Gas
1 / 10
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Gas techniek
Slide 2 - Woordweb
Je hebt een nieuwe gasleiding gemaakt. Met welke druk pers je als eerste af?
A
150 mbar
B
150 bar
C
5 bar
D
30 mbar
Slide 3 - Quizvraag
Op welke druk staat de hoofd gasleiding in de straat?
A
100 mbar
B
100 bar
C
30 mbar
D
5 bar
Slide 4 - Quizvraag
Met welke druk pers je af bij de 2e persproef?
A
5 bar
B
150 bar
C
125 bar
D
125 mbar
Slide 5 - Quizvraag
Wat zorgt ervoor dat de leverdruk lager wordt zodat toestellen kunnen werken?
A
B-klep
B
Gas reduceerventiel
C
Hoofdkraan
D
Gasmeter
Slide 6 - Quizvraag
Tijdens onderhoud van de cv-ketel ga je de voordruk meten. Hoeveel moet de voordruk zijn?
A
5 bar
B
30 mbar
C
tussen 30 en 50 mbar
D
125 mbar
Slide 7 - Quizvraag
Bij de 2e persproef (125 mbar)moeten de gaskranen dicht zijn?
A
Ja
B
Nee
Slide 8 - Quizvraag
Je gaat de gasleiding op werkdruk afpersen. Hoeveel mag de druk zakken en op hoeveel minuten?
A
3 mbar op 1 minuut
B
Niets
C
1 mbar op 5 minuten
D
1 mbar op 3 minuten
Slide 9 - Quizvraag
Je hebt de gasleiding afgeperst en hebt geen lekkage. Toch ruik je gas. Wat ga je doen?
A
Het zal wel niets zijn. Je hebt toch afgeperst.
B
Je zoekt de lekkage op en als je niets vind zal er wel niets zijn.
C
Het gaslek moet voor de hoofdkraan zitten. Je belt de leverancier.
D
Je sluit de hoofdkraan en gaat het huis ventileren.
