4.3 + 4.4: Nederland immigratieland + culturele verschillen

4.3 + 4.4: Nederland immigratieland + culturele verschillen
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

4.3 + 4.4: Nederland immigratieland + culturele verschillen

Slide 1 - Tekstslide

Spoorboekje
1. Hoe nu verder met de praktische opdracht
2. Verwijzen volgens APA
3. Culturele verschillen volgens Pinto

Slide 2 - Tekstslide

Leerdoelen
9.    De leerling kan de begrippen ‘push en pull factoren’, ‘allochtoon’ en ‘autochtoon’ uitleggen en toepassen
10.    De leerling kan 4 soorten immigratiestromen naar Nederland onderscheiden en voorbeelden van elke immigratiestroom geven
11.    De leerling kan uitleggen welke culturele verschillen er zijn als het gaat om emancipatie, bestuur en gezag, huwelijk en seks en opvoeding
12.    De leerling kan de Pyramide van Maslow vergelijken met de Pyramide van Pinto en beide schema’s uitleggen en toepassen
13.    De leerling kan uitleggen wat Pinto met F en G culturen bedoelt en kan deze begrippen toepassen op een casus
14.    De leerling kan uitleggen welke strategieën het WRR onderscheidt als het gaat om conflicten tussen culturen

Slide 3 - Tekstslide

Hoe nu verder met de praktische opdracht?
Huiswerk voor aanstaande vrijdag:
- Verwerken feedback hoofd en deelvragen
- Maken bronnenschema: Algemene kanaal --> Bestanden --> Opdrachten --> Bronnenschema's + samenvattingen --> Namen van jouw Duo.ptt
-Klaar: samenvattingen maken van jouw bronnen

Slide 4 - Tekstslide

Verwijzen volgens APA
Verwijzen naar een boek:
- Alexijevitsj, S. (2014). Het einde van de rode mens: leven op de puinhopen van de sovjet-unie. Amsterdam: De Bezige Bij.

- Andriessen, H., Mevis, P., & Sinninghe, W. (2016). Het proces tegen Wilhelm II: het vonnis over de schuld van de Duitse keizer aan WO I (2e herziene druk). Tielt: Lannoo.

Slide 5 - Tekstslide

Verwijzen volgens APA
Verwijzen naar een hoofdstuk in boek:
-Steen, G. (2015). Metaphor and Style through Genre, with Illustrations from Carrol Ann Duffy’s Rapture. In V. Sotirova (Red.), The Bloomsbury Companion to Stylistics (pp. 308-324). Londen, Verenigd Koninkrijk: Bloomsbury.

Verwijzen naar een website:
-Wynia, S. (2015, 27 juli). Hebben overmoedige CEO’s wel geleerd van de wilde jaren? Geraadpleegd van http://www.elsevier.nl/Economie/blogs/2015/7/Hebben-overmoedige-CEOs-wel-geleerd-van-de-wilde-jaren-2662582W/?masterpageid=158566



Slide 6 - Tekstslide

Verwijzen volgens APA
-Verwijzen naar een krant:
Van Den Heuvel, J. (2014, 17 augustus). Dries wacht Dave op. De Telegraaf, p. A1.

-Verwijzen naar een film:
Healy, J. (Producent), Balda, K. (Regisseur), & Coffin, P. (Regisseur). (2015). Minions [Film]. Santa Monica, CA: Illumination Entertainment.

Tweet:
Gates, B. (2015, 23 juli). For poor countries, development isn’t just about foreign aid. Investment and taxes matter just as much, if not more: b-gat.es/1lfVdn6 [Tweet]. Geraadpleegd van https://twitter.com/BillGates/status/623982190750269443

Slide 7 - Tekstslide

Culturele verschillen volgens Pinto

Slide 8 - Tekstslide

Culturele verschillen volgens Pinto
-Twee soorten culturen: de fijnmazige cultuur en de grofmazige cultuur (F-cultuur & G-cultuur). Factoren die bepalend zijn: welvaart, religie, sociaal milieu en het (genetisch bepaalde) individu.

-De G-cultuur kenmerkt zich door een grofmazige structuur,  een ruimer, losser en globalere stelsel van regels en codes. Het gedrag van een lid is als individualistisch aan te merken daar een lid denkt en communiceert vanuit zich zelf (VS, UK, Duitsland, Frankrijk, Scandinavische landen).

-De F-cultuur kenmerkt zich door een fijnmazig systeem van structuren, regels en waarden. Het gedrag van een lid is geënt op conformisme en collectivisme. (Marroko, Turkije, China, Vietnam)

Slide 9 - Tekstslide

Culturele verschillen volgens Pinto
- M-culturen kenmerkt zich door een mixvorm (Oost-Europese landen, Latijns-Amerikaanse landen, Caribisch gebied, Tweede generatiemigranten)
- Kunnen onderling grote verschillen zijn binnen een F- of G-cultuur
- Kunnen binnen een G-cultuur ook F-culturen zijn (en andersom)
- Jongeren binnen een F-cultuur kunnen ook opgevoed zijn in een G-cultuur (en andersom)
-Verschillen tussen land en stad 

Slide 10 - Tekstslide

Het gunstige economische klimaat in Nederland is een
A
Push factor
B
Pull factor
C
Push en pull factor
D
Beide niet

Slide 11 - Quizvraag

Dat aan het begin van de jaren '50 Molukkers naar Nederland kwamen, heeft te maken met
A
Gastarbeiderschap
B
Dekolonisatie
C
Asiel zoeken
D
Gezinshervorming

Slide 12 - Quizvraag

Bij gothics is er sprake van een
A
B-cultuur
B
M-cultuur
C
G-cultuur
D
F-cultuur

Slide 13 - Quizvraag

Voor welke overheidsstrategie om met culturele conflicten om te gaan, is Pinto?
A
Negeren
B
Dulden
C
Verbieden en handhaven
D
Confronteren en beslechten

Slide 14 - Quizvraag

Volgende lessen
- Voor vrijdag aan het eind van de dag: verwerken feedback en maken bronnenschema
- Volgende week maandag: 4.5 Vormen van samenleven

Slide 15 - Tekstslide