.
B
Er kwam een oorlog tussen fabrikanten.
C
Er kwamen minder fabrieken.
D
Handarbeid werd vervangen door machines.
Slide 5 - Quizvraag
Waarom was de industriële revolutie een revolutie
A
Omdat het langzaam veranderde
B
Doordat mensen veranderden
C
Doordat het leven in een korte tijd snel veranderde
D
Omdat het hetzelfde bleef
Slide 6 - Quizvraag
Wat is de belangrijkste oorzaak voor de opkomst van fabrieken?
A
Door de komst van werknemers.
B
Door de ontdekking van stoommachines.
C
Door de komst van auto's.
D
Alle antwoorden zijn ONJUIST.
Slide 7 - Quizvraag
Wat was het voordeel van stoommachines?
A
Er kon meer en sneller worden geproduceerd.
B
Het was milieuvriendelijk.
C
Mensen die in de fabrieken werkten konden zo veel geld verdienen.
D
Er kwamen grote fabrieken.
Slide 8 - Quizvraag
Welke dingen heb je nodig om een stoommachine te laten bewegen?
A
Steenkool
B
water
C
Zon
D
Wind
Slide 9 - Quizvraag
De stoomtrein werd in het begin vooral gebruikt voor..
A
Het vervoeren van personen naar de fabrieken
B
Het vervoeren van grondstoffen naar de fabrieken
Slide 10 - Quizvraag
Wat heb je nodig voor een stoommachine?
A
ijzer, staal en een rivier
B
water, steenkool en hout
C
een rivier, steenkool en hout
D
ijzer, staal, water en steenkool
Slide 11 - Quizvraag
Welke twee grondstoffen zijn belangrijk voor de industrie?
A
Olie en Graan
B
Kolen en Staal
C
Staal en graan
D
Hout en Olie
Slide 12 - Quizvraag
Iemand die de baas is van een bedrijf en mensen loon betaalt noem je een..
A
werkgever
B
werknemer
Slide 13 - Quizvraag
Er kwamen tijdens de industriële revolutie voor het eerst fabrieken.
A
Continuïteit
B
Verandering
Slide 14 - Quizvraag
Er kwamen tijdens de industriële revolutie voor het eerst fabrieken.
A
Continuïteit
B
Verandering
Slide 15 - Quizvraag
Wat is een afzetmarkt?
A
Een gebied waar je producten koopt
B
Een gebied waar je producten verkoopt.
C
Een markt met lage prijzen.
D
Een markt met schaalvoordelen.
Slide 16 - Quizvraag
Imperialisme is
A
Uitbreiding van gebied en macht in een kolonie
B
Meer geld verdienen door handel
Slide 17 - Quizvraag
Wat is Europeanisering?
A
Opleggen van de Europese cultuur
B
Oorlogen in Europa
C
Europese handel vergroten in Europa
Slide 18 - Quizvraag
verspreiding van de Europese cultuur, talen, geloof en gebruiken
gebied waar producten verkocht worden
Europese machtsuitbreiding in Azië en Afrika na 1870 waardoor grote koloniale rijken ontstaan.
Afzetmarkt
Europeanisering
Imperialisme
Slide 19 - Sleepvraag
Abolitionisme is...
A
De mensen in Europa die voor slavernij zijn
B
De mensen in Europa die tegen slavernij zijn
Slide 20 - Quizvraag
Wat is een van de belangrijkste uitvindingen van de revolutie?
A
stoommachine
B
ploeg
C
straatverlichting
D
dienstensector
Slide 21 - Quizvraag
Hoe heet het veroveren van gebieden door een ander land, meestal om er handel mee te drijven?
A
imperialisme
B
industriële revolutie
C
kolonialisme
D
urbanisatie
Slide 22 - Quizvraag
Hoe heet het veroveren van gebieden in Azië en Afrika door Europese landen, meestal om die gebieden te gaan besturen?
A
imperialisme
B
industriële revolutie
C
kolonialisme
D
urbanisatie
Slide 23 - Quizvraag
Waar kwamen veel grondstoffen voor de industrie vandaan?
A
Andere werelddelen
B
Europese landen
Slide 24 - Quizvraag
Een afzetmarkt is het opleggen van je cultuur in een ander land
A
Waar
B
Niet waar
Slide 25 - Quizvraag
Waarom wilden de Europese landen steeds meer kolonies?
A
Om meer kennis op te doen van culturen
B
Om het land te vergroten en meer inwoners te hebben
C
Voor afzetmarkten en grondstoffen
Slide 26 - Quizvraag
Imperialisme is
A
Uitbreiding van gebied en macht in een kolonie
B
Meer geld verdienen door handel
Slide 27 - Quizvraag
Wat is Europeanisering?
A
Opleggen van de Europese cultuur
B
Oorlogen in Europa
C
Europese handel vergroten in Europa
Slide 28 - Quizvraag
Suriname hoorde vroeger bij Nederland. Was Suriname dan een kolonie van Nederland?
A
Ja
B
Nee
Slide 29 - Quizvraag
De provincie Utrecht hoort ook bij Nederland. Is dat dan ook een kolonie?
A
Ja
B
Nee
Slide 30 - Quizvraag
Wat is geologie?
A
Modder
B
Wetenschap die de mens bestudeerd
C
Wetenschap die de aarde bestudeerd
D
Een netflix film
Slide 31 - Quizvraag
Kijk goed naar de afbeelding. Welke grondstof heeft Nederland volgens het kaartje?
A
Steenkool
B
Aardolie
C
Aardgas
D
Kalksteen
Slide 32 - Quizvraag
Hoe noemen we een energiebron die we uit de grond halen?
A
Zonne-energie
B
Veen
C
Koffie
D
Een delfstof
Slide 33 - Quizvraag
Steenkool, aardolie en aardgas zijn voorbeelden van...
A
Delfstoffen
B
Fossielen
C
Energiebronnen
D
Tijdperken
Slide 34 - Quizvraag
Steenkool
Fossiel
Aardolie
